Het gebruik van e-health en de uitwisseling van gegevens krijgen een extra stimulans. Minister Hugo de Jonge (VWS: Volksgezondheid, Welzijn en Sport) stelt vanaf volgend jaar hiervoor zestig miljoen euro beschikbaar. Zo blijkt uit zijn nieuwe begroting die tijdens Prinsjesdag is gepresenteerd.
Technologie draagt bij aan de kwaliteit van de zorg. Ook kan dit mantelzorgers ontlasten. Daarnaast kan e-health aan ouderen een beter leven geven. Zo kunnen zij met slimme toepassingen zorg op afstand krijgen en daarmee langer thuis blijven wonen, is de verwachting van minister De Jonge van VWS.
Verder wil de bewindsman van Volksgezondheid dat ouderen altijd toegang tot hun medische gegevens kunnen hebben, ongeacht waar ze de ondersteuning of zorg krijgen.
Nieuwe, slimme technologie kan helpen de juiste zorg op de juiste plek te bieden. Het ministerie investeert daarom in digitaal ondersteunende zorg en digitale vaardigheden. Hierdoor is ook zorg op afstand mogelijk. Patiënten kunnen via beeldbellen met hun arts bespreken hoe het gaat. Dat scheelt een tocht naar het ziekenhuis en duimen draaien in de wachtkamer. Mensen met een beperking kunnen door technische aanpassingen zelfstandig wonen. Ze kunnen zoveel mogelijk zelfstandig meedoen. Ook mensen met psychische problemen kunnen met online ondersteuning veel meer hun eigen beslissingen nemen.
Inzicht in eigen zorgdata
Ook wil de minister dat vanaf 2020 iedereen kan beschikken over zijn eigen gezondheidsgegevens. Bovendien moet de informatie die nu nog bij verschillende artsen ligt, gebundeld worden aangeboden. Daar kan de patiënt zelf gemeten informatie aan toevoegen. Het ministerie werkt hiertoe onder de naam Medmij samen met de patiëntenfederatie en andere zorgpartijen.
Minister De Jonge denkt dat het werk in de gezondheidszorg prettiger kan worden door slimmer te werken met nieuwe technologie. COPD-patiënten kunnen al beeldbellen met de verpleegkundige van de longpoli. Dit helpt het aantal opnamen verminderen omdat symptomen eerder kunnen worden herkend.