Thales en General Electric gaan samenwerken om energiecentrales te beveiligen tegen digitale dreigingen. De twee gaan bedreigingsinformatie leveren, specifieke trainingen geven en een uitgebreid portfolio aan securitytechnologie leveren. Cruciaal daarbij is de integrale aanpak voor informatietechnologie (it)- en operationele technologie (ot)-systemen die steeds meer aan elkaar gekoppeld worden.
Thales publiceerde onlangs een handboek over cyberdreigingen in de energiesector. Daarin geeft het technologiebedrijf inzage in de meest risicovolle hackersgroepen in de energie-opwekkende industrie. Zo meldt het dossier dat de cyberaanvallen afkomstig zijn van zowel door staten gesponsorde actoren als specifieke groepen cybercriminelen. De zogeheten industrial control systems- (ics) en supervisory control & data acquisition (scada)-systemen zijn steeds vaker doelwit van gerichte cyberaanvallen, al dan niet gesponsord door overheidsinstanties bij internationale conflicten. Deze systemen worden op hun beurt gekoppeld aan it-systemen waarmee meer gegevens beschikbaar komen, bijvoorbeeld voor preventief onderhoud van energiecentrales.
Onderdeel van de samenwerking is de installatie van apparatuur bij het National Digital Exploitation Centre (NDEC) in het Verenigd Koninkrijk. Thales heeft dit educatiecentrum voor digitale veiligheid in samenwerking met de overheid in Wales opgericht. Cyberaanvallen plus reactiescenario’s worden hierin gesimuleerd, gedetecteerd en opgelost met behulp van technologie van Thales en General Electric Steam Power.
‘Het is van cruciaal belang dat beheerders van energiecentrales regelmatig gerichte training krijgen ter bescherming van hun vitale infrastructuur’, vertelt Eric ten Bos van Thales. ‘Energiecentrales profiteren van de samenwerking tussen Thales en General Electric dankzij oplossingen die volledig afgestemd zijn op de specifieke problematiek van energiecentrales.’
De overeenkomst tussen Thales en General Electric werd ondertekend tijdens het driedaagse Internationale Cybersecurity forum in Lille in Frankrijk eind vorige maand.