Recent verscheen er van mij een artikel over het tekort aan tech-skills in de markt en de moeite die wij doen om talenten aan te trekken, met als gevolg dat recruiters zich massaal bij mij meldden om hun diensten aan te bieden. En dát was nou net niet wat ik beoogde.
Het gaat mij erom, dat we het in Nederland beschikbare ict-arbeidskapitaal vergroten. Arbeidskapitaal vergroten is overigens niet uniek binnen Nederland. Er moeten in de zorg zeventigduizend mensen bijkomen, daarvoor reserveert de overheid de komende jaren miljarden met de nadruk op de verpleeghuiszorg. Ook voor het onderwijs wordt de komende jaren 1,9 miljard vrijgemaakt om de werkdruk te verlichten én onderwijs aantrekkelijker te maken als carrièrepad. Er wordt voor 2025 een tekort van zevenduizend tot tienduizend leraren verwacht. In de technologische sector moeten er tot en met 2030 zo’n honderdtwintigduizend mensen bijkomen om in elk geval onze internationale concurrentiepositie te behouden, volgens een recent rapport van ING. Is dat haalbaar?
Zeker, de robotisering gaat arbeidskrachten vrijmaken binnen verschillende branches. Het is de vraag of de mensen die hierdoor beschikbaar komen, over de benodigde profielen voor een baan in de ict beschikken. De tekorten dreigen vooral bij hoogopgeleiden te ontstaan. Dat wordt ook gereflecteerd in het ING-rapport. In de hoek van de robotisering en de automatisering zou ik de oplossing voor het tekort niet zo snel zoeken. Het moet komen uit het onderwijs, denk ik, daarover is weinig hoopvolle informatie te vinden in de media. Het aantal uren Informatica op ‘het middelbaar’ is bijvoorbeeld de afgelopen jaren achteruit gegaan, er dreigt een groot tekort aan docenten en op het beschikbare materieel is ook nog wel wat aan te merken. Dit heeft invloed op de interesse van middelbare scholieren in de thematiek én in op hun keuze voor een vervolgopleiding.
Jongeren wegwijs maken
Er gebeurt natuurlijk van alles om kinderen van jongs af aan wegwijs te maken met it en zelf met programmeren. Zo is VHTO momenteel bezig om samen met Google op tweeduizend basisscholen één digileerkracht op te leiden, die zelf met technologie kan omgaan én de kennis kan overbrengen op de leerlingen. Ook de vele initiatieven vanuit het bedrijfsleven dragen hun steentje bij, de achterliggende kortetermijnfilosofie ten spijt. Wat in mijn ogen ontbreekt, zijn twee dingen. Een logische rode draad tussen primair, secundair en tertiair onderwijs en postergirls en -boys ( en andere gendervarianten).
Dat eerste zal in de praktijk waarschijnlijk een lastige klus worden, gezien de tijd die het kost om het onderwijscurriculum aan te passen. Het is echter zeker cruciaal om informatietechnologie in te bedden binnen alle (!) opleidingen. Maar wie moet daarin de ‘lead’ nemen? ‘De overheid, natuurlijk!’ hoor ik u denken. Zo evident is dat echter niet. Hoewel de overheid een groot belang heeft om de werknemers van de toekomst voor te bereiden op wat er van hen gevraagd wordt, heeft het bedrijfsleven dat belang net zozeer of meer. Ook de scholen zelf zijn erbij gebaat als ze een goede naam hebben op het gebied van it-onderwijs en kunnen er punten mee scoren om leerlingen te werven. Alle partijen hebben dus een belang, maar wie de handschoen moet oppakken? Daarop is geen makkelijk antwoord te geven.
Het antwoord vinden op de tweede vraag is op het eerste oog wellicht eenvoudiger, maar in de praktijk minstens zo complex. Vraag jongeren tussen de veertien en de zeventien om hun held te noemen en de Monika Geuzes en Enzo Knollen vliegen je om de oren. Vraag ze om een tech-held en veel pubers (echt veel!) zullen je met gefronste wenkbrauwen aankijken. Mogelijk weten ze Mark Zuckerberg te noemen, Elon Musk of Steve Jobs; een Nederlandse naam zal je niet snel horen. En dat terwijl we toch al vier Nederlanders in de Internet Hall of Fame hebben, allemaal pensioengerechtigd overigens. Maar het moeten er meer worden. Jonge mensen die een generatie kunnen inspireren om Nederland tot technologisch ongekende hoogten te stuwen. Hoe we dat gaan realiseren? Geen idee, maar ik pak graag samen met jullie de handschoen op.
Goed artikel. Je verwacht dan dat grote tech reuzen als Microsoft en Google mogelijk in dat gat springen. Dat is zowel goed als verontrustend. Wat is het effect dat dat soort bedrijven hebben op wat een medewerker van de toekomst leert? Dat het nodig is is duidelijk, maar mogelijk zeker niet alleen hoog opgeleiden, maar vooral kwalitatief goed opgeleide mensen. Dat hoeft niet perse universitair geschoold te zijn.
Is het niet gewoon dat de ICT branche een slechte naam heeft en daarom er bij de diverse ICT opleidingen steeds minder afstudeerders zijn?
Als ik in mijn nabije omgeving kijk hoor ik van diverse vrienden die recent gesolliciteerd hebben ze vrijwel allemaal zijn afgewezen omdat ze toch niet bij het bedrijf schijnen te passen om wat voor vage reden dan ook. Dan begint bij mij toch de indruk te ontstaan dat de ICT bedrijven wellicht te kieskeurig zijn geworden. Maar dan wel blijven beweren dat er zo weinig aanbod is.
Wat die recruiters betreft. Wie heeft er geen last van tegenwoordig?
Informatietechnologie imbedden maar welke technologie?
Wat moet de niet IT-er leren over ICT?
Deep learning zal ook nog een grote impact hebben op de ‘hogere functies’.
Ik vind het knap dat ING vooruit kijkt tot 2030. Zelf heeft de ING nog veel te veel medewerkers. Wie kon in 1998 voorspellen hoe het er in 2010 uit zou zien?
Bij de gemiddelde consumentenbank kan nog wel met 80% worden ingekrompen er is eigenlijk alleen nog maar een goede ICT afdeling en een helpdesk nodig en verder een afdeling fraude bestrijding maar ook dat kan met deep learning behoorlijk geautomatiseerd worden. De webpagina’s en apps zullen de rest van het werk doen.
Het aantal benodigde leraren is makkelijker te voorspellen dat is een kwestie van het aantal kinderen delen door het gewenste aantal in de klas en dan kijken hoeveel er binnenkort met pensioen gaan.
Google en andere tech reuzen interesseert het niet of Nederland wel of niet investeert in ICT. Ze gaan naar het land met de goede en de goedkoopste ICT krachten en zijn totaal niet verbonden met een specifiek land.
Op dit moment is ASML de enige tech reus in Nederland met een grote ICT behoefte . Een groot deel van de medewerkers komt dan ook uit het buitenland.
Ben Woldring is misschien een goed voorbeeld voor jongeren in Nederland?
“En zij getroosten zich geen enkele moeite om kennis te nemen van onze rijke cultuur. Bij het horen van namen als Ad Visser en Loeki Knol kijken ze je laf en ongeinteresseerd in de ogen. Jullie zullen wel begrijpen jongens en meisjes, dat voor de werkman de maat nu toch bijna vol is.”
uit : Hans Teeuwen – Bosbomen – Hard en zieilig
Svenja de Vos, kaart dit alom reeds lang bekende probleem nu eens eindelijk op een fatsoenlijke manier aan.
Dat ze last heeft van al die wannabee recruiters (en detacheerders) en dat juist die lui een belangrijk deel van het probleem zijn zal ook weinig mensen verbazen.
Ik vind het nog steeds merkwaardig hoe lang je moet zoeken om een enigzinds uitdagende vacature te vinden.
Met uitdagend bedoel ik dan die vacatures die niet ingevuld kunnen worden door je net afgestudeerde buurjongen.
Via vacature sites kom je zelden een interesante mogelijkheid tegen.
De tekst ‘wij zoeken een ervaren Pascal wonende op loopafstand van het dorp waar hij woont’ blijkt vrijwel altijd te betekenen ‘wij zoeken Harrie, niet ouder dan 14 jaar met 20 jaar dotnet ervaring voor onze klant in Amster020 voor een marktconform kassamiep salaris’
Tja…. mensen met vakkennis kunnen momementeel overal aan de slag he.
Verder wat opleidingen betreft, wie mag die nieuwe recruten dan gaan opleiden ?
Ik denk dat juist die hele MicroSoft gemakzucht om niets meer te hoeven begrijpen omdat een wizzard alles voor je doet er de oorzaak van is dat zelfs vakmensen geen idee hebben wat er aan de randen van hun vakgebied afspeeld. De basis ontbreekt gewoon.
Finaly: Edsger Wiebe Dijkstra. maar dat zal weinig mensen die mijn reacties kennen verbazen.
Vooruit dan Bart Jacobs, die leeft wel nog.