Het gebruik van cloud native tools en de technologie erachter ontwikkelt zich in een hoog tempo. Kubernetes is daarbij in rap tempo het dominante container-orkestratieplatform voor het uitrollen van moderne applicaties in de cloud geworden. In amper vijf jaar is een heel nieuw ecosysteem ontstaan dat optimaal gebruik maakt van de cloud. Maar het daadwerkelijk toepassen is geen eenvoudige kost.
Deze cloudarchitectuur die het mogelijk maakt enorm op te schalen, is snel omarmd door jonge techbedrijven. Hun ontwikkelaars kunnen meerdere keren per dag nieuwe versies van applicaties uitrollen. Zonder deze moderne opensourcetechnologie hadden ‘unicorns’ als ByteDance, Spotify en Uber nooit zo snel kunnen groeien.
Zulke disruptieve techgebruikers hebben natuurlijk het voordeel dat ze geen legacy hoeven mee te torsen. In hun bedrijfscultuur maken ontwikkelaars de dienst uit. En die kiezen massaal voor een infrastructuur die bij uitstek geschikt is voor containers. Hun favoriet is Kubernetes vanwege de uitbreidbaarheid, schaal en ruime keuze aan omgevingen waar applicaties zijn uit te rollen.
De populariteit van dit platform laat zich afmeten aan het bezoek aan Kubecon/CloudNativeCon. De virtuele versie van dit evenement trok onlangs bijna vijfentwintigduizend bezoekers. Ook het aantal bedrijven dat deze opensourcegemeenschap ondersteunt, groeit snel. Achter de Cloud Native Computing Foundation (CNCF), onderdeel van de Linux Foundation, hebben zich bijna zeshonderd bedrijven geschaard. IBM’s Red Hat, VMware, Google, Microsoft, Amazon en SUSE behoren tot de belangrijkste ‘supporters’. Ook honderden starters hebben hun kaarten op Kubernetes gezet.
Volwassen?
De vraag is echter hoe volwassen Kubernetes is en voor welke bedrijven het geschikt is. Weinigen twijfelen er aan dat Kubernetes de basis wordt van de moderne, cloud native-infrastructuur. Succesvolle ‘use cases’ zijn er zeker, maar die beperken zich toch voornamelijk tot jonge techbedrijven met topontwikkelaars. Ook een aantal grote gevestigde ondernemingen werkt naar tevredenheid met containers, zij het dat slechts een beperkt aantal projecten echt in productie zijn.
De meeste applicaties die in containers verpakt zitten, zijn nog experimenteel. Maar uit een onderzoek dat de CNCF in haar community deed, blijkt dat het daadwerkelijk gebruik van containers snel groeit. Het percentage respondenten dat aangeeft containers ook in productie te gebruiken, is van 23 procent in 2016 gestegen naar 92 procent nu. 91 procent gebruikt daarbij Kubernetes. Ook de release-cycli versnellen zich. Met Kubernetes kunnen ontwikkelaars meteen uitrollen zonder zich om de infrastructuur te bekommeren.
Groeiend besef
Critici werpen tegen dat dit echter nog niet betekent dat grote gevestigde bedrijven al hun applicaties in containers draaien. ‘Integendeel, vaak gaat het maar om een beperkt aantal applicaties,’ stelt Erikjan Franssen, directeur Europa van Diamanti, een aanbieder van Kubernetes-beheerplatform dat onder meer loopt via Amazon Webservices. Operationele ‘best practices’ zijn namelijk schaars. Bijna iedereen zit nog in de vroege dagen van hun reis naar volledig cloud native computing. Niet alle applicaties lenen zich hiervoor. In Nederland hebben behalve jongere techbedrijven als Booking.com vooral banken en verzekeraars zich gewaagd aan de stap naar containers. ABN Amro, ING, Nationale Nederlanden en De Volksbank hebben stappen gezet. Maar voor middelgrote en kleinere bedrijven buiten de techsector en het bankwezen ligt Kubernetes nog aan de horizon.
Want Kubernetes is bepaald geen eenvoudige kost. In de community groeit dat besef ook. Het is behoorlijk ingewikkeld, maar Kubernetes lost ook een complex probleem op. Als het eenmaal werkt en de ontwikkelaars voldoende kennis hebben, is Kubernetes een prima architectuur voor de cloud al dan niet in combinatie met eigen datacenters. Het versnelt de transitie richting de hybride cloud en straks ook edge computing. De belofte van Kubernetes is groot, maar delen van het ecosysteem staan nog in de kinderschoenen. Veel nieuwe technologieën die in Kubernetes kunnen worden geïntegreerd, zijn in ontwikkeling.
Op stoom
Priyanka Sharma, managing director van de CNCF, bevestigt in een gesprek met Computable dat er nog veel werk valt te doen. ‘Kubernetes komt als eerste stap naar containerisatie aardig op stoom. Maar inderdaad ben je er daarmee nog niet. Er komt veel meer bij kijken zoals de keuze van oplossingen voor de monitoring, logging en tracing. Daar is nog geen de facto standaard voor. De opensourcegedachte is om de community alles te laten opbouwen. Ook eindgebruikers spelen daar een grote rol in.’
Bedrijven hebben de keuze helemaal zelf met deze opensourcesoftware aan de slag te gaan of te investeren in een commerciële distributie compleet met onderhoud en ondersteuning. Red Hat OpenShift, VMware Tanzu en Rancher Kubernetes Engine behoren tot de belangrijkste distributies. Ook Canonical, Cisco, Docker, D2iQ, HPE, Mesosphere, Mirantis en Suse bieden commerciële platforms. Leveranciers als Red Hat en VMware leveren Kubernetes ook ‘end-to-end’ als een platformdienst (paas: platform-as-a-service).
Kubernetes is tevens beschikbaar als ‘fully hosted managed platform’. Publieke-cloudaanbieders, waaronder AWS en Azure, bieden beheerde diensten bovenop hun bestaande infrastructuur voor computerkracht, opslag en netwerk. Containers-as-a-service (caas), ofwel containermanagement-platforms, stellen ontwikkelaars in staat diensten te bouwen op basis van Kubernetes. Deze platforms zijn nog niet helemaal volwassen. Maar zeker is dat beheerde diensten ontwikkelaars gaan ontlasten waardoor snellere innovaties mogelijk zijn.
Dit artikel staat ook in Computable-magazine #01/2021.