Nederland dreigt te worden ingehaald als digitale mainport van de wereld. De sterke positie die de afgelopen dertig jaar is opgebouwd als digitale toegangspoort staat onder zware druk.
Dat blijkt uit het rapport ‘De Toekomst van de Digitale Economie’ dat de onderzoeksbureaus The METISfiles en PB7 met medewerking van Rabobank hebben opgesteld. Opdrachtgevers waren AMS-IX, Dutch Data Center Association, DHPA, ISPConnect en SURF. De partijen vertegenwoordigen het digitaal fundament van netwerken, internetknooppunten, datacenters, cloud- en hostingpartijen. Het is tijd voor fundamentele keuzes, concluderen zij. Want er zijn knelpunten ontstaan die niet fundamenteel worden aangepakt. Dit heeft vaak vele en gecompliceerde oorzaken. Met als resultaat dat Nederland aan het zakken is op verschillende ranglijsten en dat andere landen ons passeren.
Door de verdere digitalisering heeft de digitale infrastructuur met de nodige groeipijnen te maken, zoals de krappe arbeidsmarkt, een onvoldoende ontwikkeld onderwijssysteem, problemen met capaciteit in het elektriciteitsnet, verouderde wet- en regelgeving en beperkte handhaving. Door het ontbreken van een nationale regie heeft een lokaal afgekondigde bouwstop voor datacenters de internationale positie van de Nederlandse digitale mainport hard geraakt.
Allesomvattend
De huidige Nederlandse digitaliseringsstrategie richt zich sterk op 5G. Gemist worden cruciale onderdelen, zoals de belangrijke rol van internationale datalijnen (waaronder zeekabels) en knooppunten. Ook biedt het beleid weinig ruimte voor groei van datacenters en cloud- en hostingbedrijven. Ondertussen worden we ingehaald door landen om ons heen doordat de overheid daar doortastender optreedt. De sector wil daarom dat de overheid een samenhangend, allesomvattend beleid voor de digitale mainport ontwikkeld. Nodig is een coördinerend aanspreekpunt waar de digitale sector mee om de tafel kan.
In het rapport wordt gesteld dat de Nederlandse digitale infrastructuur een belangrijke motor is voor digitalisering, banen en economische groei. In 2019 leverde elke een euro omzet maar liefst vijftien euro aan toegevoegde waarde op voor de Nederlandse economie. De impact van de mainport op de Nederlandse economie bedraagt in totaal € 460 miljard, zestig procent van het BNP, en 3,3 miljoen banen.
Fundament
Het onderzoek toont aan dat de digitale mainport van groeiend cruciaal belang is voor de Nederlandse economie. In vergelijking met de andere mainports, Schiphol Airport en de Rotterdamse haven, die beiden zo’n twee procent groei kennen, groeit de digitale mainport met maar liefst 6,5 propcent per jaar. De digitale mainport is daarnaast het fundament voor praktisch alle sectoren; van webwinkels, online-media en platforms tot de financiële sector, de zorg en alle onlineapplicaties. Er zijn dan ook vele banen van afhankelijk: uit het onderzoek blijkt dat voor elke werknemer binnen de digitale mainport, het werk van 33 andere medewerkers in andere sectoren mogelijk wordt gemaakt.
In 2019 had een kwart van de beroepsbevolking een baan waarbij voor meer dan de helft van de tijd gebruik gemaakt wordt van ict. Ruim dertig procent van de internationale investeerders vindt dat de digitale sector de belangrijkste groeimotor van de Nederlandse economie is. En iets meer dan de helft van die investeerders adviseert ondersteuning van hightech en innovatieve bedrijvigheid om competitief te blijven.
Tempo
Ook de Rabobank ziet dat de huidige technologische ontwikkelingen grote invloed hebben op de maatschappij en bedrijfsleven. De Rabobank verleende dan ook zijn medewerking aan de totstandkoming van het rapport. ‘De ict-sector is voor de Rabobank een van de belangrijkste groeisectoren van de toekomst’, zegt Mark van Kampen, sectorspecialist Ict Dienstverlening bij de Rabobank. ‘Echter, om snelheid te houden in het tempo van digitaliseren en alle mogelijkheden optimaal te kunnen benutten, is een goed werkende it-infrastructuur een absolute voorwaarde voor zowel bedrijven als voor consumenten.’
“Door het ontbreken van een nationale regie heeft een lokaal afgekondigde bouwstop voor datacenters de internationale positie van de Nederlandse digitale mainport hard geraakt.” Dat was Amsterdam. Kan iemand mij uitleggen waarom je kostbare grond bij Amsterdam wilt verspillen voor de bouw van datacenters? Ik weet het, een datacenter zou eigenlijk in de aankomsthal van Schiphol moeten staan, of anders over de Zuidas van Amsterdam, maar heus, door glasvezeltjes te gebruiken kan zo’n datacenter ook heel ergens anders gebouwd worden. Wat dacht je van Oost Groningen, of Drenthe? Daar willen ze heel graag grote zonneparken bouwen, die kunnen de stroom voor die datacenters leveren. In de Eemshaven komen belangrijke trans-Atlantische glasvezelkabels binnen. En wie hebben er al datacenters in de Eemshaven? Jawel, Google en Microsoft. Die lijden niet aan het “Zuidas van Amsterdam” syndroom.
13 maart 2020 is het belang van een goede digitale infrastructuur voor veel bedrijven essentieel geworden door een lock-down als gevolg van een pandemie. Ik mis deze functionaliteit in de opsomming over het fundament van een digitale delta. Ben benieuwd wat effect van gedwongen thuiswerken heeft op de discussie over het klimaat als we daarmee effectiever de normering halen dan een verlaging van de maximale snelheid.
@Dirk: De nationale regie waarom gevraagd wordt in dit rapport, gaat wel iets verder dan de datacenters in metropoolregio Amsterdam. Microsoft onderzoekt de mogelijkheden van datacenters op de zeebodem. Onze Noordzee is lekker ondiep en als we er naast windenergie ook waterstof gaan produceren en opslaan is er ook stroom genoeg aanwezig (24×7), naast koelwater! Zonneparken (en windmolens) als hoofdleverancier(s) voor een datacenter lijkt me niet handig in een 24×7 wereldwijde cloud-economie. Voor datacenters zal een stevig electriciteits-grid nog wel even nodig blijven, vrees ik. Maar ze kunnen ook hele woonwijken bijverwarmen met hun koelwater en ze testen nu al de (ja, jammer, nog steeds) dieselaggegraten voor de noodstroomvoorziening, op momenten dat het even wat minder hard waait in Nederland en de zon ook niet schijnt.
Het is tekenend dat bijna 2 jaar na het uitkomen van de “Nederlandse Digitaliseringsstrategie” en het erop volgende “Actieplan Digitale Connectiviteit” in 2018 de digitale/internet bedrijfssector weer met deze oproep tot echt overkoepelend beleid op het gebied van de digitale economie moet komen. Als het over de (internationale en intercontinentale) data zeekabels gaat geeft de overheid bijvoorbeeld niet thuis en zou “de markt” het kunnen oplossen. Lijkt me stug! Intussen experimenteren we nog steeds volop nog met 5G fieldlabs, keurig verdeeld over het land om wat gemeenten en regio’s ook hun ambities wat meer glans te gunnen, maar blijven dit soort structurele en (inter)nationale dossiers op het gebied van infrastructuur gesloten.
De datacenters, ook buiten de Randstad, spelen dus nauwelijks een rol in het RES-gebeuren dat momenteel in bestuurlijk Nederland plaatsvindt in het kader van de energietransitie. En naast juridisch moeten leunen (, en fier rechtop staan, zou de bedoeling moeten zijn!) op een Telecomwet uit 1998 moest EZK onlangs op een wet uit 1965 terugvallen voor de recente “5G” multiband frequentieveiling. Die wet begint dus echt nog met “Wij, Juliana,..” en stamt uit een tijd dat zoiets als mobiele telefonie nog helemaal niet bestond! Ook de politiek blijft voorrang geven aan ad-hoc crisis- en incident of in ieder geval hoofdzakelijk reactief beleid op ICT-gebied, in plaats van desnoods zelf met wetgeving te komen om ook een keer een juridisch en bestuurlijk fundament te gaan creëren voor de leidende en vooraanstaande innovatieve rol die Nederland zo graag en eendrachtig zegt te willen behouden en uitbouwen op dit gebied.
@Fred. Met de windenergie wordt waterstof geproduceerd, dat kan op het land of op zee gebeuren. Natuurlijk kun je met windturbines en zonneparken geen 7 x 24 uur garanderen, dat is zo klaar als een klontje. Er moet een basis infrastructuur zijn die onder alle omstandigheden voldoende elektriciteit garandeert, maar die insteek heb ik nog steeds niet gehoord bij politici en pers als het gaat om de transitie naar groene energie. De Noordzee gebruiken als koelwater reservoir vind ik niet zo’n goed plan. Veel liever zie ik dat overschot aan warmte energie gebruikt om bijvoorbeeld kassen warm te stoken, en dan komt mijn plaatsing in agrarische gebieden weer boven.
Wat ik ook node mis is de overgang naar een netbeheerder voor data aansluitingen. We hebben nu nog de KPN met koper en glas, en Ziggo c.s. met coax. Uiteindelijke moet alles glas worden, maar we moeten niet van die doldwaze situaties krijgen dat er twee glasvezels het huis binnenkomen zoals nu wel eens gebeurt. Kortom, we hebben een netbeheerder glasinfrastructuur nodig die er voor gaat zorgen dat alle telefoonkabels en coax kabels vervangen worden door glas.
Bij de politiek zijn vele problemen te bespeuren. Het begint er al mee dat de meeste politici alpha mensen zijn, en geen beta mensen, om die oude terminologie maar weer eens van stal te halen. Van techniek hebben ze geen verstand, en ze snappen het ook vaak niet. Dan speelt ook het probleem dat ze, opgejaagd door de maatschappij, vaak aan symbool politiek doen, en nauwelijks in de gaten hebben dat ze daarmee vaak de plank volledig misslaan.
Neem de energievoorziening. Duitsland kan op mooie dagen zijn volledige elektriciteitsvoorziening afdekken met groene energie, sterker nog, dan produceren ze meer energie dan ze kunnen afzetten. Dat is mooi, maar op andere dagen moeten ze terugvallen op conventionele bronnen. Maar kolencentrales mogen niet meer, bruinkoolcentrales al helemaal niet, evenmin als kerncentrales, en we moeten ook van het gas af, dus waar komt dan de energie vandaan?
Kortom, men leutert er lustig op los zonder met een enigszins toonbaar totaal plan op de proppen te komen. We gaan veel meer stroom verbruiken, dus niet alleen moet er veel meer conventionele opwekkingscapaciteit bij komen, maar ook de volledige elektriciteitsinfrastructuur moet vervangen worden, incl. alle kabels in de straten. Wat in decennia is aangelegd moet allemaal vervangen worden in korte tijd.
In plaats van als kippen zonder kop rond te rennen zou men nu eindelijk eens een serieus totaal plan op poten moeten zetten, al is het maar in aanzet, zodat we een goed overzicht hebben over wat ons te doen staat.