De transitie van het ene naar het andere jaar is het moment om terug te blikken en vooruit te kijken. Ik wil mijn analyse over een paar onderwerpen delen en voorspellen welke kant het opgaat. Waarschuwing: het is een lange lees, maar tjokvol inzichten.
Het aantal oogballen dat kijkt naar blockchain is zo groot dat de kennis erover enorm is toegenomen. Als je verwacht dat ‘de blockchain’ volwassen wordt in 2019 kom je bedrogen uit. Eigenlijk zouden we het woord snel moeten vergeten. Als blockchain het antwoord is, wat was dan de vraag? Blockchain heeft met Bitcoin een unicorn gevonden. Een eenmalige toepassing. Die weliswaar leidt tot de vraag: wat zou je nog meer met blockchain kunnen? Vrij weinig. Het mooiste stukje aan Bitcoin is niet het aaneenrijgen van blokken met transacties door middel van hashes, ofwel blockchain, maar het Nakamoto-consensus-algoritme. Een kansberekening die het mogelijk maakt te bepalen wie een block met transacties toe mag voegen aan de blockchain. De grootte van de kans heeft causaliteit met de huidige en toekomstige waarde van de bitcoin. Hoe meer de bitcoin waard is of wordt hoe meer bereid men is te investeren in de middelen om een block te mogen schrijven en daarmee 12,5 bitcoin te verkrijgen. Elke tien minuten mag er een block worden toegevoegd en wie het lot heeft gewonnen met rekenkracht krijgt als beloning 12,5 bitcoin en de transactie-fees. Hoe meer de bitcoin waard wordt, hoe meer hashing power ingeschakeld wordt. De hoeveelheid stroom voor de hash power en dus loterij neemt bijna recht evenredig toe met de waarde van de bitcoin. Als bitcoin dus een waarde krijgt van een ton of meer, dan is dit een ramp voor het milieu. Saillant detail is dat bitcoin direct levensbedreigend is voor alle alternatieve cryptovaluta die gebaseerd zijn of het Nakamoto-consensusmodel ofwel proof-of-work. De hash power is namelijk zo groot dat een mining pool van bitcoin met gemak de 51-procentregel van altcoins zal overschrijden. Wie duurzaam 51 procent rekenkracht of meer kan leveren voor hash power kan een cryptovaluta onbetrouwbaar maken en manipuleren.
De lange inleiding toont aan dat blockchains, gebaseerd op trustless, geen use case hebben. De essentie van bitcoin is dat je geen vertrouwde bank of overheid nodig hebt om waarde uit te wisselen. De prijs die daaraan vast plakt is voor praktisch alle andere zaken te hoog met het gevolg dat je blockchain alleen nog maar wordt ingezet in situaties waarin je wel centrale partijen moet vertrouwen. Dit maakt blockchain tot iets wat maar beperkte toegevoegde waarde heeft en wat je ook met traditionele databases en systemen oplost. Cruciaal hierin is het inzicht dat immutable (onveranderlijkheid) niet komt uit de hash-ketting, maar uit de vraag wie er data mag toevoegen aan de blockchain. Alle blockchainjunkies die blockchain vergelijken met internet uit de jaren negentig verspillen hun tijd. Er zullen vast mooie systemen komen maar blockchain zal niet het hart daarvan vormen. Focus je op de vraag: welk probleem los je op? En niet op de vraag: wat kan ik doen met blockchain?
Wist je dat een groot gedeelte van genoemde technologieën in de Gartner Hype Cycle nooit in de slope van productivity terechtkomen?
Artificial intelligence
Ik ga niet uitleggen uit welke deelgebieden artificial intelligence (ai) bestaat, dat heb je vast ergens gelezen. Van zelfrijdende auto’s via banenpikkers tot moordmachines, ai is de schuld van alles.
Tot nu toe is evolutie het enige systeem gebleken dat ooit intelligentie voortbracht en aldus zal 2019 niet het jaar worden waarin computers écht intelligent worden. Maar anders dan blockchain is ai en alles wat eronder een megatrend die je niet kunt ontkennen. Net als met energie onttrekken uit kernfusie, gaan de ontwikkelingen niet bijzonder snel. Niet alleen mag je spraak-assistent nog niet in jouw schaduw staan als het aankomt in spraakherkenning, van dialoog is ook nog nauwelijks sprake. Het zijn nog domme systemen maar steeds vaker met praktische toepassing. Mensachtige ai is alleen te realiseren door evolutie na te bootsen. Dus terug naar scratch, daar simpele agents bouwen die zichzelf voortplanten. De huidige manier van ai (patroonherkenning en algoritmen) zal handige functies ontwikkelen als verlengstuk maar loopt uiteindelijk tegen een plafond aan. Het vakgebied is echter zo groot dat we ook in 2019 meer toegevoegde waarde zullen zien. Betere spraakherkenning, betere dialogen, dus betere chatbots, betere auto-pilots in auto’s, betere robots voor een bredere toepassing. Automatisering aangevuld met ai zal bepaalde banen overnemen, maar naast dat dit proces niet snel gaat, is het nu niet duidelijk wat voor betekenis dit gaat krijgen en of een universeel basisinkomen onafwendbaar is.
In de zomer deed Google veel stof opwaaien met de aangekondigde dienst Duplex. Dit verlengstuk van de Google Assistent kan voor jou een afspraak boeken bij een kapper of restaurant. (Om de staat van ai te onderstrepen bestaat er ook een video van hoe een restaurant een verzoek afhandelt.)
Google gaat all-in met ai en heeft nagenoeg een ongelimiteerd budget. Het geeft aan dat de belofte van ai groot blijft, maar dat de ontwikkelingen nog tijd vergen. Op een tijdschaal van homo sapiens gaat het extreem snel, maar als wachtend mens lijkt het een eeuwigheid.
Web-apps
In de jaren negentig en eigenlijk tot 2010 was Windows dominant. Mac was een niche en Linux was voor nerds en draaide voornamelijk op servers. Nu is Windows nog steeds veruit het meest voorkomende OS op zakelijk gebied. Maar door smartphones, tablets en de komst van Chrome OS en beperkte Windows-versies is het ecosysteem divers geworden met maar één gemene deler: de browser.
In 2000 ontwikkelde ik al voornamelijk voor de browser en nu bijna twintig jaar later lijkt het pas de standaard te worden en dat is met een hoop fantasie en wensvoldenken. Ontwikkelen voor alleen Windows is te beperkt. Het maken van apps die alles uit je telefoon halen voor IOS en Android is te duur, maar de hybride frameworks zoals React Native, PhoneGap, Cordova zijn ook niet ideaal. Native apps moeten weer uit de Play Store of App Store gedownload worden en voor zakelijk gebruik is dat vaak een drempel.
Pwa, ofwel progressive web-apps zijn een grote belofte. Ze draaien op de browser, maar wel fullscreen en als ze vastgezet worden aan het startscherm, kun je ook pushberichten versturen en bijvoorbeeld de microfoon, locatie en camera gebruiken.
Toch komt de beleving niet in de buurt van native apps. Ook het bouwen van websites die functioneren als apps is een pijnlijk proces.
Het laatste jaar voeren zowel IOS als Android steeds meer kleine verbeteringen door die de pwa-gedachte ondersteunen. De adoptie in 2019 zal een versnelling doormaken omdat de voordelen groot zijn. Meer ontwikkelaars delen hun ervaringen en daarmee wordt hun kennis steeds breder gedeeld. Juist omdat het dicht bij browser-apps komt, zal de snelheid waarmee ontwikkeld wordt meer dan proportioneel toenemen.
GraphQL vs rest api’s
In het verlengde van web-apps begint ook GraphQL tractie te krijgen. Web-apps, native apps, browser-apps zijn steeds vaker op api’s gebaseerd versus een business laag die rechtstreeks met een database communiceert. Dit zijn veelal JSON rest API’s en nog een restje XML SOAP. Rest api’s zijn de facto standaard maar bevatten ook nadelen. Het bouwen van apps bovenop deze api’s vergen nog veel tijd en het aanpassen en strategie voor versie-management staan een snelle doorontwikkeling in de weg.
Speed is the new scale
Begin december op de Insight-conferentie van NetApp deelden meerdere sprekers het credo: speed is the new scale. In de eerste instantie dacht ik dat het om supersnelle storage ging. Zijdelings was dat wel zo, maar het ging over een trend die jaren geleden door AWS is ingezet. De snelheid van verandering. In dit tijdperk is de snelheid waarmee je verandering kunt doorvoeren een kwestie van overleven. Deze nieuwe vaardigheid gaat niet alleen over techniek en hoe snel je nieuwe functies kunt toevoegen, het gaat over de snelheid van beslissingen nemen en doorvoeren. Razendsnel zien wat werkt, maar ook laten vallen wat niet werkt.
Microsoft Azure liep mijlenver achter op AWS die de ene na de andere nieuwe service uitrolde en deze vervolgens met rap tempo verbeterde. Maar die snelheid werd op een gegeven moment ingelopen en ook Google met zijn cloudplatform volgde snel, zodat het de norm is. Nu hoeft de bakker om de hoek deze nieuwe realiteit niet te omarmen, maar de trend is groter dan bij cloudproviders alleen.
Deze nieuwe realiteit heeft ook een schaduwzijde. Ik weet niet of jij het hebt gemerkt, maar bijvoorbeeld Windows-instellingen verdwijnen en verplaatsen. Er komen nieuwe knoppen in G Suite, maar andere functies verdwijnen plotseling. iPhone heeft de naam van gebruiksvriendelijkheid, maar iemand die helemaal nieuw is met IOS weet zich in het begin geen raad. Diensten komen en gaan, en op het gebied van browsersoftware is het al helemaal losgeslagen. Javascript frameworks zijn een getto geworden. Na de Javascript fatigue kwam al spoedig de Javascript fatigue fatigue. Vat je hem?
Maar wat voor software op gaat, kan nog wel eens doorgetrokken worden naar bedrijfsvoering. Omdat bitjes nu eenmaal sneller reizen dan atomen is de snelheid van verandering iets wat nu anders werkt dan tien jaar geleden en hoewel de trend al jaren geleden begonnen is, begint het nu overal door te dringen.
In het verlengde daarvan zien we sinds 2014 ook een andere relevante trend.
Serverless
Serverless beschrijft iets wat het niet is. We hebben meer servers dan ooit en serverless-functies draaien… op servers. Een serverless-functie is een functie die iets uitvoert op storage of compute maar waarvan je niet de servers hoeft te managen waarop die functie wordt uitgevoerd. De voordelen zijn schaalbaarheid. Het maakt niet uit of je een functie duizend of een miljoen keer uitvoert en je betaalt vaak per executie van de functie. Dus als het rustig is, betaal je nagenoeg niets. Ook is het stabiel, voorspelbaar en veerkrachtig en meetbaar.
Op dit moment zijn de functies nog beperkt, maar omdat ze al een paar jaar beschikbaar zijn, zie je dat meer developers ze omarmen. Serverless-functies hebben ook zwakke kanten. Voor sommige taken is een reguliere webserver beter geschikt en zijn functies soms relatief traag met een hogere latency. Ook ligt een vendor lock-in op de loer en zijn het aantal beschikbare talen en de versies daarvan beperkt. Daarnaast zijn er nieuwe vaardigheden nodig om ze te bouwen en te beheren.
Maar al met al winnen ze terrein en ligt een behoorlijke versnelling in de adoptie in 2019 in de lijn der verwachting. Het past namelijk helemaal in het straatje van speed is the new scale. Veranderen is makkelijker geworden dan ooit en je zit steeds minder aan iets vast. Je wordt ook gedwongen om alles er omheen anders in te richten en verder te automatiseren.
Kubernetes
Wellicht ken je Docker, dat het levenslicht in 2013 zag en een evolutie is op de trend van hardware-servers naar gevirtualiseerde servers. Waar gevirtualiseerde servers hardware nadoen, doen dockers (containers) meer het operating system na. Het voordeel is dat containers nog veel verplaatsbaarder zijn dan gevirtualiseerde servers en vaak ook kleiner zijn. Een server deelt zijn hardware vrij statistisch op. Als je 4 GB ram reserveert, kun je die niet gebruiken voor een andere virtuele server. Bij containers is dat veel dynamischer. Om al die containers te beheren, heb je weer software nodig die dat automatiseert en dat is wat Kubernetes (K8s) voor je doet. Want als containers zo makkelijk verplaatsbaar zijn, hoe weet een externe dienst of systeem waar de container op een bepaald moment uithangt? Hoe routeer je verkeer en hoe regel je schaalbaarheid? Elk voordeel heeft zijn nadeel en bij Kubernetes is het vooral de extra laag van complexiteit die wordt toegevoegd. Vooral als er een probleem optreedt en dingen omvallen is het lastig alles weer in het gareel te krijgen.
In 2018 werd duidelijk dat Kubernetes de facto standaard is geworden en in 2019 zal dat duidelijk worden door de groeiende adoptiegraad.
Conclusie
De trends staan niet op zichzelf. Ik heb ze benoemd omdat ze onderdeel uitmaken van een megatrend die niet in 2018 is ontstaan, maar wel de opmaat vormen voor 2019. Ze hebben een centraal thema en die is software-gedreven.
Wij leven in een fysiek wereld, maar deze wereld wordt door software geregeld en gefaciliteerd. Geen enkel bedrijf of individu in deze maatschappij functioneert nog normaal zonder software. Elke pinbetaling, chat of bezorgd pakje heeft een belangrijk softwarecomponent om uiteindelijk te functioneren.
Als bedrijf is het dus belangrijk in hoeverre je in staat bent om software te gebruiken voor je waarde-propositie. Speed is the new scale geworden. Het niet snel kunnen veranderen, is voor bedrijven en existentiële bedreiging geworden. Het gaat al snel, maar er is ook nog eens een versnelling.
De laatste honderdduizend jaar zijn we biologisch gezien nauwelijks veranderd. Toch konden oermensen geen auto’s bouwen. De manier waarop wij als mensheid kennis absorberen heeft hiermee een direct verband. De komst van internet en zoekmachines is nauwelijks te onderschatten en verandert onze maatschappij dagelijks.
Op de korte termijn lijkt het misschien zo snel niet te gaan, alles went, maar sta er bij stil wat er voor jou gaat veranderen. Doordat kennis zo toegankelijk is geworden, is het nooit te laat om kennis te consumeren. Je moet het wel zelf doen.
Wat zijn jouw voornemens het komende jaar?
Het origineel was veel te lang, dus het is wat ingekort. Ik zou makkelijk een boek kunnen vullen met de onderwerpen, als ik iets verder toe moet lichten hoor ik het graag.
Wat betreft voornemens denk ik aan de aanschaf van een 8K oled tablet.
Zo benieuwd hoe lang ik moet uitzoomen voordat het onscherp wordt.
De grootste uitdaging met trends … niet als een kip zonder kop met alle winden meewaaien, maar kijken welke trends voor jouw sector en/of bedrijf van toegevoegde waarde zijn.
Te vaak nog zie ik nog mensen denken in oplossingen, zonder te weten welk probleem er mee opgelost zou kunnen worden. Ook wordt nog wel eens vergeten dat het ontwikkelen van bijvoorbeeld een nieuws-app heel andere it-gerelateerde uitdagingen met zich meebrengt dan het op de markt zetten van een röntgenscanner voor cardio-vasculaire ingrepen.
Laten we proberen te leren van elkaar, in plaats van elkaar onze meningen op te dringen
PaVake, helemaal eens om te leren van elkaar, maar vind je dat ik teveel mijn mening opdring in deze?
Of dat ik met oplossingen aankom zonder het probleem te benoemen? Want dan kan ik e.e.a. nog wel toelichten. Of heb je het over andere discussies over office 365, blockchain, etc.?
Uiteraard kan ik voor de onderwerpen uit dit stuk heel goed aangeven welke probleem het oplost. Dat doe ik met liefde 🙂
@Henri … mijn opmerking is meer generiek bedoeld. Kijk bijvoorbeeld naar de blockchain discussies van afgelopen maanden; blockchain is trending, dus mensen vinden dat ze iets met blockchain moeten doen zonder dat ze eigenlijk een probleem hebben wat er mee opgelost zou kunnen worden.
Henri,
Gartner hanteert een langere termijn in de ‘hypecycle’ omdat er tussen de introductie van een technologie en de acceptatie ervan nog een piek aan teleurstellingen zit waarna de verwachtingen bijgesteld worden. Over Artificial Intelligence (AI) zegt Gartner bijvoorbeeld dat er overtuigende oplossingen op basis van cloud computing, open source en de “maker” gemeenschap voor de massa beschikbaar komen. Betreffende dat laatste, bij ieder verkeerd antwoord van een chapta rijdt een zelfsturende auto een voetganger dood.
Chatbots via smartpone en tables zoals SIRI zijn ondertussen al populair en we zullen – mede dus door AI – steeds meer op andere manieren met allerlei machines gaan communiceren waarbij deze vaker YES zullen zeggen. Je verhaal over webapps, serverless en API’s e.d. zijn alleen maar de technische invulling – onder de motorkap – van een trend waarin de grenzen tussen mensen en dingen vervagen. Een evolutie gaat om aanpassing aan veranderde omstandigheden en niet de intelligentie, gemiddeld neemt de intelligentie van mensen af zodra ze geen toegang tot internet meer hebben.
Oermensen konden misschien geen auto’s bouwen maar wel piramides en vele andere objecten waarvan we nog steeds niet weten welke kennis en middelen onze voorouder hadden. Voor vele is existentiële bedreiging dan ook niet de technologie, de geschiedenis kent ook nog zoiets als revolutie. Het probleem van een vendor lock-in speelt namelijk niet bij open source en de “maker” gemeenschap die om de megatrend van co-creatie gaat. Oja, mijn voornemen voor het komende jaar is discussie voeren met jou omdat je een cowboy bent in het land van indianen.
Een trend is dat er steeds meer in “de cloud” (leuk containerbegrip, eigenlijk een nieuwe term voor het internet) gebeurt. Het apparaat dat jij gebruikt (telefoon, laptop, smart speaker, …) is niks anders dan een input / output device, waar de input steeds vaker spraak is, en de output afhangt van het type device.
Randvoorwaarden hiervoor zijn snel internet, snelle centrale servers en AI. O, en het opgeven van je privacy, want alles wat je zegt of ooit gezegd hebt staat ergens centraal (meestal bij Google) opgeslagen.
Ewout, ik ben altijd in voor discussie, als het maar niet te abstract is. Dus ik ben een (goed) voornemen van je? 🙂
Nouja, als ik mijn websites baseer op WordPress dan zit ik wel degelijk vast aan WordPress, nu is dat niet meteen een vendor, maar je zit altijd wel aan iets vast.
Ben met je eens dat ik hem redelijk technisch heb ingestoken, maar goed, het is dan ook een site gericht op techniek. Het zijn wel relevante trends die ook qua zakelijke beslissingen een rol hebben. Richten op Serverless / AI / Web Apps en bijv. GraphQL kunnen best strategische beslissingen zijn. Als je bijvoorbeeld bepaalde kostenbesparingen kunt realiseren en je concurrent daarin achterblijft dan heeft dat een strategisch voordeel.
Mijn opmerking over de Gartner Hype Cycle komt hier vandaan: https://www.linkedin.com/pulse/8-lessons-from-20-years-hype-cycles-michael-mullany/
Veel gehypte producten verdwijnt gewoon en volgt dus helemaal niet de cycle. Denk bijvoorbeeld aan Ultrawideband of Emergent Computation
Henri,
Dat je ideeën van een ander gebruikt wist ik al want de INSEAD strategie betreffende innovatie gaat over rode en blauwe pilletjes, rode pilletje gaat om de innovatie van de kostenverlaging en blauwe pilletje om de winst door vernieuwing. Die strategie kun je doorzetten op een Growth-Share (BCG) matrix door te kijken waar je moet investeren/besparen om te kunnen blijven concurreren. Vergeet niet dat de cloud providers ook tegen deze problematiek aankijken waarbij het vaak niet om de ‘one pony show’ van één technologie gaat zoals je hopelijk al begrepen hebt.
“This is your last chance. After this, there is no turning back. You take the blue pill—the story ends, you wake up in your bed and believe whatever you want to believe. You take the red pill—you stay in Wonderland, and I show you how deep the rabbit hole goes. Remember: all I’m offering is the truth. Nothing more.” – Morpheus tegen Neo in de film The Matrix.
Tegenover je ‘speed is the new scale’ van de blauwe pil in het groeipotentieel staat de rode pil van ‘Ignorance is bliss’ want door een toenemende concurrentie in een niet groeiende markt komen marges onder druk te staan en zal je wat aan je kosten moeten doen. En één van de mogelijkheden hierin is de inzet van een A.I.-gebaseerde chatbot die natuurlijk niet geschikt is voor abstracte vragen die een specifieke context van inbeelding vereisen maar wel snel antwoord kan geven op terugkerende problemen zoals vergeten wachtwoorden e.d. En gek als ik ben denk ik dat ook Thingks niet voorbij kan gaan aan deze hype en misschien moet je eens kijken bij Fujitsu Labatories om wat inspiratie op te doen:
http://www.fujitsu.com/jp/group/labs/en/business/index.html
Oja, de megatrend van open innovatie middels co-creatie gaat om inspraak en gelijkwaardigheid en over het algemeen zijn beide dus niet van toepassing bij de Amerikaanse cloud providers. En het ‘onbeperkte budget’ van sommigen blijken de rode cijfers zoals we kenden van eerdere bubbel, durfkapitalisten willen uiteindelijk rendement op hun investeringen omdat het geen socialisten zijn. Want vergeet niet dat de term Commidity gewoon handelswaar betekent en als je niet betaald voor het product dan ben je het product zoals jezelf altijd zegt.