Jeffrey de Ridder start zijn carrière als automonteur, maar maakt al snel de overstap naar ict. Inmiddels werkt hij al twaalf jaar bij Computest, waar hij een nieuwe rol op zich gaat nemen: guild leader voor de performance-dienstverlening van het it-consultancybedrijf. Computable spreekt hem over zijn (ict-)loopbaan.
Wat was voor jou de reden om de opleiding tot automonteur te starten?
‘Tijdens mijn pubertijd maakte ik veel lol en leefde ik vooral in het nu. Hierdoor had ik moeite met de vraag: wat wil ik later gaan doen? De keuze voor mijn carrièrepad kwam eigenlijk te vroeg. Ik koos voor de opleiding commerciële economie omdat vrienden naar dezelfde school gingen en mijn broer dezelfde opleiding deed. De opleiding paste helemaal niet bij mij.
In die tijd sleutelde ik veel aan scooters en besloot ik monteur worden. Er was echter nauwelijks werk te vinden in die branche. Samen met mijn huidige vrouw zijn we op de fiets – de scooter was weer eens stuk – alle autobedrijven in Zoetermeer en omstreken langs gegaan om persoonlijk een open sollicitatie te overhandigen en een korte pitch te geven. Na wat positieve reacties zonder concreet resultaat, hetzelfde rondje nogmaals herhaald. Uiteindelijk werd ik gebeld door Hyundai-garage Van der Linden die mij wel een baan en opleiding wilde aanbieden. Daar ben ik voor gegaan.’
Wat heeft je tot een overstap naar de ict-sector gedreven?
‘Het vak automonteur vind ik leuk en interessant en in de werkplaats klets je gezellig met collega’s en klanten over hun auto. Maar er zijn ook nadelen. Zo zijn je handen en armen altijd zwart, daar valt niet tegen op te boenen. Bovendien is het een onderbetaald beroep, waardoor ik voor het vullen van een spaarpotje in de avonden moest bijbeunen. Gelukkig wisten ze mij te vinden en kon ik elke avond te werken.
Zo zag ik mijn toekomst niet voor me, dus na het afronden van mijn opleiding als automonteur ben ik mij gaan oriënteren op iets anders. Een bekende van mij (Hartger Ruijs) had net het it-bedrijf Computest opgericht. In 2005 was het bedrijf gespecialiseerd in performance- en functioneel testen en had nog geen tien man in dienst. De bedrijfscultuur sprak mij aan: een groep vrienden die samen een passie delen. Applicaties testen en slopen en zorgen dat ze beter worden. En daarnaast nog leuke dingen doen samen. Daar wilde ik bij horen. De ict-kennis leer ik mijzelf wel aan, dacht ik.’
Hoe heb je de overstap gerealiseerd?
‘Ik wist niet meer over computers dan wat je vanaf buitenkant kon zien, dus ik had nogal wat in te halen. Enerzijds ontbrak de basiskennis, anderzijds moest ik de vakinhoudelijke testkennis opdoen. Gelukkig kon ik al na een paar weken voor veertig uur als stagiair performance test engineer aan de slag bij de toenmalige Postbank. Hier heb ik het vak on the job geleerd. Daarnaast blokte ik de avonduren om de theorie te leren en de benodigde certificeringen binnen te slepen. Van het OSI-model naar het binaire stelsel, van Tmap tot Prince 2, de lijst aan certificeringen en zelfstudies op mijn LinkedIn-profiel is vrij lang.’
Wat zijn de grote verschillen tussen automonteur en ict’er?
‘De werkomgeving is natuurlijk heel anders: van een werkplaats met je handen in de motor naar een bureau met een computer. Dat was wennen. Daarnaast zijn de secundaire arbeidsvoorwaarden in de ict veel beter: leaseauto, laptop, telefoon, jaarlijkse studie-trip, lunchvergoeding en vele borrels. Dat zit er als automonteur niet in.’
Welke kennis en ervaring van je baan als automonteur heb je meegenomen naar je baan als performance-testspecialist?
‘Klinkt misschien gek, maar er zijn best wat overeenkomsten tussen autotechniek en ict. Zo gaat de techniek snel en ben je nooit uitgeleerd. Stilstand is in die zin achteruitgang. Ook hebben beide beroepen een analyse-aspect om een probleem te onderzoeken. Dit vind ik erg leuk. Bijvoorbeeld ‘de response-tijden gaan omhoog bij vijftig transacties per seconde’ of ‘ik hoor een vreemd geluid bij een snelheid 100 km/h’. De onderzoeksaanpak verschilt niet eens zoveel. Om beide vraagstukken op te lossen gaat het om het juist plaatsen van de beschikbare gegevens en op basis daarvan een advies te geven, en uiteraard opnieuw testen of de reparatie het gewenste effect heeft gehad.
Verder werk je zowel als automonteur en als tester aan een product dat van iemand anders is. Mensen zijn trots op wat ze bezitten of gemaakt hebben, dus enige communicatieve tact is wel nodig als je hieraan werkt.’
Je ict-werkervaring is vooral bij de banken ING en Rabobank. Wat maakt de financiële sector zo interessant voor jou?
‘Ik ben niet uit een specifieke interesse of voorkeur in de financiële sector gekomen. Er kwam een plekje bij de Postbank (later ING) beschikbaar toen ik startte en toen ik toe was aan een nieuwe stap kwam de Rabobank op mijn pad. Uiteraard door de ervaring die ik al had vanuit de ING kon ik daar snel aan de slag.
In deze sector is performance logischerwijs essentieel. Problemen met bijvoorbeeld internetbankieren blijven niet onopgemerkt. Ook technieken en processen veranderen snel in deze omgeving en is het een uitdaging om bij te blijven. Er wordt weleens geroepen dat je in deze sector speler bent in de eredivisie binnen de ict-wereld. Dat voelt dan ook zo, je bent ergens mee bezig waar je ouders, opa, oma en vrienden profijt van hebben. Dat is gaaf.’
Je omschrijft jezelf als levensgenieter, waarbij je graag reist, sport, vist of een hapje kookt. Sleutel je ook nog weleens aan auto’s?
‘Nee. Ik heb daar een geschikte locatie en gereedschap voor nodig en bovendien heeft de techniek bij nieuwe auto’s mij ingehaald. Vorig jaar kwamen beide werelden weer even dichtbij elkaar toen collega’s, gespecialiseerd in security-testen, het infotainmentsysteem van auto’s van de Volkswagen Group probeerden te hacken.’
In 2017 werd je een consultancy captain bij Computest. Wat houdt dit in?
‘Computest werkt met zelfsturende teams en heeft daarvoor teamcaptains in het leven geroepen. Ik ben als captain het aanspreekpunt voor mijn consultancy-team en vertegenwoordig het team richting de organisatie. Ik ken de behoefte van mijn teamleden, monitor hoe zij in hun vel zitten en acteer hierop. Aangezien de medewerkers binnen consultancy voornamelijk op locatie bij de klant werkzaam zijn, probeer ik als captain het groepsgevoel te stimuleren en de Computest-cultuur uit te dragen.’
Je werkt sinds je negentiende bij Computest. Welke veranderingen zie je bij klanten?
‘Ik zie dat klanten steeds vaker zelf verantwoordelijk (willen) zijn voor de kwaliteit van hun product en de performancetest zelf op een agile manier willen inrichten en uitvoeren. Ik help klanten om dit op een juiste en gestructureerde manier in te richten, waarbij de verantwoordelijkheden goed belegd zijn. Uiteindelijk wanneer iedereen verantwoordelijk is, is niemand echt verantwoordelijk en dat is een grote valkuil. Dus opleiden, coachen en ondersteunen zal een belangrijk onderdeel worden van mijn rol.’
Wat wil je nog in je carrière bereiken
‘Ik heb het naar mijn zin binnen Computest en wil hier sowieso nog een lange tijd blijven. Ook ben ik gevraagd om binnen Computest als guild leader de ‘performance guild’ op poten te zetten. Ik ga me daarbij onder meer focussen op trainingen en opleidingen, marktbeweging, kennisdeling, research & development. Het is een rol met veel mogelijkheden en bovenal een gave en uitdagende klus.’