Je hoofd breken over ingewikkelde programmeertalen, code of infrastructuur hoeft niet meer. Met een low-code-ontwikkelplatform kun je snel en eenvoudig functionele applicaties ontwikkelen.
Forrester introduceerde de term low-code in 2014 in zijn rapport New Development Platforms Emerge For Customer-Facing Applications om het nieuwe denken over app-ontwikkeling aan te duiden. Vijf jaar later is de term niet meer weg te denken en worden low-code-platformen gezien als de toekomst van applicatieontwikkeling. Maar wat maakt low-code development platforms zo interessant? Welke (technologische) ontwikkelingen hebben zich de afgelopen jaren voorgedaan, waardoor ze in korte tijd waardevol zijn geworden voor organisaties en geavanceerde ontwikkelteams?
Bij low-code draait het om softwareontwikkeling gericht op een visuele manier van applicaties ontwerpen. De grafische abstractielaag zorgt ervoor dat het ontwikkelen van software toegankelijker en sneller wordt. Hierdoor is het niet langer een vereiste om traditionele computercode te schrijven, waardoor applicatie-ontwikkeling voor iedereen toegankelijk wordt. Of het nu gaat om een professionele ontwikkelaar of bijvoorbeeld een business analist, een low-code-ontwikkelplatform biedt bijna iedereen de mogelijkheid om op eenvoudige wijze een applicatie te bedenken, te ontwikkelen en aan te passen.
Win-winsituatie
Ontwikkelaars worden als het ware ontlast bij hun overvolle werkzaamheden, terwijl niet-ontwikkelaars eigenhandig software kunnen ontwikkelen om snel te kunnen innoveren. Een win-winsituatie in een tijd waarin het aantal langdurig openstaande it-vacatures wereldwijd als hoofdpijndossier wordt ervaren. Bovendien is door het minder omslachtige proces de time-to-market van een nieuwe app door een al bestaande, onderliggende infrastructuur, razendsnel. Een legio aan voordelen die zich ook nog eens laten vertalen in lage ontwikkelingskosten.
Organisaties die vooralsnog vasthouden aan traditionele code richten zich steeds vaker op standaardoplossingen die zowel klant- als bedrijfsprocessen automatiseren. Dit blijkt uit het blog van Forrester, The Four Faces Of Rapid Development. Low-code-platforms springen hierop in door business process automation-features toe te voegen. Andersom voegen leveranciers van bedrijfsprocesautomatisering functies toe om low-code-apps te automatiseren. Daarom maakt Forrester inmiddels onderscheid tussen ‘digitale procesautomatisering voor brede implementaties’ en ‘digitale procesautomatisering voor diepe implementaties’.
Het onderzoeksbureau legt vervolgens uit dat het resultaat van deze segmentatie een nieuwe, overkoepelende marktcategorie is die ‘rapid app delivery’ wordt genoemd, waartoe bijvoorbeeld Outsystems behoort. Het introduceren van de nieuwe marktcategorie scheidt daarbij meteen ook het kaf van het koren, gezien vertrouwde low-code-leveranciers niet langer op dezelfde manier worden beoordeeld als nieuwkomers die zich bezighouden met bedrijfsprocesautomatisering.
Belangrijk voor innovatie
Nu zijn ontwikkelaars altijd al essentieel geweest voor het innovatievermogen van bedrijven. Ruim voor low-code een begrip werd, gebruikten traditionele ontwikkelaars en citizen developers (burgerontwikkelaars) hun probleemoplossend vermogen om hun bedrijven te helpen differentiëren. Ook toen leidde dat tot nieuw ontwikkelde apps, die zorgden voor betere bedrijfsprestaties en een optimale klantervaring. De snelle prestatiemaatschappij zoals we die vandaag de dag kennen, vraagt organisaties alleen om een tandje bij te zetten om achterstand op de concurrentie te voorkomen. De snelheid van implementatie van nieuws apps is dan ook cruciaal. Dat maak je mogelijk door innovatie niet langer te beperken tot een geselecteerde groep mensen of een enkele afdeling, maar door low-codeplatforms breed in te zetten. Op die manier worden ideeën sneller omgezet in prototypes, ziet een eerste versie van een product of dienst (minimum viable product, mvp) sneller het licht en zal het aantal nieuwe, complete applicaties alleen maar toenemen.
De ontwikkeling van low-code-platforms gaat hard. Ze voegen diepte toe aan de gebruikelijke low-code use cases, bieden opties voor de integratie van codering en deelname van bedrijfsexperts en voegen functies toe voor applicatiie development & delivery (ad&d)-teams. Organisaties krijgen daardoor de mogelijkheid om ontwikkelingsprocessen en applicatiewijziging in grote app- en serviceportfolio’s te regelen. Maar ook het laden en synchroniseren van gegevens in productie-apps en geautomatiseerde foutrapportage en -behandeling zijn door de speciale ad&d-functies mogelijk.
Wereldwijde groei
De eenvoud en voortdurende technologische ontwikkelingen, zoals onder meer realtime applicaties, artificial intelligence (ai)-services en missiekritieke apps, zorgen ervoor dat steeds meer organisaties low-code ontwikkelingsplatforms omarmen. Bovendien krijgen traditionele ontwikkelaars door de beschikbaarheid van ai sneller feedback en inzicht in potentiële applicatieproblemen en groeien citizen developers in hun rol als ontwikkelaar. Hierdoor worden prestatie- en gegevensgerelateerde problemen voorkomen, is een betere besluitvorming mogelijk en draagt het bij aan meer relevante en betekenisvolle klantervaringen. Low-code is het logische en duurzame vervolg op robotic process automation (rpa), waar automatisering wordt ingezet als tijdelijke oplossing voor een handmatig proces. Zo wordt rpa onder meer gebruikt voor snelle, repetitieve, automatisch uitgevoerde taken, zoals contractherziening en andere backoffice-taken. Met low-code wordt dit overbodig en worden deze processen vanuit de applicatie geautomatiseerd.
Uit het onderzoeksrapport The Forrester Wave: Low-Code Platforms For AD&D Pros, Q1 2019 blijkt dat wereldwijd inmiddels zo’n 23 procent van de ontwikkelaars dit nieuwe platform gebruikt. Nog eens 22 procent geeft aan dat binnen een jaar van plan te zijn. Maar geef ze eens ongelijk? Low-code platforms zijn niet alleen de toekomst van applicatieontwikkeling, ze bieden ook nog eens gemak, snelheid, efficiency en zijn kostenbesparend. Zoiets laat je als organisatie toch niet aan je voorbijgaan? Bovendien biedt low-code organisaties bescherming tegen technologische veranderingen, aangezien het te kostbaar is om toepassingen keer op keer te herschrijven wanneer een nieuwe technologie om de hoek komt kijken.
Low code, dat klinkt als een nieuwe naam voor 4GL (fourth generation language, een begrip uit de jaren 80).
Hier een goed artikel dat deze vergelijking ook trekt en duidelijk maakt op welke vlakken 4GL in het verleden tekort schoot:
https://medium.com/softwareimprovementgroup/low-code-wave-of-the-future-or-blast-from-the-past-7fcd618371b2
Low code producten lopen exact dezelfde risico’s.
Het probleem met lowcode is precies:
hoe kun je functionaliteit – in 3GL omgevingen nog “logic, algorithms, mathematics, etc.” genoemd – vormgeven door middel van “declarative tooling that supports visual drag-and-drop composition”.
Het antwoord luidt: dat kan niet met “visual drag-and-drop composition”.
En dan val je terug op de genoemde 3GL talen.
Of… ?
Jack,
Stel je die vraag aan een senior account executive van OutSystems?