Driekwart van de Nederlandse burgers bezoekt websites van overheidsinstantie om de gewenste informatie te verkrijgen. Hiermee doen we het goed ten opzichte van de andere Europese landen. Nederland staat namelijk op de vierde plek van e-goverment-gebruik.
Dat blijkt uit cijfers die Eurostat recent bekendmaakte. De gegevens in dit onderzoek zijn gebaseerd op de jaarlijkse Europese enquête over het gebruik van ict (informatie- en communicatietechnologieën) in huishoudens en door particulieren.
Verschillen in Europa
De ontwikkeling van e-government en de beschikbaarheid van online-overheidsinformatie en -diensten verschilt aanzienlijk tussen de lidstaten van de EU. En dat geldt dus ook voor het percentage burgers dat gebruik maakt van internet in het algemeen.
In 2019 had een groot deel van de burgers in de Noord-Europese landen de online-diensten en websites van hun overheid gebruikt om informatie te verkrijgen: 89 procent van de burgers in Denemarken, 84 procent van de burgers in Finland en 79 procent van de burgers in Zweden gaven aan dit in de afgelopen twaalf maanden te hebben gedaan. De top vijf is volledig met Nederland (76 procent) en Estland (69 procent).
België staat op de achttiende plek. Daar maakt 45 procent van de bevolking gebruik van de overheidswebsite om informatie op te zoeken. Dat is nog net boven het Europese gemiddelde van 44 procent.
Er zijn ook zeker landen in Europa die het belabberd doen. Zo had slechts 9 procent van de burgers in Roemenië via hun website informatie van de overheid gekregen. Ook Italië (19 procent) en Bulgarije (20 procent) maken niet bepaald een goede beurt.
Tien jaar
De recente grafiek is natuurlijk maar een soort van fotomoment. Al tien jaar geleden was er al een gelijkaardige rondvraag. In 2009 Nederland stond toen nog op de tweede plaats met enkel koploper Denemarken voor zich. En ook tien jaar geleden stond Roemenië op de laatste plaats. België stond toen nog op de dertiende plaats. Tien jaar later zijn de onderburen gedaald naar de achttiende plek.