Bij Rijkswaterstaat wordt weleens schertsend gezegd dat dit uitvoerende agentschap niet alleen over de wegen en het water gaat maar nu ook van de lucht is. In de kern is dit ook zo, want sinds afgelopen najaar heeft Rijkswaterstaat (RWS) een professionele luchtvaartorganisatie met een droneteam. Het project Smart Patrol won zelfs de Computable Award 2019 voor de Digitale Transformatie van het Jaar.
Het droneproject, onderdeel van Smart Patrol, is sinds het winnen van de award in een stroomversnelling geraakt. Het RWS-droneteam slaagt er steeds beter in om incidenten op het water klein te houden. De vervolgschade kan daardoor worden beperkt. Dit leidt tot minder hinder voor de scheepvaart en geringere milieuschade. William Vermeulen, programmamanager Smart Patrol bij Rijkswaterstaat, constateert dat incidenten 15 tot 30 procent sneller zijn af te handelen. Tegen olielozingen zijn dankzij de ogen vanuit de lucht eerder adequate maatregelen te nemen. Aannemers die de vervuiling moeten opruimen, kunnen direct worden aangestuurd. Ze krijgen meteen te horen welk materieel nodig is om een klus te klaren. Omdat efficiënter wordt gewerkt, blijkt ook kostenbesparing mogelijk. Drones zijn sneller op de juiste locatie dan patrouillevaartuigen. Een ander pluspunt is de grotere duurzaamheid.
Drones bewijzen ook in bijzondere omstandigheden hun nut, bijvoorbeeld bij ijsvorming of bij extreem hoog dan wel laag water. Met deze onbemande luchtvaartuigen kan een crisisteam zich snel een beeld vormen van situaties. Inmiddels weet de organisatie ook waar het loont ze in te zetten. Vermeulen: ‘De meerwaarde op het water is nu wel voldoende aangetoond. Het vaarwegverkeer heeft er baat bij.’
Drones in wegverkeer
Rijkswaterstaat gaat dit jaar ook kijken of het zinvol is om drones in het wegverkeer in te zetten. Ook bij de toezichthoudende taken van de dienst kunnen drones een toegevoegde waarde hebben. Vanuit de lucht valt heel goed een beeld te krijgen van de verkeerssituatie. Dit kan van pas komen bij grote incidenten. Ook helpt het bij het monitoren van verkeersbewegingen zoals eind vorig jaar met de grote boerenprotesten.
Los hiervan is Rijkswaterstaat ook qua dronetechniek toe aan een volgende stap. In 2018 werden marktpartijen, kennisinstituten en universiteiten uitgedaagd om te innoveren op het gebied van automatisch vliegende drones. Dit leverde voldoende resultaten op om aan de slag te gaan met autonome en op afstand vliegende drones. Het gaat hierbij om drones die buiten het directe gezichtsveld van een operator vliegen. Deze persoon ziet op een beeldscherm waar de drone vliegt. Als er wat mis dreigt te gaan, kan hij de drone terughalen.
Net als bij zelfrijdende auto’s wordt telkens een stapje verder gegaan qua autonomie. Helemaal automatisch gaat het vliegen niet omdat er nog altijd iemand achter de knoppen zit. Vermeulen: ‘Met het oog op de maatschappelijke acceptatie wordt zeker niet overhaast te werk gegaan. We wachten liever een jaar langer voordat de volgende stap wordt genomen dan dat we het risico lopen dat een project helemaal moet worden stopgezet.’
Verkeerspost Nijmegen
Het plan is om autonome drones vanaf meerdere vaste locaties ‘as a service’ te leveren. Bestaande verkeersposten/centrales kunnen bijvoorbeeld als een basis dienen. Als eerste wordt bij de Waal in de omgeving van de verkeerspost Nijmegen een praktijkgebied geopend waar de nieuwe dienst wordt getest. Zeker waar grote haast is geboden, kunnen dit soort drones voordelen bieden bij de afhandeling van incidenten op het water. In dit proefgebied gaat Rijkswaterstaat intensief samenwerken met hulpdiensten, marktpartijen, kennisinstituten en eindgebruikers. Rond het innovatietraject Drone2Go is een ecosysteem opgebouwd.
Vermeulen: ‘Door de inzet van drones kunnen we snel een goed overzicht van een bepaalde situatie krijgen. Zo geeft een drone ons bij aanvaringen, brand aan boord van een schip, afgevallen lading of olieverontreinigingen realtime-overzichtsbeelden vanuit de lucht. In de toekomst kunnen we die beelden in onze verkeerspost Nijmegen live tonen aan de nautisch verkeersleiders. Ook hulpdiensten uiteindelijk van deze beelden gebruikmaken.’ Naast een automatisch vliegende drone vanaf de verkeerspost in Nijmegen, wil Rijkswaterstaat ook elders drones standaard inzetbaar maken. In aanmerking komen meerdere vaste locaties waar ook partners een beroep op onze drones kunnen doen.
Drone2Go
Samen met de politie, brandweer, Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) en Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) stimuleert Drone2Go de inzetbaarheid van automatisch en op afstand vliegende drones. De hele Nederlandse dronesector kan daarvan profiteren. Dit traject draagt ook bij tot het inperken van de risico’s van dronegebruik. Ook helpt de ontwikkeling van ‘drone-as-a-service’ bij het opstellen van kaders en richtlijnen.
Drone2Go doet een uitgebreide praktijkproef met een landingsplatform (docking station) dat is gecombineerd met een acculaadsysteem. Daarvandaan kan de drone automatisch vertrekken en landen. Bovendien worden de live beelden van de drone veilig gestreamd naar de operator in de verkeerspost en de mobiele verkeersleider. De mobiele collega’s zien op hun smartphone of tablet wat er gebeurt.
Tenslotte wordt ervaring opgedaan met zogenaamde bvlos (beyond visual line of sight)-vluchten. Bij dit soort vluchten vliegt de drone buiten het zicht van de piloot. Er is geen interactie meer mogelijk tussen piloot en toestel. De drone zal dus een grote mate van autonomie moeten hebben om uit te kunnen wijken voor ander luchtverkeer, mens, dier en obstakels zoals een hoogwerker. Daarnaast zal de drone in staat moeten zijn om zelfstandig noodlandingen uit te kunnen voeren bij storingen.
Voortrekkersrol
Volgens Vermeulen kan Nederland een voortrekkersrol vervullen. ‘Als het hier lukt, zal het elders zeker slagen. Want de uitdagingen om hier met drones te vliegen zijn groot. Vrijwel nergens ter wereld zijn de omstandigheden zo lastig. Denk aan de bevolkingsdichtheid, de vele woongebieden en industrieterreinen, het frequente laagvliegend verkeer. Dit alles vraagt om een goede afstemming. Ook qua procedures behoort Nederland niet tot de gemakkelijkste landen. Daarom worden vergunningverleners en beleidsmakers nauw bij de plannen betrokken.’ Als alle problemen hier goed kunnen worden overwonnen, geeft dat een impuls aan de drone-industrie. Want van de opgedane kennis kunnen straks ook andere vakgebieden en marktpartijen profiteren. Meerdere systemen worden uitgeprobeerd.
Vermeulen benadrukt dat er best wel veel power achter het project zit. Rijkswaterstaat gaat niet zelf het wiel uitvinden maar geeft meerdere toeleveranciers een kans. Het project wordt opgeknipt in handzame ‘blokken’. Gewerkt wordt in korte sprints. Regelmatig krijgt het grote publiek resultaten te zien. De deelnemers aan Drone2Go hebben een commitment afgegeven ook de tussentijdse uitkomsten breed te delen. Uiteindelijk gaat de drone een steeds belangrijker plaats bij Rijkswaterstaat innemen. Behalve aan incident management valt ook aan onderhoud en inspectie van bruggen te denken.
Dit artikel verscheen eerder in Computable Magazine #3 2020.
Startblokken
Sinds Smart Patrol en de inzet van drones vorig jaar de Computable award voor de Digitale Transformatie van het Jaar won, is deze innovatieve oplossing goed uit de startblokken gekomen. Het winnen van de prijs motiveerde de betrokken medewerkers extra. En in de bredere organisatie die rond de 9.000 medewerkers kent, leidde het tot meer erkenning. Het jaarbericht RWS 2019 maakte er melding van.
Drones nemen een hoge vlucht rimshot