Het Europese Hof van Justitie stelt dat nationale overheden niet alle telefonie- en internetgegevens van hun burgers mogen laten bewaren door telecomproviders. Deze uitspraak heeft ook gevolgen voor de bewaarplicht in Nederland, waar momenteel aan een bewaarplichtwet wordt gewerkt.
Het massaal opslaan van telecomgegevens van burgers is volgens overheden noodzakelijk om zware criminaliteit te bestrijden. Providers worden zo verplicht deze data voor lange tijd op te slaan, wat ze op hoge kosten jaagt. Bij de opsporing kan het OM vervolgens bij een provider aankloppen voor specifieke gegevens van een verdachte. Bijvoorbeeld welke sites hij heeft bezocht en vanaf welke locatie dit is gebeurd. Hiervoor is het dan wel nodig dat alle gegevens van alle klanten worden opgeslagen.
De hoogste gerechtelijke instantie in Europa, het Hof, heeft nu bepaald dat dit niet zomaar mag. De zaak ging specifiek over de bewaarplicht in Groot Brittannië en Zweden, maar heeft gevolgen voor alle Europese landen. Landen mogen alleen datgene laten opslaan wat noodzakelijk is voor het bestrijden van misdaad, zegt het Hof. Een ander belangrijk punt is een veel strenger toezicht op het juiste gebruik van de data. De hoogste juridische Europese instantie erkent dat het af en toe noodzakelijk is dat de privacy het onderspit delft, maar dit mag niet de norm worden. Gebruiksgegevens zijn namelijk privé. Met andere woorden: bewaren van gegevens mag, maar alleen als dat gericht gebeurt.
Nederlandse wetgeving
De Haagse rechtbank stelde de Nederlandse vorige bewaarplichtwet vorig jaar buiten werking. Net als bij het Europees Hof was het argument toen dat het opslaan van telecomgegevens te weinig waarborg zou bieden bij het beschermen van onschuldige burgers. Onlangs heeft Minister Van der Steur echter opnieuw een wetsvoorstel ter herinvoering van een brede, algemene telecom-bewaarplicht ingediend bij de Tweede Kamer. In de nieuwe wet komt het kabinet wel met extra zekerheid voor de burgers. Zo moet een officier van justitie die gebruik wil maken van telefoon- en internetgegevens van providers voortaan toestemming vragen aan de rechter-commissaris. Ook mag justitie de gegevens alleen vorderen als het gaat om een misdrijf waarvoor voorlopige hechtenis mogelijk is. De termijn voor de bewaarplicht blijft zes maanden voor internetgegevens en twaalf maanden voor telefoongegevens.
Bewaarplicht
Onder de Wet Bewaarplicht Telecommunicatie werden sinds 2009 de communicatiegegevens (telefonie- en internetverkeer) van iedereen in Nederland respectievelijk twaalf maanden en zes maanden opgeslagen voor de opsporing en vervolging van strafbare feiten. Deze wet is in maart 2015 buiten werking gesteld door de uitspraak van een rechter in Den Haag.
Mooie uitspraak die recht doet aan de bescherming van onschuldige burgers. Maar waarschijnlijk gaat de overheid gewoon op zoek naar de volgende mazen in de wet – iets wat je normaal van criminelen en fraudeurs zou verwachten.
Zie de persverklaring op http://curia.europa.eu/jcms/upload/docs/application/pdf/2016-12/cp160145en.pdf