Luxe-autofabrikant Maserati gebruikt zowel statische als dynamische simulatie om nieuwe modellen te ontwikkelen. In de fabriek in het Italiaanse Modena is daarvoor een speciaal atelier gebouwd.
Het Innovation Lab van Maserati aan de Via Emilia Ovest in het Italiaanse Modena is een state-of-the-art-centrum waar het luxemerk de auto’s van vandaag en morgen ontwikkelt. Daarbij ondersteunen digitale processen de productontwikkeling op drie gebieden: de statische simulatie, de nieuwe Dynamic Simulator met zogeheten Driver-in-Motion (DIM)-technologie én de ontwikkelingslaboratoria die zich richten op de gebruikerservaring bij nieuwe modellen. Voor klanten die op zoek zijn naar exclusiviteit is er in de fabriek in Modena zelfs een speciaal atelier gebouwd. Hun behoeften worden tot in de kleinste details verwerkt in het virtuele simulatieproces.
Zo heeft het bedrijf in het lab niet alleen het laatste model van de GranTurismo-lijn (de Zéda) vormgegeven en getest. Ook zijn er simulaties uitgevoerd met ‘mules’: experimentele auto’s waarbij een nieuwe motor centraal achterin is geplaatst. De ‘mule-data’ zijn samen met de opgedane ervaringen geïntegreerd in de simulators, waarna de prototypen op basis van deze informatie verder zijn gefinetuned en doorontwikkeld, én voorzien van de definitieve carrosserie en technologieën.
Het bedrijf heeft voor zijn productontwikkeling zo’n 1.500 technici in dienst uit zeventien verschillende landen. Maserati werkt op r&d-gebied samen met Italiaanse universiteiten, onder andere op het gebied van elektrificatie en autonoom rijden.
(Deze bijdrage verscheen eerder in Computable-magazine #01/2020.)