Ooit zagen bedrijven het 24/7 in de lucht houden van bedrijfskritische systemen als het hoogst haalbare doel. Dankzij de publieke cloud is up-time tegenwoordig echter gemeengoed geworden. Het nieuwe doel is digitale transformatie, waarmee meestal snelle en state-of-the-art-innovatie als IoT en machine learning wordt bedoeld.
Hoe verleidelijk het ook is om een flitsende nieuwe technologie te ontwikkelen, innovatie moet in de eerste plaats gericht zijn op het wegnemen van knelpunten binnen een organisatie. Dat is geen sexy project, maar wel essentieel voor bedrijven die vooruit willen.
Een inspirerend boek in mijn carrière is The Goal: A Process of Ongoing Improvement van Eliyahu M. Goldratt. Dit werk uit 1984 gaat over het optimaliseren van productieprocessen in fabrieken om zo de doorvoersnelheid te verhogen. Goldratt stelt in zijn boek dat innovatie er altijd op gericht moet zijn om de eerstvolgende bottleneck in je organisatie op te lossen. Doe je dat niet, dan ben je volgens hem niet aan het innoveren. Verbeteringen aanbrengen voor of na een knelpunt heeft immers nauwelijks tot geen effect op de productie en winstgevendheid. Interessant is dat de principes uit dit boek nog steeds gelden en ook prima toepasbaar zijn op it-systemen. Toch laten veel organisaties zich verleiden tot het doorvoeren van innovaties aan de oppervlakte, zonder eerst stap voor stap de knelpunten in de kern van hun bedrijfsvoering aan te pakken.
Technische schuld
Bedrijven worstelen met de vraag hoe ze zich moeten organiseren om snel te kunnen inspelen op verandering. Voor antwoorden wenden ze zich tot het evangelie van de digitale transformatie, die wendbaarheid en een verhoogd innovatietempo predikt. Een cloud native architectuur is daarbij de heilige graal. Want alleen zo zou je als bedrijf kunnen veranderen van een logge olietanker in een speedboot. Met het migreren van de oude kernsystemen naar publieke cloud-omgevingen als AWS en Azure is weliswaar een eerste stap genomen op het pad dat leidt tot wendbaarheid, maar is er nog lang geen sprake van digitale transformatie! Ga maar na: eenmaal ondergebracht in de publieke cloud wordt een legacy it-omgeving zelden goedkoper of sneller. De onderliggende databases en verouderde technologie voor softwareontwikkeling blijven namelijk ongemoeid. Organisaties die hun technische schuld negeren en vrolijk verder ‘innoveren’ aan de rand van de organisatie, krijgen uiteindelijk de rekening gepresenteerd. De ongemakkelijke waarheid is dat de digitale transformatie vaak stopt op het moment dat er echt drastische veranderingen moeten worden doorgevoerd die nodig zijn om van een olietanker een speedboot te maken.
Board
Om te kunnen innoveren, is het essentieel de bottlenecks in kaart te hebben. Hoeveel tijd is er eigenlijk dit moment nodig is om nieuwe (innovatieve) software in productie te nemen?
Deze metriek bestaat uit talloze elementen, zoals automatisering van infrastructuur, applicaties, tooling, testen en procedures. Hiervoor zal je op zoek moeten in de rauwe, onbewerkte data uit tooling, systeemmonitoring, software- en data pipelines. De ervaring is dat deze meetgegevens vaak complex zijn en niet worden meegenomen in het innovatiebesluit of investering waarmee de board de risico’s in de executie niet kan overzien. Welke knelpunten of risico’s moeten als eerste worden weggenomen om toe te komen aan de werkelijke business-innovatie? Welke meetgegevens onderbouwen deze risico’s?
Bittere pil
Toegegeven, het vervangen van een monolithische legacy-applicatie is kostbaar en heeft niet de allure van een hippe app. Financiële sturing op it is bepalend voor wat er wel en niet gebeurt. Maar wie in de boardroom brengt het ongemakkelijke nieuws en hakt de knoop door? Wie pakt de pijn aan? Het bij de wortel aanpakken van de legacy-problematiek is niet alleen een it-verantwoordelijkheid. Wil je als organisatie oude gewoonten en structuren doorbreken, zodat de echte vruchten van een cloud-native applicatiearchitectuur zijn te plukken? Dan moet de volledige board die keuze dragen.
Het optimisme rondom de public cloud is terecht. Digitale transformatie met als doel sneller kunnen innoveren, betekent niet alleen in hoog tempo uitbrengen van hippe technologie, maar ook het eerst opruimen van oude rommel en vertragende knelpunten. En daarvoor moet een bittere pil worden geslikt, die het proces in eerste instantie lijkt te vertragen. Maar wie dit nu uitstelt, heeft over enkele jaren een nog veel groter probleem.
Zo snel mogelijk je verlies nemen door nú te investeren in het wegnemen van knelpunten, is het recept voor echte innovatie.