Na de teleurstellende verkoop van de Samsung Galaxy S8 en S9 haalt Samsung met de S10 alle toeters en bellen boven. Het toestel moet de Koreanen weer naar toppositie in de smartphonemarkt katapulteren. Wij konden het hebbeding in Brussel al eens uitproberen.
Lange tijd was Samsung met zijn Galaxy S-reeks zowat de enige speler in Android-land die de ‘cool’ van de iPhone kon benaderen, maar die positie is het bedrijf na de S8 en S9 wel een beetje kwijtgespeeld: te weinig technologische vernieuwing, te saai en te duur voor wat het is. De camera kon niet mee met de allerbeste concurrenten, de prijs was pittig in vergelijking met nieuwe Chinese spelers en het verschil tussen de S8 en de S9 was wel erg klein, het speelde allemaal zijn rol.
Samsung is nog steeds de grootste smartphoneproducent ter wereld, maar de afzet bestaat vooral uit goedkopere modellen in het midden en aan de onderkant van de markt. In het topsegment, waar veel interessantere marges worden gehaald, moest het toestel het onderspit delven. Dat bleek ook uit verschillende kwartaalverslagen die Samsung publiceerde en waarin het bedrijf moest toegeven dat de inkomsten uit telefoons achteruitboerden.
Drie varianten
Nu kan de Koreaanse gigant natuurlijk wel tegen een stootje en daarom werden alle registers opengetrokken om van de nieuwe S10 opnieuw een paradepaardje te maken. Hij komt in drie varianten: de S10, de S10 Plus en de S10e, met een schermgrootte van respectievelijk 6,1 inch, 6,4 inch en 5,8 inch. Alle drie zijn ze voorzien van een oled-scherm.
Wij konden de toestellen al even bekijken tijdens een preview die Samsung georganiseerd had in Brussel en ze zien er inderdaad beeldig uit. Samsung had altijd al de beste oled-schermen (met diepe rijke kleuren en een stevig contrast) en dat is met deze nieuwe S10-reeks niet anders. Extra bonus: het scherm ondersteunt nu ook hdr+-weergave en de camera kan in hdr (high dynamic range) filmen. Die hdr-technologie moet de kleurenpracht nog wat opkrikken.
De goedkoopste S10e verschilt het meest van zijn twee broertjes. Zo heeft hij bijvoorbeeld geen vingerafdruksensor in het scherm en ‘slechts’ een dubbele camera. De S10e is ook de enige die in een opvallend kanariegeel verkrijgbaar is. De Galaxy S10 en S10+ zitten, afgezien van de schermgrootte, veel meer in elkaars vaarwater en verschillen eigenlijk alleen in de selfiecamera vooraan. De S10+ is daar voorzien van nog een extra dieptesensor, fijn wanneer je foto’s van jezelf wil maken met een ‘bokeh’-effect. De S10 en de S10+ beschikken nu ook ook over een superbreedhoeklens van 123°. Perfect dus wanneer je bijvoorbeeld een berg gaat skiën en je je GoPro bent vergeten.
Een ander innovatie is de vingerafdruksensor zelf die in het scherm zit, die is nu voorzien van ‘ultrasonische’ technologie. In tegenstelling tot de eerste generatie schermsensoren werkt hij niet met licht, maar met geluid. Op die manier is hij niet alleen veiliger, maar werkt hij ook sneller.
Weg met TouchWiz
Nog een interessante nieuwigheid is de nieuwe software-skin die Samsung heeft ontworpen, niet alleen voor de S10, maar ondertussen ook voor zijn voorgangers en voor de Samsung Note-reeks. Die werd tot One gedoopt en moet op termijn het verguisde ‘Touchwiz’ gaan vervangen. Vergeleken met Touchwiz is One inderdaad een stevige stap voorwaarts met een consistentere layout en smaakvoller design. Veel schermen zijn nu in twee delen opgedeeld: een grote titel bovenaan en de instellingen onderaan. Op die manier kan je de grote telefoon veel beter met een hand bedienen. Zodra je gaat scrollen, verdwijnt de titel dan.
Al met al is de S10-familie een waardige poging van Samsung om opnieuw in de top van de smartphone-markt mee te dingen. Probleem daarbij is natuurlijk wel dat die markt zelf ook niet meer is wat ze enkele jaren geleden was. De groei is eruit want het is verzadigd. Volgens het marktonderzoeksbureau GfK werden in ons land 2,9 miljoen smartphones verkocht in 2018, dat waren er precies evenveel als in 2017. Over heel Europa was er daling van de afzet met vier procent, zo becijferde Canalys dan weer. Bovendien stijgen ook de gemiddelde prijzen van die apparaten. Wie het absolute topmodel van de S10+ in huis wil halen (met 12 gigabyte RAM en een waanzinnige 1 terabyte aan opslaggeheugen) is daarvoor net geen 1.600 euro kwijt. Aan de andere kant: de S10e is er al vanaf 749 euro, minder dan de goedkoopste S9 van vorig jaar.
Huawei en Xiaomi
Ondertussen zitten natuurlijk ook de concurrenten van Samsung niet stil. Zeker de Chinese concurrenten kunnen (in een dalende markt) stevige groeicijfers voorleggen. Huawei wist in 2018 42,5 miljoen apparaten te verkopen in het oude continent, een stijging van 54 procent. Xiaomi is stukken kleiner maar deed het procentueel nog beter: plus 62 procent (van 2,1 naar 3,4 miljoen stuks).
Samsung zelf lijkt de vlucht vooruit te nemen, want het stelde ondertussen ook al een smartphone voor die zich nog boven de S10 positioneert: de Samsung Fold, de eerste smartphone van het merk die men kan open en dicht plooien. Ligt tegen de lente in de winkels voor…net geen tweeduizend euro.
De dag dat ik ruim zevenhonderd tot duizend euro voor een telefoontje neer ga tellen is de dag dat men zich ernstig zorgen mag gaan maken over mijn geestelijke gezondheid.
Heb nu een Motorola. Niet ‘fancy’, niet ‘state-of-the-art’, maar ik doe er alles mee dat ik wil en dat allemaal voor net 200 eurootjes… En dat vond ik eigenlijk al veel geld voor een telefoontje…