Apple werkt naarstig verder aan zijn elektrische wagen en mikt op 2024 voor de marktintroductie. Dat meldt persagentschap Reuters. De auto zou uitgerust worden met eigen, revolutionaire batterijtechnologie.
De geruchtenmolen over een auto die Apple aan het ontwikkelen is, draait al jarenlang op volle toeren. Aanvankelijk stond het project bekend als Project Titan, toen het in 2014 opgestart werd. In 2018 echter trok Apple de stekker eruit. Doug Field, een oudgediende van Tesla, werd aangetrokken om Project Titan te overzien en hij ontsloeg een jaar later zo’n 190 mensen die op Project Titan hadden gewerkt.
Nu zou de elektrische iCar terug nieuw leven zijn ingeblazen, zo vernam Reuters bij twee verschillende, anonieme bronnen. Centraal zou een nieuwe batterijtechnologie staan, die batterijen veel goedkoper, maar tegelijk ook veel krachtiger maakt, zodat ze een veel groter rijbereik kunnen garanderen, zegt een derde bron. Het batterijpack zou gebruikmaken van een ‘monocell’-ontwerp, waarbij de individuele batterijen zo dicht mogelijk tegen mekaar geplaatst worden, met zo weinig mogelijk verpakkingsmateriaal.
Voor de chemische samenstelling van de batterijen wedt het bedrijf op lithium-ijzerfosfaat, dat minder snel oververhit en dus veiliger is dan traditionele lithium-ion. De nieuwe wagen moet rond 2024 op de markt verschijnen, al kan de huidige coronapandemie wel roet in het eten gooien en het hele project vertragen tot 2025.
Stevige uitdaging
Het lijkt er ook op dat Apple met zijn auto wel degelijk op consumenten als eindgebruikers mikt. Daarmee hanteert het dus een andere strategie dan Google-dochter Waymo, die inzet op autonoom rijdende robottaxi’s. Zelfs voor een schatrijk bedrijf als Apple zou dat de nodige kopzorgen kunnen meebrengen. De logistieke en industriële uitdaging van het bouwen van een auto is vele malen groter dan bij het in mekaar schroeven van een gsm. Tesla deed er zeventien jaar over om winstgevend te worden.
Apple zal bijvoorbeeld allicht ook een eigen autofabriek moeten bouwen om de wagen te produceren, of beroep moeten doen op een OEM. Naar verluidt zou het Oostenrijkse Magna International al daarover met Apple in gesprek zijn geweest, maar die gesprekken liepen dood toen Apple de stekker uit Project Titan trok. OEM’s als Magna eisen van klanten een bepaald minimumvolume om de productie op te starten, maar voor een complete nieuwkomer in de auto-industrie als Apple zouden zelfs lage volumes al een uitdaging kunnen zijn.
Sommige waarnemers menen dat Apple beter een partnerschap zou aangaan met een bestaande autofabrikant en eerder als een soort technologieleverancier zou kunnen optreden. Bij heel wat analisten leeft ook de zorg dat de automobielindustrie met veel lagere winstmarges werkt dan Apple de laatste jaren gewend is.
Apple zelf wil niet op de berichtgeving reageren.