Om de ict-vernieuwing bij de politie in goede banen te leiden, is extern toezicht ‘wis en waarachtig’ nodig. Het heeft een normerende werking en het is onverstandig deze controle te elimineren. Dit stelt ex-voorzitter van de Review Board, Tom Rodriguez. Of er daadwerkelijk (opnieuw) een extern bureau moet worden opgetuigd, of dat een enkele toezichthouder voldoende is, moet hierbij opnieuw worden overwogen.
Een en ander komt aan bod tijdens de hoorzitting over politie-ict die vandaag plaatsvindt in Den Haag. Eind 2017 liep het Aanvalsprogramma Informatievoorziening Politie af. Zes jaar was vooral gewerkt aan het op orde brengen van de infrastructuur en voorzieningen voor de bedrijfsvoering. De vernieuwing van systemen voor de primaire processen, in 2011 aangekondigd voor 2014, was eind oktober 2017 nog maar voor 36 procent af. Met het einde van dit programma is ook de speciale Review Board destijds van zijn taken ontheven.
Toezicht
Minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid wil het toezicht nu overlaten aan een auditcommissie, die korpschef Erik Akerboom in september heeft ingesteld. Daarin zitten, naast enkele mensen van buiten, twee leden van de korpsleiding en nog een eenheidschef van de politie. Ook het BIT krijgt een rol bij dit toezicht. Rodriguez: ‘Dit gebeurt ook bij andere overheidsinstanties. Probleem is echter dat dit toezicht nog steeds niet operationeel is, terwijl de ict-vernieuwing wel volop aan de gang is. Je hebt mijns inziens externe tegendruk nodig. Mijn voorkeur zou hierbij overigens wel uitgaan van een toezicht op de gehele organisatie, in plaats van enkel op de ict. Dit, omdat zaken als financiën en bedrijfsvoering, nauw samenhangen met ict’.
Rodriguez meent dat het omzetten van elf BVH-systemen en één Summ it-systeem naar één geïntegreerde voorziening die de naam Operationeel Politie Proces (OPP) krijgt, zo’n vijf tot zeven jaar in beslag gaat nemen. Hoewel hij het lastig vindt om te oordelen over zo’n nieuw platform, stelt hij wel ‘voldoende vertrouwen te hebben’ en dat het tijd is voor de politie om uit ‘de startblokken’ te komen. Dit komt overeen met de mening die de politie zelf is toegedaan. Belangrijk hierbij is volgens de ex-directeur van de Review Board wel dat de organisatie, en dan met name de politiebazen, meegaan in de automatisering. Dit is essentieel om de gehele operatie te doen slagen. Dat het eerdere aanvalsplan ict van de politie maar voor 36 procent is uitgevoerd, heeft volgens hem met het gebrek aan ‘operationeel meewerken’ te maken.
Ict-vernieuwing
Dick Heerschop, cio van de politie, is tijdens de hoorzitting positief gesteld over de huidige en de toekomstige staat van de politie-ict. ‘We hebben nu zo’n twaalf- tot dertienhonderd applicaties minder en besteden nu zo’n 27 procent van onze mankracht aan vernieuwing en 73 procent aan beheer. Ook is het aantal zogenaamde prio-1-incidenten, in 2010 nog zo’n vierduizend per jaar, met 90 procent afgenomen. Wel wordt de vraag en de druk op ict steeds groter, andere door cyberdreiging en (het omgaan met) big data.’
Mirjam Barendse, politiechef Midden-Nederland, over de ict-vernieuwing: ‘We willen in totaal elf legacysystemen uitfaseren. Dit gaan we doen door middel van het fade-in, fade-out systeem. Zeker bij het BVH wordt dit een enorme klus, want we moeten maar liefst achthonderd werkprocessen één voor één overhevelen naar het nieuwe OPP-platform.’
It-directeur en cto bij de politie, Koos Veefkind, spreekt over het OPP als de weg voorwaarts: ‘We hadden te maken met 26 verschillende korpsen die elk een eigen ict voerden. Er was destijds geen nadruk op standaardisering en ook was de afhankelijkheid van externe leveranciers te groot. Het OPP is voor ons de weg voorwaarts. De methode die we bij het Mobiel Effectiever Op Straat (MEOS) hebben ingezet, het samen ontwikkelen met personeel via een kort-cyclische proces, willen we ook bij het opzetten van het OPP handhaven.’
Opvallend is dat nadat Heerschop, Barendse en Veefkind aan het woord zijn geweest, na vragen van CDA-kamerlid Chris van Dam, tevens initiatiefnemer van de hoorzitting, blijkt dat er geen concreet plan is voor de ict-vernieuwing. Dit is volgens Rodriguez des te meer reden voor het opnieuw invoeren van extern toezicht.
Externe ict’ers
Tijdens de hoorzitting wordt ten slotte ook ingegaan op de inzet van externe ict’ers. Dit zijn er nu zo’n vierhonderd per jaar, op een totaal van 2500 politie-ict’ers. Heerschop: ‘Deze verhouding blijft hoogstwaarschijnlijk behouden. Ict’ers zijn moeilijk te vinden, daarom zijn we ook met een wervingscampagne gestart. Voor elke externe ict’er kan ik namelijk twee nieuwe it-medewerkers aannemen. Wel vind ik het belangrijk om de feeling met de markt via externen te behouden, want zij lopen immers altijd voorop.’
Politie-ict in de praktijk
Rob den Besten, voorzitter van de ondernemingsraad van de politie, schets tijdens de hoorzitting een beeld van de politie-ict in de praktijk. ‘De laatste update van BVH van enkele weken geleden wordt over het algemeen als dramatisch beschouwd en verder hebben we op veel locaties geen wifi, kunnen we geen video’s afspelen en zijn internetrechercheurs alleen in staat hun werk te doen op speciale pc’s. Wel ben ik erg te spreken over MEOS. Manieren om de ict in de praktijk te verbeteren zijn wat mij betreft meer betrokkenheid van en op de werkvloer en minder externe inhuur.’
Onzin. Er is teveel aan gelegen bij het ICT management om de huidige chaos in stand te houden. Dat blijkt overduidelijk door de afwezigheid van een strategie.
En dan het personeelsbeleid: “Voor elke externe ict’er kan ik namelijk twee nieuwe it-medewerkers aannemen”. Volledig gebaseerd op kostprijs. Als IT-er bij dit stukje overheid moet je dan ook niet de illusie koesteren dat er ooit nog een loonsverhoging inzit, dankzij de loodzware financiële footprint van het management.