Pesten gebeurt tegenwoordig niet alleen meer fysiek maar ook online. Cyberpesten is al jarenlang een groeiend probleem dat telkens weer de kop opsteekt omdat daders vaak lastiger te pakken zijn vergeleken met fysiek pesten.
Acht procent van de kinderen op de basisschool is ooit gepest via Facebook, WhatsApp of e-mail. Bij kinderen op de middelbare school is dit twintig procent. Toch zijn het niet alleen kinderen die op internet slachtoffer zijn. Onder volwassenen vormt cyberpesten ook een probleem. Het komt bijvoorbeeld voor dat een collega wordt uitgesloten van een bepaalde WhatsApp-groep of dat er kwetsende mails binnen het bedrijf rond gaan.
Hoewel we cyberpesten niet altijd zien als een vorm van cybercrime, valt het er wel degelijk onder. Er zijn verschillende vormen van cyberpesten. De meest voorkomende vorm is het sturen van bijvoorbeeld beledigende berichten via sociale media, Whatsapp, sms of e-mail. Hoewel deze vorm cyberpesten vrij onschuldig is, zijn er ook extreme vormen waarbij pestkoppen mailaccounts of sociale netwerken binnendringen om de identiteit van slachtoffers te stelen. Op deze manier kunnen ze posts plaatsen of berichten sturen uit naam van het slachtoffer. Ook worden er soms websites gemaakt die gericht zijn op het vernederen van hun doelwit.
Een andere vorm is cyberstalking, waarbij één of meer daders doelbewust een slachtoffer lastig blijft vallen door bijvoorbeeld continu op fora en sociale media beledigende of bedreigende informatie te plaatsen.
24/7
Voor slachtoffers is cyberpesten erg vervelend. In tegenstelling tot fysiek pesten gaat cyberpesten 24/7 door. Hierdoor is het voor slachtoffers moeilijk om te ontsnappen aan de pesterijen. Ze kunnen vaak niet zien wie de dader is, waardoor ze niet kunnen vragen om ermee te stoppen. Bovendien zijn berichten lastig om te verwijderen en verspreiden ze zich erg snel waardoor iedereen het kan lezen of zien. De gevolgen van cyberpesten zijn dan ook vaak groot op zowel psychologisch, lichamelijk als sociaal vlak en kunnen een enorme impact hebben op het zelfbeeld van het slachtoffer.
Om cyberpesten te voorkomen, is het belangrijk dat er over gesproken wordt. Op deze manier begrijpt iedereen wat voor impact het heeft. Daarnaast is het verstandig om binnen een organisatie of school een vertrouwenspersoon aan te stellen, waar slachtoffers terecht kunnen. Eventueel is cyberpesten mee te nemen als onderdeel van het veiligheidsbeleid van de school of organisatie. Op deze manier krijgen slachtoffers handvatten om actie te ondernemen en zijn eventuele problemen sneller op te lossen. Echter is het belangrijker om kinderen al op jonge leeftijd online-etiquette aan te leren. Op deze manier kunnen we ze leren om op verantwoorde wijze deel te laten nemen aan de digitale maatschappij. Het is daarom belangrijk dat kinderen al op jonge leeftijd worden voorgelicht. Niet alleen ouders kunnen hier een bijdrage aan leveren maar ook scholen. Op deze manier leren zij niet alleen dat cyberpesten strafbaar is, maar ook beter omgaan met hun persoonlijke data. Leraren zullen daarom moeten worden bijgeschoold om leerlingen meer richting, stimulans en inhoudelijke bagage te geven op het gebied van cybersecurity en cyberpesten.
Educatie
Het is evenwel droevig gesteld met de educatie rondom privacy- en securityissues. Kennis over cybercrime en hoe je moet omgaan met de risico’s wordt in het huidige onderwijssysteem niet of nauwelijks bijgespijkerd. Informatica is geen verplicht schoolvak en lang niet alle scholen bieden het aan. Veel ouders maken zich hier terecht zorgen over. Uit onderzoek van G DATA blijkt dat maar liefst driekwart van de Nederlanders vindt dat er op de basisschool voorlichting over cybercrime gegeven moet worden. Het gaat hierbij niet om het opleggen van regels, maar kinderen al op jonge leeftijd de online-wereld beter te laten begrijpen. Op deze manier kunnen we voorkomen dat kinderen slachtoffer worden van cyberpesten of zelf gaan pesten.
Hierbij is het belangrijk dat er de nodige technische maatregelen worden genomen. Denk aan het installeren van beveiligingsoplossingen voor alle (mobiele) apparaten, het maken van back-ups en het downloaden van beveiligingsupdates. Bovendien bevat de meeste beveiligingssoftware ouderlijk toezicht, waarmee ouders en scholen de online-activiteiten van hun kind in de gaten kunnen houden. Op deze manier kunnen ze zien met wie kinderen communiceren en is er te kiezen om ongepaste online-content te blokkeren.
Voorlichting cruciaal
Als eerste stap is samenwerking en voorlichting cruciaal. Alleen op deze manier kunnen we, met de juiste technologische middelen, een vuist maken tegen cyberpesten. Hierdoor zullen (potentiële) daders eerder nadenken voordat ze tot actie overgaan en getuigen eerder de kant van het slachtoffer kiezen. Bovendien zullen slachtoffers dankzij voorlichting weten welke acties ze moeten ondernemen als ze worden gepest. Samen staan we sterker!