In een eerdere blog stelde ik dat een bedrijfscultuur de grootste hindernis is voor digitale transitie. Het veranderen van menselijk gedrag en gewoontes is een moeilijke uitdaging, maar zeker niet onoverkomelijk. Welke aspecten van de bedrijfscultuur zijn hierbij van belang en hoe kan er een verandering in gang worden gezet?
Een bedrijfscultuur kent vele componenten die uiteenlopen van diversiteit en hiërarchie tot aan compensatie en beloning. De uitdagingen die komen kijken bij digitale evolutie zijn echter voor veel bedrijven nieuw en kennen vele gezichten. Ze kunnen betrekking hebben op communicatie, omgang met klanten, dataverwerking en de waarde van innovatie.
Grote rol
Het snel veranderende landschap rond e-commerce, supply chains en diensten die waarde toevoegen, spelen ook een grote rol. Welke elementen kent een bedrijfsklimaat dat klaar is voor de digitale transitie en waarom zijn deze zo belangrijk?
– Klantenbinding. Bedrijven zijn afhankelijk van de relatie met hun klanten. En ja, dit vormt nog steeds een uitdaging. Aankoopcycli en beslissingsmomenten van klanten evolueren, en mogelijk kunnen uw werknemers de nieuwe prioriteiten rond geïntegreerde contactmomenten, customer journeys en het belang van een consistente klantervaring niet bijbenen. Begrip van prioriteiten rond klantenservice is essentieel. Hoe ver moet een medewerker gaan om ervoor te zorgen dat de klant tevreden is?
– Silo’s elimineren. Dit is al jarenlang een speerpunt, maar het probleem blijft bestaan. Het doorbreken van barrières tussen afdelingen is moeilijk, maar ook één van de eerste taken die moet worden aangepakt. Het vergroten van de zichtbaarheid helpt hierbij. Cross-operationele trainingen en teams die bestaan uit medewerkers van verschillende afdelingen stimuleren het teamdenken, in plaats van afdeling- of divisie-staren.
– Risico’s accepteren. Een digitale mindset aannemen betekent bereidheid om risico’s te accepteren en innovatieve, onbewezen concepten uit te proberen. Niet alle ideeën zullen probleemloos slagen. Het topmanagement moet teamleden duidelijk maken dat ze verwachten dat er fouten zullen worden gemaakt en dat daar geen represailles op zullen volgen. Faalangst zorgt ervoor dat mensen minder bereid zijn om nieuwe ideeën uit te proberen. Tegelijkertijd moet ook duidelijk zijn dat roekeloze, risicovolle beslissingen nog steeds onacceptabel zijn. Waar ligt het kantelpunt?
Het vinden van die sweet spot is niet eenvoudig. Enerzijds is de bereidheid om te experimenteren en nieuwe, potentieel risicovolle investeringen te doen van cruciaal belang geworden. Anderzijds is het gevaarlijker geworden om risico’s te nemen omdat de transparantie groter is, concurrentievoordeel minder duurzaam is en de kosten van falen in een markt waarin alleen de winnaars tellen hoog zijn. Daarom is het belangrijk om te bepalen welke positie het bedrijf inneemt en dit over te dragen zodat medewerkers beslissingen kunnen nemen die binnen veilige parameters vallen.
– Probleemoplossend vermogen bevorderen. Nieuwe manieren vinden om oude problemen op te lossen is onderdeel van een digitaal plan. Werknemers moeten de basisprincipes begrijpen van hoe je problemen oplost en ze moeten toegang hebben tot de benodigde tools. Inzicht en toegankelijkheid zijn de sleutelwoorden. Rapporten schrijven en kpi-tracking zijn belangrijke vaardigheden die het personeel helpen problemen op te lossen. Toegang tot klantgegevens en zicht op de volledige waardeketen zijn andere aspecten die nuttig zijn bij het zoeken naar oorzaken van problemen en het voorstellen van oplossingen hiervoor.
– Teambenadering. In dit digitale tijdperk is een teamaanpak belangrijker dan ooit. Individualistisch werken bemoeilijkt de uitvoerbaarheid van sommige bedrijfsbrede innovaties. Door crossfunctionele teams te vormen om grote initiatieven aan te pakken, zullen bedrijven het voordeel ervaren van multidimensionale gezichtspunten die verschillende scenario’s behandelen. Bij een teambenadering kunnen de lasten ook breder worden verdeeld, zodat niet één afdeling het volle gewicht van een extra werklast hoeft te dragen. Bovendien voelen personeelsleden zich meer betrokken bij het project.
– De weg vrijmaken voor innovatie. Een bedrijfsklimaat dat klaar is voor digitalisering zorgt ervoor dat elke medewerker zich in staat voelt om deel te nemen, beslissingen te nemen en bedrijfsinitiatieven verder te stimuleren – zonder te worden gehinderd door starheid en administratieve rompslomp. Zakendoen gebeurt met de snelheid van verandering en vereist dat personeel snel, goed geïnformeerde beslissingen kan nemen en weet hoe die moeten worden gevolgd. Uw klanten hebben hoge verwachtingen. Uw werknemers moeten in staat worden gesteld om de goederen en diensten te leveren waar uw klanten naar verlangen.
Conclusie
Kan er worden gesleuteld aan een bestaande bedrijfscultuur om verschuivingen teweeg te brengen, onjuiste aannames te corrigeren en lacunes op te lossen? Of is de culturele verandering een bijproduct van de digitale implementatie en vindt die vanzelf plaats? De praktijk leert dat organisaties die wachten op het organisch veranderen van hun bedrijfscultuur te langzaam vooruitgaan en de concurrentie niet kunnen bijhouden. Bedrijven die actieve stappen nemen in het veranderen van hun cultuur zijn beter gepositioneerd om samen met hun personeel de transitie te maken naar de nieuwe manier van distributie van goederen en diensten.
Interessante invalshoek, maar, naar mijn bescheiden mening worden er nogal wat dingen op een hoop gegooid en onjuist met elkaar verweven.
Digitaal automatiseren/IT
Digitaal automatiseren en IT zijn lineaire processen die allen één ding gemeen hebben. Dit geld overigens voor allen die met beide materies, op elk vlak en discipline denkbaar gelijk, te maken hebben of gebruik maken. Het universele statische principe…. I/O. Doet wel/niet. Digitaal automatiseren is namelijk een universele principe die, in dit geval, wordt uitgevoerd met elektronica. Elke stap, voor iedereen hierin, is afhankelijk en onderworpen aan een hele simpele gemene deler: Voorafgestelde en gedefinieerde waarde. Los of ‘waarde’ een beweging zou betreffen, een proces of een getal. Geen voorafgestelde gedefinierde waarde? Geen proces. Zo eenvoudig is het.
Mens dynamisch, machine statisch
Mensen doen hetgeen ze doen, wanneer zij denekn dat het hen goed dunken. Dat houd eenvoudig in dat wanneer zij dorst krijgt, zij naar de koelkast lopen voor een drankje maar dat vergeten op het moment dat het mobieltje tingelt. U ziet het al, goh, tjé, heé, het proces wordt onderbroken door dynamiek mens, en het doel wordt niet bereikt. Vooruit, wellicht dat mens later, na het telefoontje het proces weer op neemt.
Machine is een dood ding, net als digitaal automatiseren en IT overigens, dat alleen maar ‘iets’ doet wanneer het wordt aangezet ‘iets te doen. De (I) van I/O dus. Geen I geen O. Niet een beetje I en dus een beetje O.
Deze twee werelden zijn onverenigbaar met elkaar maar kunnen wel los van elkaar bestaan en best wel functioneren natuurlijk.
Alleen wanneer ‘mens’ zich conformeert aan het statische van het universele I/O principe. Nou is mijn bescheiden mening altijd geweest dit basale gegeven op dynamische ‘mens’ over te brengen om er voor te zorgen dat al die digitaal automatische processen en mogelijkheden ten volle door ‘mens’ kunnen worden benut. Aardige spinoff is dan ook dat je meteen en automatisch al die incidenten en ketenschades meteen en voorspelbaar terug aan het dringen bent en digitaal automatiseren/IT datgene laat doen waar het altijd als principe voor is bedoeld.
Winst.
Just my 5ct.
Goed artikel!
Het laat zien dat een verregaande automatisering van bedrijfsprocessen eerder een continu proces is (versus “even” de knop omzetten). Zeker commerciële organisaties zullen blijven zoeken naar manieren om zich te verbeteren – tis te zeggen – dat zou in ieder geval zo moeten zijn.
De ene keer om een product of dienst te verbeteren; al dan niet gecombineerd met een stukje innovatie. De andere keer om goedkoper te kunnen produceren en leveren zodat er ruimte is voor een volgende, wellicht grotere verbeterslag.
Maar ook: soms is het beter om afscheid te nemen van een product of dienst. Bijvoorbeeld omdat de transitiekosten te hoog zijn om ook op termijn onderscheidend te blijven.
Andersom kan ook: soms kan juist het omarmen van een ander, aanpalend marktsegment of een stukje verticale integratie helpen om weer een streep(je) voor te hebben op je concurrenten.
Kortom – staar je niet blind op die felbegeerde digitalisering; ook niet als die “gegarandeerd” binnen een boekjaar af te ronden is. Maar blijf oog-en-oor openhouden voor andere mogelijkheden om je concurrent voor te blijven; ook als dat betekend dat die digitalisering even de koelkast in moet!
🙂