Hewlett Packard Enterprise (HPE) levert een supercomputer aan chemieconcern BASF. Het systeem, dat uit honderden computernodes bestaat, is opgebouwd uit HPE's Apollo 6000-systemen. Die vormen samen een rekencapaciteit van 1 petaflop. Het systeem draait op Intel Xeon-processoren.
De supercomputer is ontwikkeld in een team van experts van HPE en BASF. Volgens beide bedrijven gaat het om één van de grootste supercomputers ter wereld die voor onderzoek in de chemische industrie wordt ingezet. Het systeem moet de toepassing en ontwikkeling van complexe simulaties en modellering verbeteren.
De chemiereus zet de supercomputer onder meer in voor virtuele experimenten. Dat kan bijvoorbeeld door processen nauwkeurig te simuleren, zoals bij katalyse, waarbij een scheikundige reactie is te versnellen of vertragen door een stof toe te voegen. Ook het ontwerp van nieuwe kettingmoleculen (polymeren) is te versnellen met vooraf bepaalde eigenschappen, stelt HPE.
Daarnaast moet de supercomputer bijdragen aan snellere marktintroducties van nieuwe producten en de kosten van onderzoek verminderen.
Volgens BASF ontstaan nieuwe onderzoeksmogelijkheden en maakt de supercomputer de weg vrij om complexe vragen te beantwoorden. Onderzoeken die voorheen maanden duurden, zijn nu in enkele dagen af te ronden.