Hewlett Packard Enterprise (HPE) gaat onderzoekers en astronauten in het International Space Station (ISS) realtime dataverwerking bieden. Daartoe brengt het bedrijf een edge computing-systeem naar de ruimte. Dit leidt tot snellere onderzoeksresultaten en experimenten. Bovendien zorgt de technologie dat astronauten meer mogelijkheden hebben om zelfvoorzienend te zijn.
De Spaceborne Computer-2 wordt zaterdag 20 februari in een baan om de aarde gebracht tijdens de vijftiende Northrop Grumman Resupply Missie naar het ruimtestation. De computer is de komende twee tot drie jaar beschikbaar voor gebruik op het internationale ruimtestation.
In 2017 schoot HP een voorloper van deze computer de ruimte in. Daarbij werden de kant-en-klare servers getest of ze bestand zijn tegen een turbulente raketlancering en of ze kunnen opereren in de bijzondere ruimteomstandigheden zonder zwaartekracht en met hoge stralingsniveaus. Deze testen komen voort uit de behoefte aan betrouwbare computing-mogelijkheden op het ISS of een Low Earth orbit (LEO). Die zijn nodig voor toekomstige bemande ruimtevaarten naar de maan, Mars en verder.
Poolkappen
De Spaceborne Computer-2 biedt het ISS twee keer zoveel rekencapaciteit. Het HPE Edgeline Converged Edge-systeem en de HPE ProLiant-server verwerken data realtime vanaf verschillende apparaten zoals satellieten en camera’s. De computer bevat gpu’s om intensieve data met een hoge beeldresolutie efficiënt te verwerken, zoals de opnames van de poolkappen op aarde of medische röntgenfoto’s. Daarnaast ondersteunen de gpu’s specifieke zwaardere projecten in kunstmatige intelligentie (au) en machine learning.
Eind vorig jaar kondigde TNO aan met Airbus een optische communicatietechnologie te gaan ontwikkelen. Die moet grootschalig dataverkeer tussen satellieten en grondstations op aarde mogelijk maken. Geavanceerde laser-satellietcommunicatie kan leiden tot breedband-connectiviteit via de ruimte.