Hulpverleners op het door orkaan Irma getroffen eiland Sint-Maarten maken dankbaar gebruik van big data en analytics. Het team 510 Global van het Nederlandse Rode Kruis vult verouderde data aan met actuele bronnen en verwerkt deze voor effectievere hulpverlening. Smart aid, noemt de vice-voorzitter dit.
510 Global verbetert de kwaliteit van preventieve risicoanalyses en maakt de respons op natuurrampen effectiever, vertelt Pieter-Christiaan van Vollenhoven. Hij is vicevoorzitter van het bestuur van het Nederlandse Rode Kruis. Veel landen kampen volgens hem met verouderde of incomplete informatie. Daardoor kunnen hulpverleners lastig inschatten waar en hoe hun inzet het meest nodig is.
‘De orkaan die over Sint-Maarten trok, heeft veel schade en leed veroorzaakt’, vertelt Van Vollenhoven kortgeleden op het event Analytics Experience van softwareleverancier SAS. ‘Tot voor kort wist niemand precies hoeveel mensen waar op het eiland wonen. Er zijn veel geïmproviseerde huisjes die nergens officieel zijn aangemeld bij de overheid of het kadaster. Zolang deze informatie mist, weet je niet waar de hulpverleners en hulpgoederen heen moeten.’
Daags voordat orkaan Irma over het eiland trok, begonnen datascientists van 510 Global samen met 166 amateurcartografen met het verzamelen en analyseren van aanvullende informatie. Ze raadpleegden recente satellietfoto’s, dronebeelden en verkenningen in het veld. Foto’s werden aan elkaar geplakt, datasets gekoppeld. Op deze manier brachten ze vanuit Nederland alvast de drinkwatervoorzieningen, bevoorradingspunten, tankstations en wegen in kaart.
Na een nacht flink aanpoten, voegden de cartografen bovendien 5638 niet-eerder geregistreerde huizen aan de kaart toe. Door deze informatie te combineren met socio-economische gegevens en weermodellen, kon het team berekenen in welke buurten de grootste risico’s voor de volksgezondheid bestonden. Direct na passage van de orkaan werd ook informatie over de verwoesting toegevoegd. Uit nieuwe dronebeelden bleek onder meer dat 91 procent van de bebouwing op het eiland was beschadigd.
Afspraken
De inspanningen van het team en de vrijwilligers maakten in een kort tijdsbestek inzichtelijk hoe de humanitaire hulp het grootste effect heeft en de meeste slachtoffers bereikt. Van Vollenhoven: ‘Hulpverleners willen zo snel mogelijk actueel inzicht. Mensen zijn vanaf de eerste dag afhankelijk van voedselhulp. Zolang hulpgoederen in een magazijn staan, heeft niemand er wat aan. Snelle en slimme analytics komen dan van pas. Goede afspraken met onze partners over de aanlevering van gegevens zijn daarbij cruciaal. Bovendien helpt het als de data gestandaardiseerd worden aangeleverd. We zoeken samenwerking met nog meer instellingen en overheden.’
Het is nog te vroeg om onderbouwde conclusies te trekken over de effectiviteit van de inzet van smart aid op Sint-Maarten, erkent Van Vollenhoven. ‘Dit is nog niet onderzocht. We zijn nog volop bezig met de wederopbouw. Samen met lokale partners, zoals het kadaster, gaan we daarna het proces evalueren.’ De vice-voorzitter vertelt dat 510 Global zo veelbelovend is dat het initiatief de aandacht van de overkoepelende internationale Rode Kruisorganisatie ICRC heeft.
Ervaring
Voor de bepaling van de criteria waarop de smart aidanalyses plaatsvinden, kan het Rode Kruis teruggrijpen op ervaringen uit het verleden. De organisatie biedt immers al jaren noodhulp in gebieden die zijn getroffen door orkanen, overstromingen en aardbevingen. Bovendien was het niet de eerste keer dat het Nederlandse project 510 Global werd ingeschakeld. Zo hielpen de datascientists al in het najaar van 2016 bij het stroomlijnen van noodhulpverlening op de Filippijnen. Amper een etmaal nadat orkaan Haima daar veel schade aanrichtte, kwam het team met een onderbouwde prioriteitenlijst voor de distributie van hulpgoederen. De lijst was grotendeels gebaseerd op gemodelleerde voorspellingen van de zwaarst getroffen gebieden. In Sierra Leone deed het team afgelopen augustus hetzelfde na aardverschuivingen en modderstromen.
Daarnaast is 510 Global al enkele jaren in Malawi betrokken bij een project voor het voorspellen van overstromingen en het in kaart brengen van de lokale risico’s hiervan. In het Afrikaanse land wordt zelfs een lokaal 510-team opgetuigd en getraind. Uiteindelijk is het de bedoeling dat er zo’n lokaal team komt in elk van de zestien partnerlanden voor Nederlandse ontwikkelingshulp.
Kunstmatige intelligentie
Toekomstvoorspellingen aan de hand van kunstmatige intelligentie (ki) zijn de volgende stap bij smart aid. Het gaat daarbij uiteraard niet om het voorspellen van natuurgeweld, maar om het vooraf inschatten van lokale schade aan natuur, bewoners en infrastructuur, als zo’n ramp zich voordoet. Het team van 510 Global experimenteert volop met machine learning en predictive analytics, vertelt coördinator Stefania Giodini. De Italiaanse astrofysica legt uit dat haar organisatie grote hoeveelheden historische data invoert in analytics-tools en deze gebruikt voor het ontwikkelen en testen van rekenmodellen. Die modellen zijn bedoeld om natuurrampen te kwantificeren en voorspellingen te doen over het schadebeeld. Dit gebeurt in samenwerking met NASA.
Giodini: ‘Een eerdere versie van het systeem hebben we in 2015 ingezet na de aardbeving in Nepal. Ook toen bleek veel informatie te ontbreken of verouderd. In tegenstelling tot orkanen, zie je aardbevingen meestal niet aankomen, terwijl de verwoesting even groot kan zijn. Het helpt dus als je het risico op schade kunt voorspellen en daardoor kunt verkleinen.’
Het team staat diverse tools ter beschikking, vertelt Giodini. ‘De meeste daarvan zijn opensource. Voor het maken van de kaarten gebruiken we QGIS. Om deze te verrijken met nieuwe informatie en metadata zetten we Openstreetmap in. Daarmee maken we de kaarten ook openbaar toegankelijk. Met OpenMapKit en OpenDataKit verzamelen we data uit het veld.’ Voor predictive analytics doet het team een beroep op gesloten softwaretoepassingen. Giodini vertelt dat haar team daarbij ook de business intelligence software van SAS overweegt.
Meer voordelen
Smart aid levert meer op dan accurate hulpverlening na noodweer en ander natuurgeweld, meent vice-voorzitter Van Vollenhoven. Zo voorkomt big data en analytics volgens hem dubbele investeringen, bijvoorbeeld door noodvoorzieningen direct op de juiste plaats op te bouwen. Dit gebeurde in het verleden niet altijd, legt hij uit. In Haïti werden na verwoestende orkanen tentenkampen opgebouwd in gebieden met een verhoogd risico op storm. Zij moesten om die reden naderhand worden verplaatst.
Met de inzet van smart analytics lukt het de hulporganisatie bovendien om haar donateurs te voorzien van meer gedetailleerde informatie. Veel donateurs willen immers weten waaraan het Rode Kruis hun donatie uitgeeft. Met de nieuwe technologie kunnen zij hun bijdrage bijvoorbeeld oormerken voor huisvestingsprojecten of voedselhulp. Hulporganisaties die inzetten op big data, analytics en ki; nu smart aid de experimentele fase is ontstegen, valt te verwachten dat de technologie steeds meer zal bijdragen aan effectievere hulpverlening, kostenbesparing en tevreden donateurs wereldwijd. Met dank aan het Nederlandse datascienceteam van 510 Global, een naam die verwijst naar het oppervlakte van de aarde in miljoenen vierkante kilometers.
(Deze bijdrage is afkomstig uit Computable Magazine, editie 01/2018.)
Vijftig datascientists
510 Global is een initiatief van het Nederlandse Rode Kruis en werd opgezet door Maarten van der Veen, die in 2008 aan Rijksuniversiteit Groningen cum laude afstudeerde op het onderwerp kunstmatige intelligentie. Hij wist de Nederlandse hulporganisatie te overtuigen van het belang van smart analytics. Inmiddels zijn ongeveer vijftig datascientists betrokken bij 510 Global, van wie de meesten als vrijwilliger. Het team telt veertien nationaliteiten en uiteenlopende specialisten, zoals natuurkundigen, econometristen, astrofysici, business analisten en geografen. Zij combineren openbare databronnen in een rekenmodel dat hulpverleners bij calamiteiten kunnen raadplegen.