Er zijn te veel losstaande acties in het digitaliseringsbeleid van overheden en bedrijven. De partijen moeten juist de maatschappelijke uitdagingen als vertrekpunt nemen voor digitaliseringsacties in plaats van de technologie zelf. Een overkoepelende innovatieagenda, capabele toezichthouders, zorgplicht voor bedrijven en het streven naar technologisch burgerschap zijn hiervoor essentieel.
Dit blijkt uit een analyse van het Rathenau Instituut van tientallen wetsvoorstellen, rapporten en acties van nationale en internationale organisaties.
‘Op het gebied van cybersecurity en privacy zijn veel stappen gezet, maar issues als discriminatie, uitsluiting en het verlies van autonomie zijn nog niet vertaald naar concrete beleidsmaatregelen. Dat geldt ook voor thema’s als de bescherming van de democratie, transparantie van algoritmen, en een eerlijke competitieve economie. Sommige technologieën en de daarmee samenhangende maatschappelijke kwesties zijn nog niet geagendeerd, zoals gezichtsherkenning, virtual en augmented reality en de effecten van digitale technologie op de gezondheid’, aldus de rapporteurs.
Melanie Peters, directeur van het Rathenau Instituut: ‘We zien veel bewustwording en losstaande acties. Wat ontbreekt is de koppeling tussen maatschappelijke vraagstukken en innovatie. Voor de uitdagingen waar we als samenleving voor staan, moeten overheden en bedrijven doelgerichter digitaliseren.’
Vijf aanbevelingen
Het instituut komt met vijf aanbevelingen om de focus op technologie en de aanname te verleggen naar een focus op de interactie tussen digitalisering en waarden. De eerste is dat het van belang is om innovatie te verbinden aan maatschappelijke vraagstukken, dit wordt ook wel omschreven als missiegedreven innovatiebeleid. Het tweede actiepunt is om te komen tot een proactieve, overkoepelende agenda en activiteitenplan voor maatschappelijke en ethische aspecten van digitalisering. Het belang van capabele toezichthouders vormt hierbij een cruciale schakel en wordt genoemd als derde actiepunt. Daarnaast roept het instituut het bedrijfsleven op om maatschappelijk verantwoord te digitaliseren. Hiermee bedoelen de rapporteurs dat bedrijven de maatschappelijke en ethische implicaties van een technologie die een bedrijf ontwikkelt te voorzien en daarop te anticiperen, de zogenaamde zorgplicht. Tot slot stelt het instituut dat er gekomen moet worden tot technologisch burgerschap. Hiervoor moeten burgers weten wat de mogelijkheden en risico’s van technologie zijn, moeten ze kunnen deelnemen aan het democratisch debat en aan politieke besluitvorming.
Nationale Digitaliseringsstrategie
De vijf aanbevelingen zijn gedaan ten behoeve van de in juni door het kabinet gepresenteerde Nationale Digitaliseringsstrategie en de Digitale Top die vanaf 2019 jaarlijks moet worden georganiseerd.
In juni gaf het kabinet een eerste aanzet tot landelijk digitaliseringsbeleid met de Nationale Digitaliseringsstrategie. Hierin worden 24 bijbehorende ambities vastgesteld. Met die strategie wil de huidige regering bijvoorbeeld de Nederlandse economie versterken, zorgen voor betere digitale vaardigheden en cyberveiligheid in de maatschappij. Ook organiseert het kabinet Rutte-III jaarlijks, voor het eerst begin 2019, een Digitale Top met ondernemers, wetenschappers, mede-overheden en maatschappelijke organisaties om de strategie te blijven vernieuwen.
Interessant artikel!