Oracle trekt lessen uit razendsnelle datazeilrace
De SailGP, dat dit jaar zijn eerste editie beleeft, is in de eerste plaats een meerdaagse zeilcompetitie. Maar aan boord speelt zich nog iets interessants af. Elk van de zes deelnemende supersnelle F50-catamarans is uitgerust met ruim achthonderd sensoren, die tezamen een gigantische datastroom uitspuwen. En die data is toegankelijk voor alle concurrenten, met als gevolg dat de leercurve net zo stijl is als de races spectaculair.
Alsof zich in de haven van het Franse Marseille een troep orka’s heeft verzameld, klaar voor de jacht. Objecten schieten door het water. Eerst nog voorzichtig manoeuvrerend, zoekend, dan uit het niets een waanzinnige snelheid ontwikkelend. De ‘roofvissen’ komen uit het water omhoog, soms tot anderhalve meter, en maken met grote vinnen bijsturende bewegingen. De bereikte snelheden liggen zo hoog dat aanwezige pleziervaartuigen stil lijken te vallen.
Toch wekken de scènes op het water allerminst verbazing op. De zes F50’s – want daar hebben we het over – behoren met snelheden van meer dan negentig km/pu tot de snelste raceklasse van de zeilsport. Voor de vijfkoppige teams uit Australië, de VS, China, Frankrijk, Japan en Groot-Brittannië is het oefendag, over drie dagen de allesbeslissende wedstrijd. Inzet: een miljoen dollar. Winner takes all.
Kilo’s aan prijzen
‘De F50 is een foaming catamaran bestaand uit één ontwerp.’ Aan het woord is Russell Coutts, of om volledig te zijn Sir Russell Coutts. Zoals zijn titel weggeeft, niet de eerste de beste. De Nieuw-Zeelander (1962) is oud-wereldkampioen, winnaar van Olympisch goud (1984) en sleepte in talloze wedstrijden kilo’s aan prijzen binnen. Hij was bovendien aanvoerder van het Oracle Team dat tweemaal de befaamde America’s Cup won (Coutss won de race in totaal vijf keer).
Vandaag is hij hier in een van de hotels in de havenstad om op te treden als directeur van de SailGP en in die hoedanigheid zijn licht te werpen op de schepen en de competitie die uit vlootraces bestaat die op vijf verschillende plekken in de wereld plaatsvinden (naast de slotrace in Marseille, deed het zeilcircus San Francisco, New York, Sydney en het Engelse Cowes aan). Behalve enthousiast zijn over draagvleugels (hydrofoils) en de techniek die het mogelijk maakt zulke waanzinnige snelheden te bereiken, is hij hier ook om uit te leggen hoeveel data de schepen generen. ‘Het interessante van de F50’, aldus Coutts, ‘en daarmee van de SailGP, is dat de wedstrijdschepen identiek zijn. Om een technologische wapenwedloop te voorkomen, voeren we elke verbetering tegelijkertijd en op alle schepen door. In de geest van deze competitie zijn ook de data transparant.’
Wat Coutts wil zeggen, is dat tijdens elke race honderden hightech-sensoren aan boord van de schepen meer dan 1.200 datapunten verzamelen en streamen via een eigen draadloos netwerk van 100 mbps naar de onshore-Oracle-techbase. Van daaruit worden de gegevens geüpload en opgeslagen in de Oracle Cloud in het eigen Londense datacenter, waarna de analyse en wereldwijde distributie volgt. En dat binnen 150 milliseconden. ‘Sneller dan een handomdraai klaar voor consumptie.’
Opnames geüpload via een 2-Gbps link
Ook deze data vinden hun weg naar de teamcoaches – die zich tijdens de race niet aan boord bevinden. Zij analyseren die gegevens en communiceren dat tijdens een race met hun bemanning. Deze mededelingen gaan eveneens on-air, waardoor toeschouwers waardering krijgen voor de ene bemanning die de andere overtreft.
Over toeschouwers gesproken: er vloeit nog een datastroom, en wel een audiovisuele. Zo zijn op de vijftien meter lange schepen drie camera’s en evenzovele microfoons bevestigd. De opnames worden geüpload via een 2-Gbps link naar een helikopter die tijdens de race in de lucht hangt, gaan vervolgens via een lokaal datacenter en daarna via een glasvezelkabel naar het al genoemde datacenter in Londen. Daar krijgen ook deze nog een behandeling (lees geanalyseerd en geselecteerd), waarna ze in de Oracle Cloud gaan voor een live-uitzending vanuit een in Londen gevestigde tv-studio. Juist deze unieke point-of-views met geluidsporen moeten zeilfans (via ‘het tweede scherm’) het gevoel geven alsof ze zich op de raceboot bevinden. En ook déze beelden komen uiteindelijk in handen van de concurrentie.
Larry Ellison
Wie om zich heen kijkt, ziet hier en daar de naam Oracle opduiken. Da’s niet gek, want geestelijke vader van de competitie is Oracle-oprichter (in 1977) Larry Ellison, samen overigens met genoemde Coutts. Ellison, naar het schijnt zelf ook geen beroerde zeiler, wil met de lancering van wereldwijde SailGP ‘het zeilen herdefiniëren’.
Cathy Toft, Oracle-woordvoerder, licht even later toe dat SailGP een goed voorbeeld is van ‘concurrentievoordeel’, een term waar we het ook vaak over hebben in de wereld van it. Toft: ‘Als in een organisatie die beter presteert dan haar concurrenten door slim en correct gebruik te maken van technologie. De SailGP is bij uitstek zo’n competitie, waar voordeel is te halen ten opzichte van de concurrenten door betere inzichten te halen uit de beschikbare gegevens, uit data dus.’ Ze gaat nog een stap verder, om bij de kern te komen van de les die Oracle uit deze races wil trekken. ‘Met de juiste technologieën kunnen gegevens ons helpen enkele van onze meest diepgaande vragen en zakelijke uitdagingen te beantwoorden. Het potentieel van gegevens om problemen op te lossen en concurrentievoordeel te behalen, is onbeperkt’, aldus Toft.
Haar conclusie: door openheid creëer je een level playing field, waarop teams leren van andere teams om daarna zelf beter te presteren. Wat dat aangaat, is de stap van orka (die bekendstaat als zeer intelligent) naar Oracle niet groot.
(Dit artikel verscheen eerder in Computable-magazine #06/2019).