In de afgelopen decennia is business intelligence (bi) een van de topprioriteiten geworden voor organisaties. Maar hoe is het gesteld met de adoptie ervan? Ondanks talloze technologische innovaties op bi-gebied, blijkt de manier waarop bedrijven data gebruiken niet veel veranderd. Toch zou dit wel eens heel snel kunnen gaan gebeuren. De vraag is alleen of de meeste organisaties daar wel klaar voor zijn.
Bedrijven investeren enorme bedragen in servers, databasesoftware en allerlei rapportage- en analyse-tools. Bijna allemaal gebruiken ze wel een of meerdere bi-systemen, en in de meeste gevallen geven die toegang tot data zonder hulp van de it-afdeling. Toch is het vreemd dat de adoptie van bi vrijwel altijd beperkt blijft tot de business-analist. Daar zijn echter een paar gangbare oorzaken voor aan te wijzen.
Cultureel gedrag
Het is menselijk dat we ons eigen domein zoveel mogelijk willen beschermen. Als medewerkers toegang krijgen tot data over hun afdeling, denk aan supply chain- of marketinggegevens, dan willen ze vaak liever niet dat anderen die gegevens kunnen inzien. De harde cijfers zouden wel eens kunnen tegenvallen. Voor anderen geldt de motivatie: kennis is macht. Ze voelen zich belangrijker als zij de enige zijn die toegang hebben tot belangrijke informatie.
Technologische tekortkomingen
Veel bedrijven ervaren problemen met hun bi-oplossingen. It kan een bottleneck zijn bij de implementatie en gebruik, waardoor al snel naar schaduw it wordt gegrepen en allerlei onbeheerde oplossingen worden gebouwd. Een andere uitdaging is dat het vaak lastig is om toegang te krijgen tot gegevens van bepaalde legacy- of operationele systemen. Of bi-tools zijn eenvoudigweg te ingewikkeld voor de gemiddelde gebruiker. En de lijst gaat maar door.
Volgende generatie van BI
Ik verwacht dat de volgende generatie bi-toepassingen veel meer gericht is op samenwerking en het faciliteren van datagedreven beslissingen. In zo’n systeem zouden gegevens voor iedereen in het bedrijf beschikbaar en gemakkelijk te benaderen moeten zijn, zowel voor de business-analist als de normale gebruiker. Los van domeinen, en direct op het moment dat ze bepaalde gegevens nodig hebben.
Sommige medewerkers hebben misschien alleen behoefte aan bepaalde rapporten, terwijl anderen echt realtime data willen zien. En weer anderen zullen zich specifiek willen richten op het doen van voorspellingen. Maar een ding is zeker: data verandert in informatie als deze ook daadwerkelijk bruikbaar is om een organisatie te besturen.
Een goed voorbeeld hiervan is een klantenservicemedewerker, die toegang krijgt tot data afkomstig van verschillende domeinen. Denk aan een algoritme dat demografische gegevens (marketing) en gedragsmatige data (sales) van klanten combineert met voorraadgegevens (supply chain) en externe weersgegevens van een derde partij, met als doel potentiële voorraadtekorten te voorspellen die bepaalde klanten zullen benadelen. De klantenservicemedewerker kan vervolgens op basis van deze gegevens proactief gaan bellen om de orders vroeger binnen te krijgen of de klant alternatieven aanbiedingen doen.
Een dergelijke toepassing van moderne business intelligence is alleen mogelijk als een organisatie daar op is ingericht. Bedrijven die nog technische of bedrijfsculturele uitdagingen hebben op bi-gebied, zouden deze op korte termijn moeten oplossen. Want doen zij dit niet, dan zullen ze heel snel ingehaald worden door bedrijven die wel klaar zijn voor deze volgende fase in business intelligence.