Vermoedelijk moest menig (bijna) gepensioneerd ict’er even in de ogen wrijven, maar het stond er echt: ‘De Amerikaanse staat New Jersey is op zoek naar mensen die de stokoude programmeertaal Cobol nog in de vingers hebben.’ Ict’ers die niet zo lang werkzaam zijn in het vakgebied moeten gedacht hebben: Cobol?
Cobol is een programmeertaal die vooral in de jaren zestig opgang maakte en die gebruikt werd in zakelijke omgevingen. Het is de afkorting van Common Business Oriented Language (algemene zakelijk georiënteerde taal). In New Jersey is er nood aan de man en wordt er met spoed naar Cobol-programmeurs gezocht, omdat de mainframe-computers van de overheid de toestroom van werkloosheidsaanvragen naar aanleiding van het coronavirus niet meer aan kunnen.
De ‘Cobol-krassers’ moeten met antieke computers kunnen omgaan; mainframes van meer dan veertig jaar oud. De programmeurs moeten vooral helpen om de toevloed aan werkloosheidsaanvragen in goede banen te leiden. Die zijn sinds de coronacrisis met 1600 procent gestegen.
Het UWV in Nederland heeft (nog) niet te maken met zulke werkloosheidspercentages, maar ook deze overheidsorganisatie werkt met oude systemen. Sterker, zij blijft er langer mee werken, omdat het in 2020 aan ruimte ontbreekt voor innovatie. Als de coronacrisis nog even in Nederland aanhoudt, dan loopt bij ons vermoedelijk de werkloosheid ook wel op. Dat rechtvaardigt de vraag: moeten wij ook de Cobol-krassers uit de mottenballen gaan halen?
Gert-Jan,
De ponsdame kan ik me niet herinneren, wel het reserveren van tijd voor het compileren van code of testdraaien hiervan. Ook kan ik me de uitbranders nog herinneren naar aanleiding van ‘constructiefouten’ in de code zoals de tussentijdse I/O instructies wat toen dure operaties waren. Batchverwerkingen zijn nu als vloeken in de SOA kerk maar ze waren efficiënter dan voor elk ingrediënt naar de supermarkt gaan.
Wij hadden een zaal voor ponsdames (oneerbiedig ponspoesen en soms erger genoemd). was maar gedurende een maand of drie daarna konden we zelf de sources inkloppen.
De JCL ging zelfs nog via ponskaarten.
(ben ik oud?)
De ponskaart, papieren telextape enzovoort stamt uit de jaren 70 en was in de jaren 80 zo’n beetje overal door de terminal vervangen. Als je in de jaren 70 al Cobol aan het krassen was dan ben je inderdaad oud want dat is 50 jaar geleden, die generatie ging grotendeels na de mileniumbug met vervroegd pensioen.
Zo oud nou ook weer niet, begonnen in 1980 😉
Sinds wanneer zijn S36, S38 en AS400 mainframes?
Toentertijd werden die “mini”-computers genoemd.
Het waren echter fijne machines, stabiel als een huis.
Jan,
IBM poetst met regelmaat oude spulletjes op door ze een nieuwe naam te geven, de AS/400 heet nu iSeries en er zijn nog zo’n 100.000 organisaties wereldwijd die hiervan gebruik maken. Veelal voor hun core processen zoals erp en de financiën want het zijn onveranderlijk stabiele machines. Probleem is dat kennis van het platform zeldzaam wordt omdat de veteranen uit de jaren 80 al met pensioen zijn of op korte termijn met pensioen gaan.
Overdacht van kennis staat niet op de agenda omdat veel managers denken dat ze erp- of financieel systeem wel even naar de cloud kunnen migreren. BV Kansloos is eerder failliet dan succesvol want er zijn vandaag nog altijd meer dan 220 miljard regels aan Cobol code actief omdat de helft van financiële systemen hierop draait. Naast een gebrek aan kennis is de omvang van de ’tech debt’ een probleem waar al 5 jaar aandacht voor wordt gevraagd.
Jan, het waren in onze tijd inderdaad mini’s of midframes, tegenwoordige soms uitgescholden voor mainframes. Waarschijnlijk een gebrek aan kennis en omdat veel applicaties nu draaien op telefoongrote hardware. 😉
Het blijven (zeker de iSeries) super stabiele apparaten die foutloos blijven draaien tot je letterlijk de stekker eruit trekt.