Vandaag de dag hoor je bijna niemand meer over de digitale snelweg, de informatiesnelweg, de infosnelweg, de e-snelweg of de elektronische snelweg als metafoor voor internet. Termen die vooral in de jaren '90 populair waren, met name de elektronische snelweg. We nemen in deze flashback de afslag naar het jaar 1994.
Naar verluidt zou het begrip ‘information highway’ – de basisterm voor alle Nederlandse varianten – gemunt zijn door de voormalige Amerikaanse vice-president Al Gore. In eerste instantie wordt er niet het internet mee bedoeld, maar de glasvezel-infrastructuur die nodig is om iedereen toegang tot het internet te kunnen bieden. Al Gore komt in 1992 met het plan voor een National Information Infrastructure (NII) om alle huizen, scholen en bedrijven in de Verenigde Staten elektronisch te verbinden met een gigantisch glasvezelnet.
Dit idee wordt eind 1993 overgenomen door Jacques Delors, de toenmalige voorzitter van de Europese Commissie. Hij wil een Europese informatiesnelweg: de EII (European Information Infrastructure). Ook wordt er door sommigen al gedroomd over een GII: een Global Information Infrastructure.
Computable gebruikt op 11 februari in 1994 voor het eerst de term elektronische snelweg om deze plannen te duiden in het artikel: ‘VS en Europa samen in ‘digital highway’. Daarbij blijkt op politiek topniveau te worden gedacht aan een ‘elektronische brug die netwerksystemen aan beide zijden van de Atlantische Oceaan met elkaar verbindt’. En eigenlijk zou Japan ook moeten meedoen (over China wordt nog geen woord gerept). Negentien vooraanstaande industriëlen gaan in opdracht van de Europese Unie een strategie ontwikkelen om te komen tot Europa als ‘elektronische stad’. Daaronder vervlogen namen als Carlo de Benedetti (Olivetti), Peter Bonfield (ICL) en Heinrich von Pierer (Siemens) alsook onze eigen Jan Timmer (Philips).
Rijles?
De Nederlandse overheid wil natuurlijk niet op de provinciale e-weg blijven. Maar er is al snel geklaag te horen over het tempo waarmee het kabinet wil aanhaken op de informatiesnelweg. In het commentaar van de redactie in het nummer van 1 april 1994 wordt dan ook de vraag gesteld: ‘Wie geeft ambtenaren rijles op de elektronische snelweg?’. Pas op Prinsjesdag wordt bekend gemaakt dat er op beperkte schaal experimenten op telecommunicatiegebied toegestaan worden, waarvoor dan nog wettelijke beperkingen gelden. Dit, vooruitlopend op de wetgeving die in voorbereiding is voor de liberalisatie van de telecommarkt. Computable concludeert op 23 september 1994: ‘Kabinet wil snel op elektronische snelweg’.
Het bedrijfsleven hamert dat jaar op het belang van de aanleg van een nationale informatie-infrastructuur. ABN Amro werpt zich zelfs op als investeerder, mocht het kabinet afhaken als financier. Dat meldt de bank op het eind november gehouden congres ‘Verboden in te halen, een choreografie van de Elektronische Snelweg in Nederland’, bericht het vakblad in de uitgave van 2 december 1994.
Actieplan
De Nederlandse regering komt uiteindelijk op 22 december 1994 met het Actieprogramma Elektronische Snelwegen. Dit vierjarige nationale aanvalsplan moet de voorwaarden scheppen waarbinnen het bedrijfsleven wordt bewogen miljarden te investeren in de uitbouw van het digitale wegennet. Die voorwaarden zijn bijvoorbeeld nieuwe wet- en regelgeving en de ondersteuning vanuit de overheid van een aantal innovatieprojecten. Uiteindelijk doel is om Nederland koploper te maken binnen Europa.
Of dat laatste gelukt is, valt over te discussiëren, maar bijna vijfentwintig jaar later kan wel geconcludeerd worden dat Nederland samen met de landen uit Scandinavië tot de Europese regio’s behoort die hoog scoort als het gaat om de e-snelweginfrastructuur en het aanbod en gebruik van digitale diensten.
Flashback
Computable blikt in het jubileumjaar van haar 50-jarige bestaan terug op een rijk archief aan ict-nieuws en artikelen die zowel op papier als digitaal verschenen zijn. Dat doet de redactie zowel online als in het magazine. Op de website Computable.nl staat iedere donderdag (‘Throwback Thursday’) een aflevering van de rubriek Flashback. Daarin selecteert de redactie een opvallend stuk of serie artikelen uit het verleden die aansluit of aansluiten op de actualiteit, en zoekt zij in de archieven naar materie die het waard is om opnieuw te publiceren.