Het Japanse Softbank verwijdert alle Huawei-hardware uit zijn mobiele netwerken. Dat doet het bedrijf uit angst voor spionage en beveiligingslekken. Na de Japanse overheid keert nu ook een Japans techconglomeraat de Chinezen de rug toe.
Dat meldt de Japanse zakenkrant Nikkei. Apparatuur voor het 4G-netwerk van de telecomtak van Softbank wordt vervangen door hardware van Ericsson en Nokia, schrijft de krant.
Het besluit om het gebruik van Huawei-netwerkapparatuur te staken, zou voortkomen uit angst voor datadiefstal, het platleggen van de systemen door de Chinese overheid en andere risico’s door inmenging van de Chinese overheid via de systemen van Huawei. Binnen vijf jaar moet alle apparatuur vervangen zijn. Volgens Nikkei is Softbank de enige Japanse telecomaanbieder die Huawei-apparatuur gebruikt.
Eerder zei de Japanse overheid de samenwerkingen met het Chinese techbedrijf te staken. Volgens de zakenkrant investeerde Softbank in de boekjaren 2015 en 2017 omgerekend bijna 60 miljoen euro in basisstations van haar mobiele netwerk. Daarvan ging ongeveer 16 miljoen euro naar Huawei. Het besluit van Softbank om de samenwerking te staken, betekent volgens Nikkei een enorme financiële strop voor het bedrijf.
Het houdt niet op voor Huawei
Softbank zou deze stap zetten nadat de Japanse overheid deze week de samenwerkingen met Chinese techleveranciers aan banden legde. Daarmee volgt het bijvoorbeeld de VS dat Chinese techreuzen als Huawei en ZTE ook uitsluit bij opdrachten voor de overheid. Ook overheden in Groot-Brittannië en Australië kondigden aan om samenwerkingen met de Chinezen te staken. Het gaat in die gevallen om 5G-projecten.
Onlangs werd de financiële topvrouw van Huawei, Meng Wanzhou, op verzoek van de VS opgepakt in Canada. Dat gebeurde na een verzoek van Amerika. Daar wordt Wanzhou beschuldigd van het schenden van handelsverdragen met Iran. Inmiddels is zij op borgtocht vrij.
De Nederlandse overheid kondigde eerder aan de positie van Chinese bedrijven waaronder techbedrijven te onderzoeken. De netwerken van KPN en T-Mobile Nederland beschikken over netwerkapparatuur van het Chinese bedrijf en er lopen verschillende 5G-pilots met systemen van Huawei.
Welingelichte journalisten hebben eerder al gemeld dat deze financiële topvrouw van Huawei in opdracht van de Chinese inlichtingendiensten werkte en meewerkte aan spionage activiteiten. Het Iran-verhaal is een bijkomstigheid om het gezicht te bewaren dat de Chinese inlichtingendiensten zo diep konden infiltreren.
Niet voor niets dat de Canadese justitie een verzoek van de Amerikaanse justitie heeft ingewilligd om deze vrouw aan te houden.
In de Chinese Nationale Intelligence Wet is in artikel 7 opgenomen dat ”iedere Chinese organisatie of persoon de Chinese overheid zal ondersteunen en mee samen zal werken rondom intelligence werk.”
Het is een interessante kwestie om te volgen. Hoe zal het internationaal recht ordelen over de conflicterende Chinese wet ten opzichte van de Amerikaanse Espionage Act of 1917?