Promovenda van de Open Universiteit en in het dagelijks leven documentation developer bij olie- en gasspecialist CGG, Birgit van Loggem, komt met een nieuw model voor softwarehandleiding dat beschrijft hoe mensen omgaan met software en terwijl ze dat doen, leren begrijpen hoe die software in elkaar zit.
Uit haar afstudeeronderzoek blijkt namelijk dat er geen samenhangend raamwerk is voor een discussie rond ontwerp, evaluatie en onderzoek van softwarehandleidingen. Om te kijken of je met zo’n nieuw softwarehandleidingmodel ook echt wat kunt, presenteert zij in het tweede deel van haar proefschrift een ‘software documentation design pattern language’, waarmee documentatie is te bespreken onder verwijzing naar dat model.
De verschillende ‘patterns’ worden in detail uitgewerkt. Sommige zijn gebaseerd op voorstellen uit de bestaande academische literatuur, andere op benaderingen die in de praktijk worden aangetroffen. Een design pattern language is een manier om ontwerpkeuzes vast te leggen vanuit hun context. Een pattern stelt niet: ‘Doe X’, maar: ‘Als de situatie zus en zo is, overweeg om X te doen’, vertelt Van Loggem.
Softwaredocumentatie ondergeschoven kindje
Volgens de onderzoekster hebben zowel zij die documentatie produceren, als zij die hiernaar onderzoek doen, behoefte aan inzicht in het proces dat door documentatie wordt ondersteund.
‘Gedurende de dertig jaar dat ik softwaredocumentatie schrijf, is dit nooit een serieus onderwerp voor onderzoek geweest. En dat, terwijl er grote economische en maatschappelijke belangen mee gemoeid zijn. Stel je eens voor wat de kosten zijn van menselijke fouten die worden gemaakt bij gebruik van, bijvoorbeeld, een factureringssysteem.’
Voordat je een handleiding maakt, moet je volgens de promovenda weten hoe mensen omgaan met software. Wat gebeurt er bij herhaalde interactie met een bepaald stuk software? Hoe worden gebruikers daarin beter met de toegenomen ervaring? Hoe kun je verklaren dat ze ophouden met leren vlak voordat ze de zaak echt onder de knie hebben? ‘Pas als je een idee van hebt van dat proces kun je doelbewust met de documentatie die je maakt daarop ingrijpen en gaan inwerken op bepaalde aspecten van het proces, in de hoop op verbetering.’
CMA-model
Uiteindelijk is het zogenaamde Computer-Mediated Activity (CMA)-model, gebaseerd op menselijk gedrag, uit het onderzoek voortgekomen dat is te gebruiken om betekenisvol te praten over softwaredocumentatie. Ze spreekt over een nieuw, compleet model dat beschrijft hoe mensen wel (of niet) leren van herhaalde interactie met software. ‘Als je iets maakt, moet je kunnen zeggen waarom je het op een bepaalde manier maakt en niet anders. Je moet je ontwerpkeuzes kunnen rechtvaardigen’, aldus de onderzoekster.
Van Loggem verdedigt haar proefschrift ‘Towards a Design Rationale for Software Documentation, A Model of Computer-Mediated Activity’ op 10 november 2017 bij de Open Universiteit in Heerlen.
Computable Award 2017
De Open Universiteit is afgelopen dinsdag 31 oktober 2017 in de prijzen gevallen bij de Computabe Awards 2017. De onderwijsinstelling won tijdens de awardsshow de award voor ICT-opleider van het Jaar. Het was de eerste keer dat de Open Universiteit deze onderscheiding kreeg.
Interessant. Ik heb ook heel wat handleidingen geschreven.
Er staat ” ‘Als je iets maakt, moet je kunnen zeggen waarom je het op een bepaalde manier maakt en niet anders. Je moet je ontwerpkeuzes kunnen rechtvaardigen’, aldus de onderzoekster. ” Ik neem aan dat zij het heeft over handleidingen. Haar uitspraak geldt ook voor de software waar zij handleidingen voor schrijft. Een prima handleiding verzacht het leed van werken met een draak van een systeem, maar neemt het leed niet weg.
Ter illustratie: Ik heb een keer te maken gehad met een systeem waar het registreren van een testbevinding meer dan dertig stappen nam (ik weet dit omdat ik er maar een kleine handleiding voor gemaakt heb – die was er niet).
Wat ik mis is het verschil in doelgroep. Een handleiding voor een persoon die een universitair nivo heeft of voor een persoon die op een lager intellektueel nivo werkt is nogal verschillend.
Een handleiding in een ziekenhuis voor de poetskolone of voor de chefarts zien er duidelijk anders uit, beide willen niet op het verkeerde level aangesproken worden.
“niet: ‘Doe X’, maar: ‘Als de situatie zus en zo is, overweeg om X te doen’” maakt dat verschil duidelijk.
Zonder een waarde-oordeel te geven, mensen zijn verschillend, en bij handleidingen moet je weten welke doelgroep je wilt bereiken.
Bijkomend bij de “updateritis” van vandaag is iedere handleiding verouderd als hij uit komt.
Mijn bedrijf (Unit4) maakt administratieve en logistieke software voor een heel divers aantal doelgroepen (van zzp-er tot accountant). Er wordt nu een nieuwe gebruikersinterface ontworpen die veel interactiever is en gericht is op de ‘persona’ van de gebruiker, dan de standaard invoerschermen voor het aanmaken van debiteuren of het inkloppen van een inkoopfactuur.
Ik ben dus op zoek naar een methode om te ontsnappen aan het standaard ‘pdf-je’ en de ‘helpfile (F1)’ en die toch diepgang genoeg heeft voor de accountant.
Wellicht geeft dit proefschrift wat handvatten.