De ACM (Autoriteit Consument en Markt) roept partijen op om klachten te melden over appstores. Die klachten over online marktplaatsen voor apps worden door de toezichthouder meegenomen in een marktstudie naar onder andere de Play Store van Google en de App Store van Apple. In april 2019 wordt die studie afgerond. De zaak is actueel nu Spotify bij de Europese Commissie een klacht heeft ingediend tegen Apple.
Met de studie wil de ACM meer inzicht krijgen in hoe app-aanbieders hun apps in een store krijgen en welke invloed de appstores hebben op het aanbod van apps. Gisteren, 13 maart 2019, kondigde streaming- en muziekdienst Spotify aan dat het in haar ogen benadeeld wordt door Apple. Spotify-directeur Daniel Ek schrijft in een blogpost dat het bedrijf een klacht heeft ingediend bij de EU.
Volgens Ek is er geen sprake van eerlijke concurrentie doordat Apple concurreerde aanbieders van apps allerlei financiële en technische restricties oplegt. Hij klaagt over een extra toelage die Apple vraagt om gebruik te maken van Apple’s betaalsysteem en stelt dat het bedrijf technische updates verbiedt waardoor Spotify niet de dienstverlening kan verbeteren. Zo worden volgens Spotify updates tegengehouden om de streamingdienst te koppelen aan spraakassistent Siri en het gebruik van smartwatches van Apple. Ook zou Apple volgens Spotify het in sommige gevallen onmogelijk maken om via IoS mailcontact te leggen met klanten. Spotify is niet de enige partij die klaagt. Serie- en filmaanbieder Netflix besloot eerder om geen abonnementen meer te verkopen via iOS-apps. Nieuwe abonnees moeten via een ander platform betalen voordat ze de dienst op hun Apple-telefoon kunnen gebruiken.
Hoe gaan appstores te werk?
ACM roept partijen op om klachten bij hen te melden. Dat doet ACM onder andere in een persbericht waarin het verwijst naar de klacht van Spotify. De mededingingsautoriteit meldde in de zomer van 2018, bij de start van het onderzoek, dat de belangen van appstores niet altijd gelijk lopen met de belangen van bedrijven die apps aanbieden, ’omdat de eigenaars van de appstores zelf ook apps aanbieden.’
De autoriteit onderzoekt hoe appstores werken bij het goedkeuren en selecteren van apps (van henzelf en van derden) voor in de stores, en welke invloed dit heeft op het uiteindelijke app-aanbod. De toezichthouder, die nauwe banden heeft met Europese mededingingsautoriteiten concludeert, dat de markt voor smartphones en apps zich in de afgelopen jaren ontwikkeld heeft tot een volwassen markt.
‘Een groot deel van het internetverkeer gaat inmiddels via apps. De twee mobiele platforms Android en iOS hebben een stevige positie verworven en het aanbod van apps in de bijbehorende appstores is zeer uitgebreid. Voor app-aanbieders is het van belang dat hun apps in deze appstores te vinden zijn, zodat zoveel mogelijk mensen de apps kunnen gebruiken. Als bedrijven eindgebruikers niet met een app op hun smartphone kunnen bereiken worden deze bedrijven mogelijk geschaad in hun mogelijkheden om effectief hun diensten aan te bieden.’