Data is de hemel en de hel. Met meerdere camera’s op iedere straathoek, snelweg, supermarkt, schoolplein en station worden we als normale burger vaker op film gezet dan de gemiddelde soap-ster. Al deze beelden vormen een schat aan data. Data waarmee de openbare veiligheid verbeterd kan worden, maar dat tegelijk een bedreiging vormt voor onze privacy. Data brengt een groot dilemma met zich mee dat ik in deze blog graag voor je uiteenzet.
In Heerlen is het innovatielab, iLab, van Politie Eenheid Limburg gevestigd. Dit is een initiatief vanuit de Nationale Politie waar samen gewerkt wordt aan nieuwe oplossingen voor veranderende veiligheidsuitdagingen. Dit zijn vaak oplossingen met technische aspecten maar de culturele kant wordt zeker niet vergeten.
Data is een enorme uitkomst, maar te vaak gebeurt het dat het niet kan worden ingezet. Data mag volgens de wet namelijk alleen gebruikt worden voor het doeleinde waarvoor het is verzameld. Data van de drukke winkelstraat in Maastricht dat verzameld is om het straatbeeld in de gaten te houden, mag dus niet ingezet worden om gedrag van winkeldieven te analyseren. En data verzameld om files te monitoren op de A2 mag even goed niet gebruikt worden om patronen te ontdekken in auto-ongelukken.
Goudmijn voor een veiliger Nederland
Dat data hergebruiken verboden is, is natuurlijk ter waarborging van onze privacy. Maar tegelijk ontneemt deze wetgeving ons een betere openbare veiligheid. Met data kunnen we patronen ontdekken waardoor we gedrag van mensen kunnen voorspellen. Dit maakt dat bijvoorbeeld een kwaadwillende in het voetbalstadion gestopt kan worden voordat hij kan toeslaan. Het zorgt er ook voor dat we het verkeer veiliger kunnen maken. Als blijkt dat bij windkracht zeven om 16.00 uur veel meer ongelukken gebeuren op een bepaald punt op de eerder genoemde A2, kan de maximale snelheid worden aangepast in soortgelijke situaties. Data is daarmee de goudmijn van een veiliger Nederland.
Toch willen we niet allemaal altijd gevolgd worden. Zeker de mensen die wat op hun kerfstok hebben slaan dit liever over. Begrijpelijk, maar willen we de openbare veiligheid verbeteren is het tijd dat we stappen nemen. We hoeven niet gelijk met reuzenstappen naar voren, maar kunnen klein beginnen. Met bijvoorbeeld een zogenaamd ‘dataregister’ geïnspireerd op het donorregister. Daarin kunnen verschillende data-verzamel-projecten getoond worden en vervolgens kunnen Nederlanders per project aangeven of zij wel of niet willen dat hun gegevens of beeldmateriaal hiervoor gebruikt gaan worden. Door geen algehele toestemming te geven, blijft de Nederlander in controle, maar kan er wel gestart worden met innoveren.
Klein beginnen met dataregister
Een dataregister brengt uitdagingen met zich mee. Want wat doe je met data die vermengd is met mensen die geen toestemming gegeven hebben? En hoeveel van de data is uiteindelijk echt bruikbaar? Deze uitdagingen moeten we aangaan. We moeten met elkaar gaan kijken naar wat we kunnen, in plaats van focussen op wat niet kan. Het wordt uiteraard spannend, maar als we stil blijven staan haalt de technologie van de criminaliteit ons in.