Nederland ideaal als digitaal testland voor Duitsland

Duitsland loopt qua digitalisering achter op Nederland. ‘Dat is een slechte zaak, want als Duitsland verkouden is, hoest Nederland mee’, stelt Smart Industry-voorzitter Ineke Dezentjé Hamming tijdens het Smart Industry Jaarevent op 18 maart 2019, onderdeel van de Conferentie Nederland Digitaal. Daarom moet Nederland het voortouw nemen binnen een digitale samenwerking met onze oosterburen.

Duitsland is volgens Dezentjé Hamming al een tijdje aan het snotteren. ‘Als het gaat om digitalisering loopt het soms nog achter. Zo komt het in Duitsland nog voor dat de automatisch aangedreven machines nog handmatig worden geprogrammeerd door een medewerker met een papieren handleiding.’ Daarnaast loopt de Duitse financiële sector digitaal ernstig achter op die van ons, stelt ze. ‘Als je naar Duitsland reist, moet je contant geld bij je hebben, kleine pinbetalingen kennen ze niet. Er zijn zelfs gewoon nog cheques in omloop die je moet cashen bij de bank, terwijl de Duitse versie van DigiD pas gepland staat voor 2022’, aldus de Smart Industry-voorzitter.

Einde concurrentiepositie Oosterburen in zicht

Dezentjé Hamming stelt dat de concurrentiepositie van onze oosterburen in gevaar komt. Het land is nu nog competitief met zijn superieure producten, maar de productiviteit van veel Duitse mkb’ers ligt op een te laag niveau, zodat de goede concurrentiepositie verloren dreigt te gaan. ‘Zelfs de Duitse minister van Economie, Peter Altmaier, stelt in zijn Industriepolitik 2030 vraagtekens bij de houdbaarheid van het Duitse verdienmodel, die veelal gericht is op superieure kennis en producten’, aldus de voorzitter.

Ze wijst erop dat Nederland al lang geleden heeft ingezet op een nieuwe industriepolitiek en dat we daarmee de Duitsers een aantal stappen voor zijn. Als voorbeelden noemt ze de de industriële ecosystemen rondom Brainport en de maritieme sector in Zuid-Holland. Hoewel er in Duitsland meer geld naar onderzoek naar bijvoorbeeld kunstmatige intelligentie gaat, ontbreekt vaak de praktische toepassing. Dit is iets waar Nederland volgens Dezentjé Hamming juist erg goed in is in de vorm van fieldlabs waar onderzoek en implementatie hand in hand gaan.

Nederland als testland

De Smart Industry-voorzitter ziet ons land als ‘digitaal testland’ voor Duitsland en wil graag toe naar een partnerschap om samen de digitale kar, ook in Europees verband, te trekken. ‘Nederland kan voor Duitsland als testland fungeren. Dus naast een waarschuwing, bied ik onze oosterbuureen uitgestrekte hand. In een veranderend speelveld is Nederland een stabiele partner. Want laten we niet vergeten dat zonder het Duitse Industrie 4.0 er misschien geen Smart Industry Programma in Nederland was geweest. Maar ik heb ook gemerkt dat Duitsland Nederland nog te weinig als technologieland en strategisch partner op dit gebied ziet, maar Frankrijk wel serieus neemt. Dat moet anders.’

Als oplossing hiervoor verwijst Dezentjé Hamming naar de handelsmissie afgelopen oktober waarbij actief is ingestoken op Duitsland als handels- en technologiepartner. ‘We hebben toen in Hannover twee intentieverklaringen ondertekend, in bijzijn van het koninklijk paar, die inmiddels hebben geleid tot concrete samenwerkingsprojecten. Ook wordt er op dit moment hard gewerkt aan een overkoepelende gemeenschappelijke actieagenda. Deze wordt begin april tijdens de Hannover Messe gepresenteerd’, besluit ze.