De laatste dagen verschijnen er in de media allerlei artikelen over de negatieve gevolgen van de digitale vooruitgang. Bijziendheid bij kinderen, leerlingen die minder goed leren, ontwrichting van de sociale structuur binnen de samenleving, opdringerige robots en fake porno. Is deze onrust terecht en zo ja, wat moet hier mee gedaan worden?
Begin van de week uitte een voormalige hooggeplaatste Facebook-manager felle kritiek op zijn ex-werkgever. Volgens Chamath Palihapitiya zorgen socialmediaplatforms als Facebook en Whatsapp voor sociale onrust. Mensen die het gebruiken krijgen zogenaamde ‘shots’ dopamine (‘beloningshormoon’) elke keer als er een nieuwe like of reactie komt.
Verder in het nieuws deze week een waarschuwing van Caroline Klaver, hoogleraar oogheelkunde aan het Rotterdamse Erasmus Medisch Centrum, dat steeds meer kinderen bijziend worden met mogelijke blindheid in de toekomst tot gevolg. Ze spelen te weinig buiten en hangen de hele dag achter een telefoon, tablet of (digitaal) boek. Door het vele dichtbij kijken kan de oogbol, die normaal rond is, op termijn ovaal worden en kunnen cellen die licht moeten opvangen achter in het oog beschadigd raken.
Daarnaast bleek uit een onderzoek van DUO Onderwijsonderzoek & Advies en dagblad AD dat smartphones leiden tot slechtere concentratie in de klas, lagere cijfers en een verminderde taal- en leesvaardigheid bij middelbare scholieren. Bijna alle docenten vinden dat hun leerlingen veel tijd op sociale media doorbrengen.
Daarbovenop verschenen er artikelen over de ophef door een al te bemoeizuchtige robotbewaker die in San Francisco bewoners van een provisorisch tentenkampje moest wegjagen bij een dierenopvang.
En als de klap op de vuurpijl waren er diverse berichten te lezen over de eerste experimenten met fakeporno. Daarbij worden bestaande video’s gemanipuleerd met behulp van deep learning software waardoor mensen ongevraagd aan de hand van hun foto’s ‘levensecht’ in pornofilmpjes worden gemonteerd.
Moeten al deze bij-effecten van de oprukkende digitalisering voor lief worden genomen of wordt het tijd om paal en perk te stellen aan deze uitwassen? En, moeten ict’ers hierin een rol spelen?
Wat vind jij?
Hoe moet je daar ‘paal en perk’ aan stellen? Wie zich daarmee zijn tijd wil verspillen mag dat. Ik vind dat overheden echter niet op FB/Whatsapp Twitter en co horen.
Simpel gezegd: tegen domheid kun je niet vechten.
Ik vraag me af hoe dat over twiintig jaar is wanneer die verzamelde profielen zeker meermaals misbruikt zijn.
“Simpel gezegd: tegen domheid kun je niet vechten.”
jawel, dat heet onderwijs! we leven hier ook niet meer in de middeleeuwen inmiddels. maar ja lange termijn winst v korte termijn bevrediging. wat dat betreft hebben ouders meer verantwoordelijkheden dan ze gemiddeld tegenwoordig nemen eigenlijk!
Elke zichzelf respecterende ICT professional dient gewoon niet op Facebook, Twitter, Instagram en LinkedIn te zitten om daarmee het goede voorbeeld te geven. Deze datagraaiers verdienen miljarden over de ruggen heen van hun ‘klanten’ waarvan ze ook nog toegeven dat ze speciaal richten op verslavende factoren.
[X] Facebook
[X] Linkedin
Bovendien jarenlange Google ervaring. Het internet en ik weten wel wat we aan elkaar hebben. Maar eigenlijk zou ik het allemaal de deur uit moeten doen, om te beginnen met die veschrikkelijke smartfoon. Het is me allang al duidelijk dat er bijeffecten zijn. De computer brengt niet alleen maar leuke en gezellige dingen, integendeel.
@Johan
Of je een sociaal media account hebt of niet maakt niet uit. Het hebben van zo’n account maakt je niet minder professioneel, het niet hebben van zo’n account maakt je niet meer professioneel. Professionaliteit kun je onder andere aflezen aan wat je op zo’n medium doet, hoe je je uitdrukt, wat je zegt of laat zien. Het moet passen bij het medium! Zo plaats je je vakantiefoto’s niet op LinkedIn, want dat is een netwerksite voor je professionele contacten.
Een site als Facebook hoeft voor mij niet op de zwarte lijst, want dan blijf je bezig. Google mag dan ook niet, want die bouwt onder water een Google+ account met jouw zoekopdrachten, mailverkeer, advertentieviews, …, als input op, ook al heb je nooit een Google+ account aangemaakt.
Met andere woorden: let op wat je op internet doet, op sociale media, op fora, en dus ook hier op Computable!
Zou een internet-infrastructuur een oplossing zijn?
Ik bedoel, zouden ‘wij’ net als bij de verkeersinfrastructuur of de inmiddels bijna vergeten papieren en telefoon ‘ict’ een publieke architectuur kunnen vaststellen en handhaven die vanuit de gebruikers definieert wat wel en niet kan en mag? En op basis van deze infrastructuur-architectuur hard- en software (doen) ontwikkelen?
Bij het lezen van het item komt bij mij een heel andere invalshoek op, want bij elke technologische vernieuwing zijn er voor- en/o tegenstanders. Waar ik meer moeite mee heb, is dat er blijkbaar allerlei uitvluchten gezocht worden voor onderliggende problemen en die worden toegedicht aan de technologie. Ik maak mij geen illusies, maar ik kan mij echt niet aan de indruk onttrekken dat onderwijs, lezen, begripsvorming in ene lastiger is geworden als 30 jaar geleden. Een schermpje met een toetsenbord en een muis zal daar niets aan veranderen. Wat wel veranderd is, is de beschikbaarheid en toegankelijkheid van gegevens. En ik maak mij wel zorgen dat veel mensen niet over de hobbel heen komen om dat via de digitale weg te doen. Dat is voor veel mensen ‘eng’, ‘niet begrijpbaar’, ‘lastig’… Tegelijkertijd denk ik dat deze mensen ook in het papieren tijdperk (voor de digitalisering) wel wijs werden uit onze “complexe samenleving”. De complexiteit van het invullen van een belastingaangifte zit hem niet in het feit dat je dat tegenwoordig digitaal kan doen, maar door onze idiote wet- en regelgeving. Overigens voor 80% van alle inwoners van ons land is de aangifte nogal plat (laat je niets wijs maken door al die gasten die voor duizenden euro een ‘deskundige’ inhuren, maar dat is een andere discussie).
Ik pleit er derhalve voor dat veel mensen die het niet trekken in onze complexe samenleving, iemand in hun eigen omgeving vinden, die zij daadwerkelijk vertrouwen (en geen eigenbelang heeft) en desnoods samen door een aantal zaken heen gaan. Omgaan met financien, aanvragen van allerlei regelingen, etc… is een lastige materie, zelfs voor mensen die dat gewend zijn. Mocht er niemand in je omgeving zijn, probeer dan (als laatste redmiddel) je gemeente te vragen je te helpen. Zij hebben vaak (helaas ook niet altijd) wel mogelijkheden om je in ieder geval op weg te helpen.
Mischien dat ooit in de toekomst een combinatie van robotica, AI en een andere user interface (gewoon natuurlijke spraak) je een dergelijke klus door je persoonlijke assistent kan laten doen.Op dit moment zie ik het mijn moeder van 82 niet doen, te lastig, onverstaanbaar, slecht leesbaar, veels te steile leercurve. Gemiste kans!
@Atilla De ‘andere’ invalshoek is ook de mijne. De huidige ict is een weerwar van gegroeide technologie gedreven door de private sector. Daarom een scheiding in infrastructurele- en specifieke toepassings-ict. De belangrijkste verandering is definitie (architectuur) van het eigendom van de ‘nieuwe’ ict: publiek ipv privaat; net als bij de verkeersinfrastructuur…