Na diverse praktische implementaties van software defined networking (sdn) heeft het concept begin dit jaar de status van technologische hype achter zich gelaten. Het concept doet zich nu ook in productieomgevingen gelden, maar hoe ziet de toepassing van sdn er in de praktijk uit?
Datacenters spelen een centrale rol binnen het digitale transformatieproces. Volgens de Global Cloud Index van Cisco zullen cloud-diensten en -applicaties tot 2018 verantwoordelijk zijn voor 76 procent van de 8,6 zetabyte van het wereldwijde dataverkeer van datacenters. Dat komt overeen met negen triljoen uur aan online streaming van hd-content.
Voor bedrijven in gegevensintensieve sectoren wordt hun datacenterstrategie daarmee steeds bepalender voor hun zakelijk succes. Voorbeelden van dergelijke gegevensintensieve bedrijven zijn financiële dienstverleners, mediabedrijven en toeristische, entertainment- en handelsbedrijven met een online platform.
Voor al deze bedrijven zijn het prestatievermogen van het datacenter en de mogelijkheid om het dataverkeer evenwichtig tussen verschillende datacenters te verdelen, even belangrijk. Hun bedrijfsvoering kenmerkt zich door geplande en ongeplande pieken, zoals tijdens het voorbereiden van de jaarrekening, marketingcampagnes, filmpremières, Black Friday, Cyber Monday of de voorverkoop van concertkaartjes.
Selfservice en flexibiliteit
Bij het opvangen van pieken in het dataverkeer komt software defined networking (sdn) om de hoek kijken. Sdn biedt klanten van operators de mogelijkheid om via een selfserviceportaal snel en eenvoudig netwerkverbindingen in te richten. Deze netwerkservices worden binnen een paar minuten beschikbaar gesteld in plaats van dagen of weken en kunnen op elk gewenst moment worden gedeactiveerd. De kosten worden in rekening gebracht op basis van de gebruiksduur en de verbruikte bandbreedte. Dit selfserviceconcept en deze flexibiliteit brengen nieuwe eisen met zich mee voor de aanbieders en de gebruikers van netwerkdiensten.
Het zelf inrichten van verbindingen vraagt – ondanks de intuïtieve opzet van een selfserviceportaal – om applicatiespecifieke knowhow. Beheerders bij klanten moeten de wijzigingen van de verbindingen managen en precies weten wat zij doen als zij voor een korte periode aanvullende verbindingen en bandbreedte afnemen.
Deze knowhow is in ieder geval tijdens de huidige overgangsfase nodig. In de toekomst zullen applicaties zelf in staat zijn om netwerkservices via gestandaardiseerde interfaces naar behoefte aan te passen. Het Metro Ethernet Forum is al van start gegaan met de ontwikkeling van een nieuw api-model genaamd Lifecycle Service Orchestration (LSO). Dit model moet ervoor zorgen dat uiteenlopende systemen informatie met elkaar kunnen uitwisselen over de bandbreedtebehoefte en verbindingskeuze.
Processen en communicatie
Bedrijven die sdn willen inzetten en profiteren van een snelle activering van netwerkdiensten en de lagere kosten die gepaard gaan met een ‘pay as you go’-model, hebben nieuwe processen nodig. De ict-afdeling en andere afdelingen met projecten die ict-ondersteuning nodig hebben, moeten hun activiteiten regelmatig en nauwkeurig op elkaar afstemmen om de vraag naar bandbreedte te kunnen voorspellen. Voor een succesvolle digitale transformatie moet afscheid worden genomen van het ‘eiland-denken’.
Een zo exact mogelijke voorspelling van de bandbreedtebehoefte is eveneens belangrijk voor de budgetplanning. Betalen op basis van werkelijk verbruik vertaalt zich namelijk in een flexibele inzet van financiële middelen. En om binnen het budget te blijven is het belangrijk om na het ad hoc inrichten van verbindingen niet te vergeten om ze tijdig weer uit te schakelen.
Een veranderd businessmodel bij de afnemer vraagt op zijn beurt om wijzigingen van het servicemodel van de aanbieder. Als klanten in de toekomst verbindingen zelfstandig kunnen inrichten of als dit na verloop van tijd zelfs geheel automatisch gebeurt, zal de adviesrol van de aanbieder nog belangrijker worden. Klanten hebben hulp nodig bij het ontwikkelen van interne knowhow. Het aspect van gegevensbescherming speelt hierbij ook een grote rol. Klanten hebben daarnaast ondersteuning nodig bij het inschatten van de toekomstige netwerkbehoeften en het interpreteren van data die is verkregen tijdens de bewaking van de netwerkactiviteiten. Service management en de technologie van de operator moeten ervoor zorgen dat de kortstondig benodigde verbindingen de juiste capaciteit bieden en veilig blijven.
Voor operators is het belangrijker dan ooit tevoren om klanten meerwaarde te bieden naast het beschikbaar stellen van hun infrastructuur. ‘Pay as you go’ levert niet alleen moeilijkheden op voor de omzetplanning van operators, maar ook voor hun businessmodel. Vaste en mobiele providers zullen waarschijnlijk met vergelijkbare ontwikkelingen te maken krijgen wat betreft hun tariefmodel. Voor operators is het dan ook van cruciaal belang om tegemoet te komen aan de vraag van klanten naar een variabele kostenberekening. In de huidige transitie kunnen zij modellen op basis van gedeeltelijk variabele tarieven hanteren, of werken op basis van een vast tarief dat voorziet in een bepaald aantal wijzigingen en een maximale gemiddelde bandbreedte. Voortdurend nieuwe tariefmodellen introduceren is geen houdbare aanpak, omdat het klanten in verwarring brengt.
Infrastructuur en innovatie
De tijd dat kostbare en langdurige serviceovereenkomsten de enige mogelijkheid waren is voorgoed voorbij, maar dat is niet per definitie slecht nieuws voor operators. De basisbehoefte aan datacenter-capaciteit en breedbandige verbindingen zal alleen maar toenemen. Voor operators is het zaak om zich aan de nieuwe situatie aan te passen, door hun infrastructuur te baseren op toekomstbestendige technologie en innovatieve netwerkservices. Daarnaast is er behoefte aan een regelgevingkader dat bijdraagt aan eerlijke concurrentie. Alleen op deze manier kunnen operators beschikken over een duurzaam businessmodel en kunnen bedrijven hun kansen voor digitale transformatie benutten.