Het Dutch Sport Tech Fund is opgericht. Het fonds is van plan om jaarlijks in vijf tot tien sporttech-bedrijven te investeren. De eerste participatie is in ISG Groeifonds, dat op zijn beurt weer eigenaar is van het sporttechbedrijf Dotcomsport. Het nieuwe fonds werft kapitaal onder (tech-)investeerders en oud-sporters.
Volgens Mark Snijders, algemeen directeur van het Dutch Sport Tech Fund, wordt de sportwereld zich steeds bewuster van de mogelijkheden van data. Niet alleen om de prestaties van sporters beter te meten en voorspellen maar ook om fans aan zich te binden en nieuwe verdienmodellen te bedenken rond beleving en het uitzenden van de wedstrijden (‘de content’) via verschillende kanalen. ‘Het is dan ook geen wonder dat steeds meer bonden, clubs en sporters openstaan voor innovatie.’
Snijders haalt een rapport van Drake Star Partners aan, waarin staat becijferd dat de markt voor sporttech in 2030 een waarde vertegenwoordigt van vijftig miljard dollar. Dat zou te danken zijn aan de opkomst van eSports met de opkomst van platformen als Twitch en YouTube Gaming, meer vraag naar prestatiedata van sporters en het beter benutten van mediarechten. Dutch Sport Tech Fund richt zich op deze drie pijlers en wil scale-ups financieel ondersteunen die de potentie in zich hebben om met schaalbare technologie (internationaal) verder te groeien.
Ex-voetballers
Het fonds is van plan om jaarlijks in vijf tot tien sporttech-bedrijven te investeren. De eerste participatie is in ISG Groeifonds, een investeerder in sporttechnologie dat kortgeleden Dotcomsport overnam. Dit bedrijf uit Zeewolde levert registratiesoftware voor voetbalclubs en -bonden.
Snijders is voormalig voetballer van AZ en het Engelse Port Vale. Via zijn netwerk heeft hij ex-profvoetballers als Raymond Atteveld, Willy Overtoom, Stanley Menzo, Aron Winter en Willy van der Kerkhof aangetrokken als investeerders. Daarnaast doen aan het Dutch Sport Tech Fund diverse private (tech-)investeerders mee. Het fonds staat open voor nieuwe kapitaalverschaffers.
Bij het fonds zijn nog andere bekende sporters betrokken. Zo is ex-schaatsster Marianne Timmer lid van het managementteam als ‘chief innovation committee’ en neemt oud-Oranje hockeydames-coach Roelant Oltmans plaats in de raad van advies.
‘Het is dan ook geen wonder dat steeds meer bonden, clubs en sporters openstaan voor innovatie.’ Deze uitspraak verdient enige nuancering als we kijken naar het democratische gehalte van bonden en de taal van geld. Het ongevraagd verkopen van ledengegevens aan sponsors is verboden, een instemming van het bestuur van een club (die een focus heeft op de inkomsten) is dan ook niet voldoende:
“Oorzaak is een conflict met de Autoriteit Persoonsgegevens. De privacywaakhond vindt dat de privacy van spelers wordt geschonden door amateurwedstrijden ‘live’ uit te zenden zonder dat alle spelers of hun ouders daarvoor individueel toestemming hebben gegeven. Het conflict stond verdere groei van de start-up in de weg, waarna Talpa en KNVB het faillissement van VoetbalTV aanvroegen.”
Het ‘Show me the money’ van Mark Snijders is trouwens correct, de markt van eSports is veel belovend alleen kennen veel van deze platformen een actief consent van de deelnemers over het gebruik van de gegevens. Prestatiedata van sporters en het beter benutten van mediarechten zou een belletje moeten doen laten rinkelen over de privacy, sporters van amateurclubs krijgen tenslotte niet de opbrengsten hieruit in de vorm van een salaris. En het voor wat, hoort wat (quid pro quo) middels sponsoring wijs ik niet af alleen ben ik voorzichtig omdat geld corrumpeert.
Het statutair ‘hoereren’ van jeugdspelers met mooie beloften is sportkoepel NOC*NSF al enige tijd een doorn in het oog, sportbonden moeten daarom hun statuten veranderen. Velen doen dit niet omdat ze vastgeroest zitten in het idee dat leden (en vrijwilligers) het eigendom zijn van club terwijl het precies andersom is, de club is eigendom van de leden. En dat deze zich middels statuten onderwerpt aan een sportbond is mooi maar daarmee verkrijgen de besturen (van amateurclubs) nog niet het recht om de privacy van de leden te verhandelen.
Data is een toverwoord geworden voor waardecreatie.
Vergeten wordt dat data niet zomaar verhandelbaar zijn.
Europese privacywetgeving heeft daar een stokje voor gestoken en bij overtreding staan daar torenhoge boetes tegenover.
En dan nog de vriendjespolitiek binnen de gevestigde orde bij ministeries, NOC-NSF en KNVB om er maar een paar te noemen.
Wat dat betreft ga ik mee in de stelling van oudlid.