De voorsprong van kabelnetwerken op DSL-verbindingen ligt op koers om flink groter te worden. De Docsis-standaard breidt uit naar snelheden tot wel 10 Gbps, down én up.
De kabelnetwerktechnologie Docsis (Data Over Cable Service Interface Specification) krijgt een oppepper waarmee symmetrische dataverbindingen van 10 gigabit per seconde (Gbps) haalbaar zijn. CableLab, de nonprofit dat deze standaard bestiert gaat in 2017 de eerste proefopstellingen testen met deze snellere variant. Het gaat om een symmetrische uitvoering van de Docsis 3.1-standaard, die in 2013 is gedefinieerd.
Snelle ontwikkeling
Het oorspronkelijke Docsis 3.1 voorziet in een maximale downloadsnelheid van 10 Gbps en een maximale upload van 2 Gbps. Het nieuwe Full Duplex Docsis 3.1 trekt deze snelheden gelijk en dat dan naar de bovenlimiet die nu alleen voor downstream verkeer geldt. Het gaat hierbij wel om het maximum onder ideale omstandigheden. Netwerknieuwssite Light Reading poneert dat in de praktijk upstreamsnelheden waarschijnlijk zullen uitkomen op zo’n 5 Gbps.
De ontwikkeling van deze nieuwe uitvoering van Docsis 3.1 is relatief snel verlopen. Het was in februari 2016 nog een verkennend project en werd in augustus al gepromoveerd tot volledige specificatie-in-ontwikkeling. Vervolgens heeft netwerkleverancier Cisco kort daarna al een referentie-ontwerp onthuld voor chips die deze vorm van full-duplex kabelnetwerken aankunnen. Cisco heeft eerder al de voordelen van Docsis 3.1 bejubeld, maar er daarbij ook op gewezen dat de upstream meer en meer een knelpunt wordt.
Haalbaar in het lab
De evolutie naar Full Duplex Docsis 3.1 moet deze flessenhals verwijden. Telecombedrijf Nokia heeft in mei een demonstratie gegeven van een hybride glasvezel/coax-netwerk (hybrid fiber coax, HFC) met de nieuwe symmetrische standaard. De 10 Gbps snelheden zijn bij deze labtest gehaald op een afstand van 200 meter. Het gaat hierbij wel om een point-to-point netwerk, in plaats van de gedeelde netwerktopologie die gebruikelijk is bij kabelbedrijven.
Overigens heeft hetzelfde Nokia, middels de overgenomen Bell Labs, recent een glasvezelrecord neergezet van 1 Tbps (terabit per seconde). De voor deze praktijkprestatie gebruikte supersnelle technologie is echter voor verbindingen tussen internetknooppunten en steden. Voorlopig moeten bedrijfspanden en huishoudens het nog doen met ‘slechts’ gigabit-snelheden.
Haalbaar in het lab
Meeste kabelaars nog op 3.0
Ondertussen zitten de meeste kabelproviders zitten nog op Docsis 3.0, schrijft de Britse editie van technieuwssite Ars Technica. De vorige Docsis-versie is in 2006 tot formele standaard benoemd en geeft maximaal 1,6 Gbps downstream in Europa, tegenover 1,2 Gbps in de VS, en maximaal 220 megabit per seconde (Mbps) upstream. Het verschil in uploadcapaciteit tussen Europa en de Verenigde Staten zit in de bredere kanalen van de Europese PAL-standaard voor tv-kabel. In de VS is NTSC de gebruikte standaard.
Voor de uitrol van Full Duplex Docsis 3.1 moet niet alleen een upgrade vanaf 3.0 worden uitgevoerd. Waarbij dan mogelijk nog financiële afschrijving meespeelt van investeringen voor de 3.0-infrastructuur. Implementatie van de symmetrische variant van 3.1 vereist ook verdere invoering van glasvezel. Fiber moet hierbij reiken tot aan het laatst actieve component in het netwerk, heeft hoofdstrateeg (chief strategy officer) Ike Elliott van CableLabs al verklaard.
Grote infrastructuurinvestering
Hij heeft een toelichting op de snellere kabeltechnologie gegeven op de conferentie The Future of Cable Business Services, eind november in New York. ‘Er is een grote infrastructuurinvestering die moet worden gemaakt’, waarschuwt Elliott. Hij voorspelt dan ook dat de symmetrische standaard niet gelijk breed beschikbaar zal komen bij kabelproviders. Mogelijk dat de early adopters in de tweede helft van 2017 overgaan. Zeker is dat echter niet.