Er is veel waardering voor het door het UWV in no time opleveren van een it-systeem voor de tijdelijke loonkostenregeling voor ondernemend Nederland. Maar, tempert chief information officer (cio) Aart van der Vlist, de verwachtingen, 'verwacht nu niet dat we dit ook voor de gangbare wet- en regelgeving kunnen doen. Daarvoor is de materie te complex.'
Het UWV blijkt dus in staat om in een paar weken een prima werkend systeem op te leveren. ‘Klopt’, zegt Van der Vlist, ‘en daar hebben we de complimenten voor gekregen vanuit de politiek, het bedrijfsleven en de pers. Goed voor onze reputatie. Alleen, denk nou niet dat dit voor alles kan. Ik merk dat dit in de buitenwereld verwachtingen wekt voor andere projecten bij het UWV.’
Hij wijst er op dat de uitvoering van de NOW een succes is geworden omdat het om een geïsoleerd systeem gaat waarbij een dedicated team bij het ministerie en een dedicated team bij de uitvoeringsinstantie betrokken waren. ‘Maar je mag niet van ons vragen om op dezelfde manier de realisatie van een keten voor bijvoorbeeld de Wet tegemoetkoming Loondomein te doen. Of een grote wijziging in de WW of de Ziektewet. Dan is er een onontkoombare complexe samenhang met bestaande wettelijke regelingen en systemen. Dus zoals we de it voor NOW hebben gebouwd is niet de manier waarop je het gehele UWV kunt runnen.’
Boodschap aan de politiek
Aan het begin van dit jaar gaf Van der Vlist samen met UWV-bestuurder Nathalie van Berkel een boodschap af aan de politiek in een technische briefing aan de Tweede Kamer en in gesprekken met Kamerleden: op nummer één staat de stabiliteit van de systemen van het UWV, in plaats van, zoals de gewoonlijk, de wet- en regelgeving. De it-basis is nu stabiel; de komende jaren wordt er stap voor stap gemoderniseerd. Sommige Kamerleden beschouwden dat als een affront: ‘het UWV accepteert onze opdrachten niet meer.’ ‘Ik legde hen uit dat onze eerste prioriteit is te zorgen dat het UWV door blijft draaien’, vertelt hij.
‘Ik herinnerde hen aan de grote storingen in de periode 2011-2013; dat willen we nooit meer. Ik zei, ‘laten we het spel omdraaien, ik vind dat u mede verantwoordelijk bent voor het UWV, met die 1,2 miljoen uitkeringen elke maand voor mensen die daarvan afhankelijk zijn, en dat jullie mij de steun geven om te zorgen dat het UWV altijd draait. Dan kan ik daarna naar jullie luisteren en opdrachten aanpakken om regelingen aan te passen. Dat hebben ze gekocht. Wij hebben dus ruimte geclaimd om elk jaar een plak ict te vernieuwen, hoeveel wet- en regelgeving er ook op mijn bord komt.’
Balanceer-act
Eigenlijk zit de grootste legacy niet eens in de it, maar in de regelingen zelf. Van der Vlist wijst als voorbeeld op de WW. Die wetgeving is met al zijn uitzonderingen, zaken als dagloonberekeningen en verschillen van definities in het inkomensbegrip in Nederland, zo complex geworden dat ook de it daarbij vanzelfsprekend ingewikkeld is geworden. ‘Los of het een oud of nieuw systeem is. Wij kunnen minder makkelijk bewegen als daar weer een nieuwe regeling wordt opgestapeld. Dat is geen onwil, ook niet in de it zelf, maar dat zit echt op regelingenniveau. Daarom ben ik enthousiast over de huidige onderzoeken naar hoe we in Nederland omgaan met alle uitvoeringstaken.’
Het faciliteren van het thuiswerken en het uitvoeren van de tijdelijke loonkostenregelingen trokken wel een wissel op het reguliere werk, al tilt Van der Vlist daar niet al te zwaar aan. ‘Onze werkvoorraad aan de wet- en regelgevingskant fluctueert altijd. Het is vooral een balanceer-act dat ik niet teveel wet- en regelgeving binnenkrijg want dan kan ik te weinig oude spullen laten opruimen. Ik maak me meer zorgen over de opdrachten die het ministerie voor 2021 op stapel heeft staan. Dat is echt veel werk; dat vormt wel een serieuze bedreiging voor de strategische vernieuwingsagenda voor mijn it-landschap.’
Ontdubbeling
UWV is een fusieorganisatie uit 2002. In de jaren erna zijn de systemen ontdubbeld maar op technologievlak valt nog een slag te maken. Er zijn nog veel smaken in omloop, variërend van de Oracle-suite tot en met Cobol. Voor de komende jaren staat het opruimen van een aantal Cobol-omgevingen op de planning die draaien op een Open VMS-platform. ‘In het laatste geval gaat het om oude technologie die nog precies doet wat het moet doen, in andere gevallen is de toepassing soms niet eens zo oud, maar kondigt de leverancier aan de ondersteuning binnen afzienbare tijd te stoppen. Dan krijgt vervanging hiervan voorrang boven oude technologie. Ik krijg nog wel eens een sneer uit de markt dat ik nog met Cobol werk. Maar ik moet vaak prioriteit geven aan recentere technologie die eerder in de problemen komt dan het relatief oude Cobol dat nog prima functioneert en jaren mee kan.’
Hij wijst er op dat het UWV ict heeft staan die in ruim dertig jaar bij elkaar is gebouwd. Zoiets vervang je niet in drie jaar, ook niet in vijf jaar. ‘Ik zie het meer als het besturen van een olietanker dan dat je het even met lowcode, robot process automation of data analytics binnen een jaar totaal op de kop kan gooien. Daar is die wet- en regelgeving te ingewikkeld voor. Was het maar zo’n feest dat ik een oplossing van de plank kan trekken. In elk land is de wet- en regelgeving anders. Onze systemen zijn nergens als standaardsoftware te koop.’
Mooie club
Van der Vlist stapte op 1 september 2013 als cio over van verzekeraar Nationale Nederlanden naar het UWV. Hij zit er langer dan de vijf cio’s die voor hem zaten bij elkaar, constateert hij lachend. Sowieso zit hij voor een it-directeur lang op zijn post: de levenscyclus van een cio is gemiddeld twee, drie jaar. Veel te kort zijn ogen. ‘Je moet eerst ergens een paar jaar werken voordat je snapt hoe het zit. Kijk naar het UWV, dat is geen simpele organisatie. Ik vind dat een cio er niet alleen is om iets nieuws te initiëren, maar er ook moet zijn als het een keer mislukt én als het een succes wordt. Ik zit er liever een jaar of zeven, acht dan dat je na drie jaar alweer weg bent. Dan heb je eigenlijk niets afgemaakt en hooguit een steen in de vijver gekieperd.’
Heel veel mensen vinden iets van het UWV. Er is vaak harde kritiek te horen op de informatiehuishouding. Maar, onderstreept Van der Vlist, het is ook een organisatie die er toe doet in Nederland. ‘Zo ben ik ook bij het UWV terechtgekomen. Toen ik binnenstapte zag ik gemotiveerde ict’ers aan het werk, van data-analisten tot en met security-specialisten en inkopers. Daar zit een mooie club mensen die bouwen aan de sociale zekerheid van Nederland, dacht ik toen. Daar wil ik wel bij horen.’
Lees ook het eerste deel van het interview: UWV levert ict-huzarenstukje (1)
Dit artikel staat ook in Computable-magazine #01/2021.
Lowcode en rpa
Nieuwe technologie als lowcode en robot process automation (rpa), cio Van der Vlist kan er enthousiast van raken, al volgt de kanttekening er direct achter aan. ‘Hoe krijg ik mijn vinger er achter of ik over vijf of tien jaar nog op een lowcode-toepassing kan leunen? Want je moet het kopen als een soort weggooitechnologie. Bovendien is het sterk leveranciersgebonden. Pas als je zeker weet dat het over tien jaar nog steeds bestaat, kun je er een serieus systeem, zoals een core-administratie of een wetgevingssysteem, in bouwen. Anders moet je je beperken tot randsystemen. Het enige dat ik nu zeker weet is dat over tien jaar Cobol en C-gebaseerde talen als .Net en Java nog steeds bestaan.’
‘Rpa passen we mondjesmaat toe’, vervolgt hij. ‘Het is prima inzetbaar voor het sneller afwikkelen van standaardhandelingen. Maar het blijft het een vorm van screenscraping. Wij gebruiken het voor tijdelijke oplossingen. Ik ben als de dood voor een structurele toepassing want dan vergroot ik op termijn ons legacyprobleem in plaats van dit te verkleinen.’
Van der Vlist is namelijk niet onder de indruk van de architectuur: rpa automatiseert een menselijk interactielaag maar het doet niets aan de onderliggende technologie. ‘Dus, als jij een mainframeapplicatie hebt in Cobol en je legt daaroverheen een rpa-laag, dan kun je een snelle sprong maken, bijvoorbeeld snel en automatisch data vanuit je Cobol-applicaties naar Excel overbrengen zodat medewerkers ermee verder kunnen. Maar op het moment dat je iets moet wijzigen aan die mainframe-applicatie of het systeem wil vervangen dan raak je in de knoop met die rpa-toepassing. Want die zit daar bovenop en zelfs schermwijzigingen leveren dan problemen op.’