Een digitale transformatie: de ene organisatie worstelt hier enorm mee, terwijl het voor de andere haast vanzelfsprekend lijkt. Maar welke factoren bepalen nu de kans van slagen? Welke succesfactoren zorgen voor succes? We vroegen het aan Jan van Vonno, Research Manager & Lead Analyst, European Digital Transformation Practice bij IDC.
1. Zorg voor het juiste leiderschap
De digitale transformatie vereist in alle organisaties een sterk leiderschap, met een belangrijke rol voor twee actoren in de boardroom: de CEO en de CIO. De CEO blijft als vanzelfsprekend eindverantwoordelijk voor de transformatie, maar de uitvoerende taak ligt bij de CIO.
Volgens Van Vonno zijn er twee groepen organisaties aan beide uiteinden in een digitale transformatie: de succesvolle ‘thrivers’ aan de ene kant die ogenschijnlijk moeiteloos de vruchten plukken van de digitale economie, en de ‘survivors’ aan de andere kant die veel moeite hebben met deze transitie.
“Thrivers blijken volgens onderzoek vrijwel altijd te beschikken over een CEO met een sterke affiniteit met tech en ervaring in de technologiebranche”, zegt hij. “De meeste nieuwgekozen CEO’s zullen na 2020 ervaring hebben opgedaan in de techbranche. Een diep gevoel bij wat tech kan betekenen voor het businessmodel is enorm belangrijk voor een CEO.”
Voor de CIO geldt min of meer hetzelfde, maar in deze rol worden ook andere karaktereigenschappen verwacht: sterke sociale vaardigheden en overtuigingskracht. “De CIO is bij uitstek de persoon die de board moet enthousiasmeren voor de veranderingen en een brug moet slaan tussen de business en IT. Daarnaast moet de CIO-businessmanagers ook kunnen betrekken in de besluitvorming. Dat kan voor sommigen lastig zijn, want daarmee geven ze een deel van hun autoriteit uit handen.”
2. Vorm een dreamteam
Naast steun en leiderschap vanuit de board vereist een digitale transformatie een ‘dreamteam’ als stuurgroep. Een transformatie is nooit de taak van een enkel individu. Het is de taak van een dreamteam van mensen afkomstig uit verschillende afdelingen en lines of business. Daarmee voorkom je dat een transformatie enkel in een afdeling of in een aspect van de bedrijfsvoering plaatsvindt.
Er zijn enorm diverse skills nodig om een digitale transformatie vorm te geven. Organisaties beschikken lang niet altijd over al die vaardigheden binnen hun huidige workforce.
Volgens Van Vonno vervult HR hierin dan ook een belangrijke rol. “De HR-afdeling heeft niet alleen een administratieve taak, maar kan met haar beleid de transformatie mede vormgeven en versnellen. Sommige organisaties plaatsen HR dan ook in de innovatie-unit, zodat de afdeling feeling krijgt met het gehele veranderproces.”
3. Plaats informatie in het hart van de digitale transformatie
In de digitale economie zijn data (of beter gezegd: informatie) het nieuwe goud. In data over de business, over processen en over klanten ligt belangrijke businesswaarde opgesloten.
Het opzetten van een solide en strategisch sterke dataomgeving is dan ook een belangrijke pijler van een geslaagde transformatie. Volgens Van Vonno zijn met name thrivers sterk op dit punt. “Het gaat erom dat je als organisatie de juiste data weet te verzamelen, en die vervolgens intern naar de juiste personen distribueert. Met analyticstools kunnen zij daar waardevolle businessinformatie uit destilleren. Bovenal zijn data van strategische waarde in het digitale tijdperk. Het kan de basis vormen van nieuwe businessmodellen, of bestaande diensten en producten verbeteren.”
4. Het creëren van een toekomstbestendig digitaal platform
In de honger naar data schuilt een gevaar: eilandvorming. De datajacht kan uitmonden in het gebruik van allerlei tools en ‘deelinnovaties’ door verschillende afdelingen heen, met ieder een eigen dataplatform. Het gevaar bestaat dat die ‘innovatie-eilanden’ niet of nauwelijks met elkaar kunnen communiceren. “Dat kan chaotische situaties opleveren die uiteindelijk de effectiviteit van een digitale transformatie ondermijnen”, aldus Van Vonno.
De komst van een stevige ‘digital core’ ofwel digitaal platform is dan ook geen overbodige luxe. Deze platforms zijn volgens Van Vonno steeds vaker gebaseerd op een PaaS (Platform-as-a-Service) uit de (public) cloud. “De cloud biedt de gewenste flexibiliteit en schaalbaarheid die je als groeiende organisatie in een digitale transformatie nodig hebt.”
Dergelijke platforms zullen in de toekomst steeds vaker niet alleen op bedrijfsniveau, maar ook op brancheniveau opereren. “Je ziet dat steeds meer bedrijven in clusters samenwerken op een en hetzelfde digitale platform. Dat biedt allerlei voordelen voor de business: het maakt betere samenwerking en efficiëntere processen mogelijk.”
5. Integreer de digitale vernieuwingen in de bedrijfsvoering
De digitale vernieuwingen, of zelfs geheel nieuwe businessmodellen, moeten onderdeel worden van de dagelijkse bedrijfsvoering. Uiteindelijk moeten de digitale vernieuwingen ten goede komen aan zaken als de customer experience en de algehele bedrijfsvoering. Organisaties die kijken naar proposities die voor de klant waarde toevoegen, zijn uiteindelijk het meest succesvol.
Het voeren van een digitale business betekent ook dat KPI’s veranderen. “Als manager zul je doorgaans niet meer alleen aansturen op kosten en risico, maar bijvoorbeeld ook op klantervaring. Als je daar je dreamteam op afrekent, dan gaan ze daar ook naar presteren.”
Hoe dan ook moeten de veranderingen deel gaan uitmaken van de dagelijkse bedrijfspraktijk. “Het gevaar is dat je terugvalt in oude patronen en waarden wanneer je de prestatie-indicatoren bij het oude laat. En dat is precies wat je niet wilt.”
Meer weten?
IDC heeft een uitgebreid rapport opgesteld over de succesfactoren van een digitale transformatie (gesponsord door SAP). Dit document ‘Enabling the CIO to Lead Digital: 5 Recipes For Succes’ is hier aan te vragen.
connect to innovate
Wil je meer weten over de digitale transformatie en hierover sparren met vakgenoten? Kom dan 3 en 4 oktober naar connect to innovate. Auteur Jan van Vonno geeft tijdens dit kennis- en netwerkevent op 4 oktober, een presentatie over Digital 2.0: The Shift Towards the DX Economy. Wie zich nu inschrijft maakt bovendien kans op een van de zes 1:1-sessies, waarin je met hem kunt sparren over dit onderwerp.
Yet another hype, en deze keer wel erg buiten de scope van de IT-wereld. Laten we nou eerst eens de huidige situatie op orde brengen voordat we al die werelden weer eens op zijn kop gaan zetten.
@Jan Out-of-Scope? Het is een rijdende trein, hem negeren is “je kop in het zand steken”. En ja je hebt gelijk, “het huis moet op orde komen”, maar het zal echt beiden moeten. Anders ben je “op de rem aan het trappen” en dan “mis je de boot”.
Het idee dat IT zich vandaag de dag alleen maar op het niveau van servers, applicaties en data bezig houdt is achterhaald. De Digitale Transformatie zal over een jaar over – is mijn bescheiden inschatting – worden gezien als de laatste stap om de zogenaamde ICT-Business gap (zo’n slechte term) te overbruggen. IT=Business en Business=ICT. Er is dan geen onderscheidend vermogen meer.
Attila,
Je verwoordt precies waarom dit een hype te ver is. IT vergeet steeds weer dat “business” zelf ook iets is. En loodgieten en staal-gieten onderscheiden zich echt van IT. Als je dat onderscheid niet meer denkt te hoeven maken gaat de “business” echt kapot.
Jan,
Ik heb ooit eens (volgens mij wel 10 jaar geleden) aan tafel gezeten met een ondernemer die een financiële instelling wilde beginnen. Dit was iemand die echt uit deze wereld kwam en al iets dergelijk met groot succes had geflikt. Hij zei toen al tegen mij: joh Atilla, eigenlijk ben ik een IT-bedrijf en toevallig doe ik iets met geld. Daarbij zie je toch al dat de Business zodanig met de IT is vervlochten dat je nauwelijks het onderscheidend meer kan maken. Dat hoeft ook niet. Overigens vanuit de IT is er juist een vakgebied (ik weet, zo blauw als wat) steeds meer het domein van “de Business” heeft opgezocht: Architectuur. Een echte architect begeeft zich al lang niet meer op het niveau van ICT, maar ook op de Organisatie & Processen en Producten & Diensten. De bindende factor van ICT en “De Business” zijn architectuurprincipes en die hangen wat mij betreft altijd vast aan het strategisch kader (vise, missie, strategie, doelstellingen, kernwaarden). Een project is altijd multidisciplinair.
Natuurlijk is er een verschil tussen een branche waar gegevens nauwelijks een rol spelen (bestaat er dan nog een) en een branche die zeer kennisintensief is. Een kleine middenstander (groenteboer of glazenwasser) is natuurlijk wat anders dan een financiële instelling of overheidsorganisatie. Maar neem nou een moderne fabriek, waar de core competentie assemblage is. Daar zullen takken van sport bedreven worden die echt wel IT ondersteund moeten worden. Zaken als logistiek (zowel in- als uitgaande), de assemblage zelf, wellicht R&D, etc… Er zijn een paar takken van sport waar het primaire vakgebied zo complex is, dat je daar nauwelijks met enige generieke IT iets kan betekenen. Bijvoorbeeld de topingenieurs bij ASML, tja die zitten op zo’n cutting-edge technologie, dat het nauwelijks te doen is voor IT-ers om daar nog een rol te spelen. Het zal ze vermoedelijk nauwelijks lukken om daar in mee te komen. Maar dat hoeft ook niet, dat doen die topingenieurs zelf wel.
Wat ik altijd wel komisch vind, is dat er wel een Business-ICT gap is, maar geen Business-Financial gap, terwijl daar juist veel bedrijven aan onder door gaan……..
Attila,
Ja, bij financiele instellingen is weten waar je geld is van groot belang, maar met dat weten alleen kan je nog geen Bank zijn, of worden. Als architect heb ik bijvoorbeeld heel effectief kunnen samenwerken met een goed opgeleid bancair specialist, en samen kwamen we heel erg ver. Maar daarom is er nog wel een sterk “onderscheidend vermogen” tussen het bedrijf en het hulpmiddel (waar men inderdaad nauwelijks meer zonder kan, maar om een totaal andere reden: hulp).
Als een IT-architect zich vooral met bedrijfsprocessen bezig houdt begeeft hij/zij zich op een gebied waar zij/hij niet voor geleerd heeft. Zeker, het puur “blauwe” tekenen van een organisatie past goed bij het blauwe karakter van het werk van een IT-er, maar het voor een business zo goed mogelijk (her)inrichten van een organisatie is toch echt iets waar IT hoogst zelden het beste werk doet. Als dat niet zo zou zijn, waarom zouden we dan nog niet-IT opleidingen hebben (mogelijk steeds meer met een IT-component)? Juist, omdat IT zelf geen lood-giet, geen jurken maakt, geen contacten onderhoudt, geen markten onderzoekt en ga maar door.
Er zijn inderdaad nauwelijks nog plaatsen waar geen IT gebruikt wordt, maar wil dat zeggen dat elke branche vanaf nu een IT-branche is? Natuurlijk niet. Om dezelfde reden is niet elke branche voortaan een auto-branche, terwijl we ook nauwelijks meer kunnen werken zonder vervoermiddelen als auto’s.
Je verwarring lijkt echt uit de financiele sector te komen, waar weten erg belangrijk is. Natuurlijk zal IT overal kunnen helpen, maar laten IT-ers zich alsjeblieft niet wijsmaken dat ze al het andere er wel even bij doen. In je voorbeeld: denk je dat ASML specialisten vervangen kunnen worden door IT? En zeker, ze kunnen niet zonder. Maar er gaan zoveel projecten mis omdat IT-ers denken het beter te weten.
Dus, terug naar mijn originele opmerking “Yet another hype, en deze keer wel erg buiten de scope van de IT-wereld. Laten we nou eerst eens de huidige situatie op orde brengen voordat we al die werelden weer eens op zijn kop gaan zetten.”. Zeker in de “business” zal men zelf met haar informatie moeten leren omgaan, zeker zonder continue en directe IT-invloed. Ik begrijp de push om de IT-industrie verder te laten leven, maar dit is echt de totaal verkeerde weg om dat te doen.
Attila,
Ja, bij financiele instellingen is weten waar je geld is van groot belang, maar met dat weten alleen kan je nog geen Bank zijn, of worden. Als architect heb ik bijvoorbeeld heel effectief kunnen samenwerken met een goed opgeleid bancair specialist, en samen kwamen we heel erg ver. Maar daarom is er nog wel een sterk “onderscheidend vermogen” tussen het bedrijf en het hulpmiddel (waar men inderdaad nauwelijks meer zonder kan, maar om een totaal andere reden: hulp).
Als een IT-architect zich vooral met bedrijfsprocessen bezig houdt begeeft hij/zij zich op een gebied waar zij/hij niet voor geleerd heeft. Zeker, het puur “blauwe” tekenen van een organisatie past goed bij het blauwe karakter van het werk van een IT-er, maar het voor een business zo goed mogelijk (her)inrichten van een organisatie is toch echt iets waar IT hoogst zelden het beste werk doet. Als dat niet zo zou zijn, waarom zouden we dan nog niet-IT opleidingen hebben (mogelijk steeds meer met een IT-component)? Juist, omdat IT zelf geen lood-giet, geen jurken maakt, geen contacten onderhoudt, geen markten onderzoekt en ga maar door.
Er zijn inderdaad nauwelijks nog plaatsen waar geen IT gebruikt wordt, maar wil dat zeggen dat elke branche vanaf nu een IT-branche is? Natuurlijk niet. Om dezelfde reden is niet elke branche voortaan een auto-branche, terwijl we ook nauwelijks meer kunnen werken zonder vervoermiddelen als auto’s.
Je verwarring lijkt echt uit de financiele sector te komen, waar weten erg belangrijk is. Natuurlijk zal IT overal kunnen helpen, maar laten IT-ers zich alsjeblieft niet wijsmaken dat ze al het andere er wel even bij doen. In je voorbeeld: denk je dat ASML specialisten vervangen kunnen worden door IT? En zeker, ze kunnen niet zonder. Maar er gaan zoveel projecten mis omdat IT-ers denken het beter te weten.
Dus, terug naar mijn originele opmerking “Yet another hype, en deze keer wel erg buiten de scope van de IT-wereld. Laten we nou eerst eens de huidige situatie op orde brengen voordat we al die werelden weer eens op zijn kop gaan zetten.”. Zeker in de “business” zal men zelf met haar informatie moeten leren omgaan, zeker zonder continue en directe IT-invloed. Ik begrijp de push om de IT-industrie verder te laten leven, maar dit is echt de totaal verkeerde weg om dat te doen.
Een verhaal wat typerend is voor de Angelsaksiche manier van denken en werken: een top-down benadering en dan gaat het helemaal goedkomen (d.w.z. met een vast, voorspelbaar start- en eindpunt)!
Zouden ze daar bij IDC nou echt geen idee hebben dat er nog zoiets is dat heet “werkvloer”? En dat die mensen toch wel een aardige vinger in de pap hebben als het gaat om de slagingskans van een dergelijke automatiseringsslag?
Of wacht – tuurlijk – daar gaat die HR man/vrouw voor zorgen – een aanzienlijk deel gaat vervangen worden… want “past niet meer in de nieuwe bedrijfscultuur”… uit angst de volgende in de rij te zijn gaat de rest braaf meedoen… transitie geslaagd…
🙂
Ik snap het hele ‘digitaliseren’ niet en ik kan er eigenlijk ook geen goede uitleg over vinden.
En is een slechte klantervaring dan geen risico? “Klanten komen te voet en gaan te paard.” Dat is zeker opeens een heel nieuw gezegde?
Of is mijn probleem dat ik nooit goed doorgezocht heb naar de echte holbewoners binnen de zakenwereld?