Chris van Breugel blijkt afgelopen 22 oktober op 76-jarige leeftijd te zijn overleden. Hij was jarenlang directeur van Capgemini in Nederland en later de Benelux en nauw betrokken bij de overname van Volmac in 1992.
Capgemini laat in een rouwadvertentie weten dat ‘onder de bezielende leiding van Van Breugel Capgemini groeide van een bedrijf met zeventig man naar zesduizend medewerkers in de Benelux in 1998.’
Van Breugel (1944) kwam in 1966, toen hij werkzaam was bij een verzekeringsmaatschappij, in aanraking met automatisering. Na het volgen van een opleiding werkte hij daarna in administratieve automatiseringsfuncties bij Univac en SHV. In 1970 trad hij in dienst bij Cap Nederland, waar hij it-projecten bij klanten leidde.
In oktober 1975 werd Van Breugel door Cap-topman Serge Kampf (het bedrijf heette intussen na een overname/fusie Capgemini) benoemd tot algemeen directeur van Capgemini Nederland. Dit werd in 1989 uitgebreid, na de fusie van Capgemini Nederland en Pandata tot Capgemini Pandata. Kampf bestempelde later Van Breugel nog als ’the bulldozer’.
Kroon op zijn werk was de overname van Volmac in 1992, op dat moment de bekendste Nederlandse automatiseerder. In eerste instantie heette Volmac nog Cap Volmac; vanaf 1996 werd wereldwijd de naam Capgemini gebruikt en verdween het roemruchte Volmac als naam uiteindelijk van het toneel.
Van Breugel was ook nog betrokken bij de samensmelting van de Nederlandse en Belgische onderdelen (in totaal 4500 man) van Sogeti, de zusteronderneming van Capgemini. Hij gaf tot 1998 leiding aan Capgemini Benelux en was lid van de raad van commissarissen van de Capgemini Group van 1996 tot 2002.
De topman van Capgemini in de Benelux dook geregeld op in de kolommen van Computable. In 1997 maakte hij gewag van de potentiële groeikansen op het gebied van ‘het opzetten van een eigen intranet, het Jaar 2000 en de euro’. De millenniumovergang zag hij als een technisch probleem, de euro als een consultancy-probleem. ‘Om met de euro te kunnen werken, moet een bedrijf zijn bedrijfsprocessen herinrichten. Daar ligt voor ons veel werk. Maar dit zal weer ten koste gaan van andere opdrachten. Directies zullen de vervangingsvraag stellen: waar moeten wij bezuinigen om te kunnen investeren in Jaar 2000- en euro-oplossingen?’, zei hij in het artikel in Computable van 1997.