Gebruiksgemak in bedrijfssoftware laat vaak nog veel te wensen over, zelfs in de grootste en populairste softwarepakketten. Moderne applicaties zouden zich eigenlijk automatisch moeten aanpassen naar de gebruiker. Dit is mogelijk met een low-code ontwikkelplatform, mits dat zelflerende tools biedt om het gebruik van software te analyseren, en de gebruikersomgevingen op basis van die inzichten automatisch te vormen en personaliseren.
De afgelopen jaren is de populariteit van low-code ontwikkelplatformen enorm toegenomen. En daar is een heel goede reden voor. Steeds meer bedrijven zien de voordelen van de flexibiliteit en ontwikkelsnelheid, waardoor hun zakelijke software sneller kan meebewegen met de wensen van de business. Onderbelichte aspecten van low-code software zijn echter gebruiksgemak en user experience.
Een applicatie kan technisch nog zo goed in elkaar zitten, maar het werkplezier is snel verpest als de gebruiker wordt geconfronteerd met een onduidelijke workflow of tientallen overbodige opties. Het goede nieuws is dat de analytische mogelijkheden en flexibiliteit van low-code software ook ingezet kan worden om zowel de applicaties als het gebruiksgemak automatisch te verbeteren.
Gebruik analyseren
Als je zelflerende software wilt maken, dan is een eerste vereiste dat je het gebruik van de werknemers logt en die data vervolgens door het ontwikkelplatform laat analyseren. Wat doen zij precies in de applicatie? Welke schermen gebruiken ze het meest en vooral hoe? Zijn er veel voorkomende onduidelijkheden in de workflow? De inzichten die uit deze analyse komen kunnen vervolgens automatisch doorgevoerd worden in het functionele model dat de basis is van de applicatie.
Stel bijvoorbeeld dat 20 procent van de gebruikers binnen een groep op een bepaalde manier werkt, dan kan het zelflerende ontwikkelplatform de software automatisch voor de hele groep optimaliseren voor die werkwijze. Algemene aanpassingen in interfaces of workflows kunnen in het algemene applicatiemodel doorgevoerd worden, en individuele aanpassingen in de weergave of indeling worden toegepast via een persoonlijk model. Ook is het mogelijk om aan gebruikers aanpassingsvoorstellen te doen, die zij vervolgens kunnen accepteren of afwijzen.
Dynamische interfaces
De manier waarop low-code software zich automatisch kan vormen naar gebruikers is behoorlijk revolutionair. Het oude model van kostbare en tijdrovende software-implementaties wordt hiermee in feite op zijn kop gezet. Niet langer is het noodzakelijk om alle interfaces in een softwarepakket vooraf in te richten, waarna elke nieuwe wijziging vrijwel onmogelijk is. Door de modelgedreven aanpak van low-code software kunnen de resulterende applicaties probleemloos en continu gewijzigd worden.
Dat is belangrijk omdat de bedrijven zelf ook sneller dan ooit veranderen, zowel in hun business als werkwijzen. Voeg je daar zelflerende analyses en geautomatiseerde optimalisatie aan toe, en je krijgt bedrijfssoftware die naarmate de tijd vordert steeds beter aansluit op de wensen van de gebruikers, en daarmee van de organisatie.
Training wordt niet overbodig
Er zitten natuurlijk grenzen aan de mate waarin applicaties zich moeten aanpassen aan de gebruiker. Zo kan uit de analyse van het ontwikkelplatform blijken dat niet de software het probleem is, maar dat gebruikers extra training nodig hebben. Als sommige gebruikers minder productief zijn dan hun collega’s, dan kan de reden bijvoorbeeld zijn dat zij niet op de hoogte zijn van een specifieke handige functie. Een goede instructie kan dan helpen om ze hier op te wijzen en hun productiviteit te verbeteren.
Het meten van de performance, zowel van de gebruikers als de software in het algemeen, is een uiterst nuttig middel om als bedrijf op te sturen. Het geeft je beter inzicht in de productiviteit, de kpi’s van werknemers, en het opent nieuwe mogelijkheden om die te verbeteren door de software dynamisch aan te passen. Als organisatie met een low-code ontwikkelplatform kun je zelfs besluiten om minder verfijnde applicaties te modelleren. Dat leidt tot minder discussie tijdens het ontwerp en de verfijning ontstaat vervolgens automatisch op de werkvloer op basis van de zelflerende analyse.
Hierdoor kan de ontwikkeltijd sterk verkort worden, omdat de software immers minder gedetailleerd gebouwd hoeft te worden. De gewenste functionele details kunnen in de loop der tijd automatisch aan de software toegevoegd worden op basis van het gebruik in de praktijk. Met andere woorden: je realiseert een snellere time-to-market en software die steeds beter aansluit op het bedrijfsproces en de gebruikers. En het mooiste is: die software blijft dat continu doen naarmate het bedrijf zich verder ontwikkelt.