Het Openbaar Ministerie (OM) vindt dat het kabinet de organisatie te weinig geld geeft in de strijd tegen cybercrime. En dat terwijl het aantal rechtszaken toeneemt, doordat de politie meer prioriteit geeft aan digitale criminaliteit. Dat schrijft het Openbaar Ministerie in zijn jaarbericht over 2017.
In het jaarbericht staat dat het aantal behandelde cyberdelicten de afgelopen jaren toeneemt. Zo werden in 2015 140 nieuwe cyberzaken door het Openbaar Ministerie (OM) behandeld, terwijl dit in 2017 was gegroeid tot 231. Onder cybercrime verstaat het OM onder meer computervredebreuk, verspreiding van ransomware en het uitvoeren van DDoS-aanvallen en botnet-aanvallen.
De huidige aanpak van digitale criminaliteit is nog te beperkt, schrijft het OM. Behalve voor meer budget pleit het ministerie ook voor uitbreiding van de juridische mogelijkheden om adequaat tegen cybercrime op te treden. ‘Cybercriminelen kunnen moeiteloos wereldwijd actief zijn, terwijl de opsporing en vervolging aan de landsgrenzen is gebonden.’
Hansa Market
Toch worden er ook op internationaal niveau successen geboekt in de strijd tegen cybercrime. Het OM noemt als voorbeeld de infiltratie van het Landelijk Parket en de Nationale Politie in Hansa Market, begin 2017.
Nadat de beheerders van deze illegale online handelsplaats werden gearresteerd, migreerden politie en het OM de site naar hun servers in Nederland en namen ze de digitale identiteit van de beheerders over. Zo kregen zij zicht op de handel in drugs, wat in binnen- en buitenland tot diverse rechtszaken leidde. Overigens zouden leden van de Hansa Market hun handel later hebben voortgezet op een nieuw forum.
Aangiftebereidheid
Uit het jaarbericht blijkt ook dat de aangiftebereidheid van slachtoffers van cyberdelicten laag is. ‘Het is een belangrijke opgave voor de strafrechtspleging om deze trend te keren.’