Eén open zorgdata-platform, leverancier- en technologieneutraal, waar een ecosysteem van apps gebruik van kan maken. Dit is het doel van de afgelopen vrijdag opgerichte stichting OpenEHR Nederland.
‘De ontbrekende schakel in de Nederlandse zorg-ict’, zo noemt Wouter Zanen, voorzitter van OpenEHR Nederland, het open platform waar alle zorgdata structureel wordt vastgelegd. Dat het kan, bewijst volgens hem Dicom, de standaard voor beelden in de zorg. Het is ook de hoogste tijd voor zo’n open dataplatform, want de huidige patiëntenportalen zijn duur en ze houden innovatie tegen. Als voorbeeld noemt Zanen Chipsoft, dat volgens verschillende partijen zorginnovatie tegenhoudt, en de verschillende legacy-systemen die zorgen voor slechte interoperabiliteit.
Huisvesten versus uitwisseling
Het grote verschil met nu al bestaande standaarden als HL7 Fhr en zorginformatiebouwsteen (zib) is dat data bij deze standaarden uitgewisseld wordt, terwijl het bij OpenEHR daadwerkelijk gaat om het huisvesten van data. Daarnaast is OpenEHR ook bedoeld om systemen op te bouwen. Om een en ander te doen slagen, is het essentieel om te beginnen met de data en vervolgens te internationaliseren, zodat uiteindelijk alle ziekenhuizen wereldwijd op basis van één dataplatform met elkaar kunnen communiceren.
Fundamentele verandering
Tijdens de oprichting afgelopen vrijdag in Houten, kwam ook Ian McNicoll aan het woord. Hij is vicevoorzitter van de wereldwijde OpenEHR-stichting. Hij spreekt over een fundamentele verandering van zorgdata en applicaties in de zorg. ‘Op dit moment is het een absolute puinhoop wat betreft de data in de zorg. Dit is waarom we moeten naar één dataset per patiënt waar alle andere zorgapplicaties uit kunnen putten.’ Of zoals McNicoll het stelt ‘the system is the data, not the app’.
Ook stelt hij dat het doel is om te streven naar maximale datasets per patiënt. Dit houdt in dat zoveel mogelijk klinische perspectieven in één set samenkomen. De Schot benadrukt dat hij ook wil dat de patiënt auteursrechten heeft tot zijn dataset en deze data tevens kan verspreiden, zodat de patiënt daadwerkelijk onderdeel van het medische team wordt. OpenEHR Nederland-voorzitter Zanen vult aan dat hiervoor een datamodel nodig is dat met alle standaarden om kan gaan, wat bij OpenEHR het geval is.
Revolutie
McNicoll benadrukt ten slotte dat er een revolutie gaande is waarbij zorgdossiers realtime beschikbaar en gevoed worden vanuit OpenEHR. Martin van der Meer, directeur van epd-leverancier Code24, is ook bij de oprichting van OpenEHR Nederland aanwezig en vertelt over zijn modulair epd, MConsole, dat gebaseerd is op OpenEHR-specificaties. Hij is lovend en stelt dat voor GGZ Friesland dankzij OpenEHR nu 210.000 epd’s realtime beschikbaar zijn.
Gebruikers van MConsole zijn onder meer Arkin, De Klick, Diagnostiek voor U, GGZ Centraal, GGZ Drenthe, GGZ Eindhoven, GGZ Friesland, GGZ inGeest, GGZ Noord-Holland-Noord, GGZ Rivierduinen, GGZ Westelijk Noord-Brabant, Lentis, Mondriaan, Reinier van Arkel, VNN en Yulius.
Wat is OpenEHR?
Een set van gedocumenteerde specificaties voor de opslag van Zorgdata, gebaseerd op de ISO18308 -standaard.
Uitgangspunten:
– Een flexibele informatielaag met:
+ Detailed Clinical Models (DCM’s)
+ Zorg Informatie Bouwstenen (ZIB’s)
– Een stabiele technische laag