In de ict-sector worden oplossingen die op virtual reality (vr)-technieken gebaseerd zijn, nog niet vaak gezien als business waar je nu snel mee aan de slag zou moeten. Natuurlijk zijn de captains of industry op de hoogte van deze nieuwe technologie en hebben ook zij gehoord dat Facebook in 2014 2 miljard dollar heeft betaald voor een bedrijfje dat via Kickstarter geld had opgehaald om een vr-bril te gaan maken: Oculus Rift. Maar wat heeft dat met je huidige ict-business te maken?
Google Glass was ook even een hype en werd een mislukking, een paar jaar geleden. Pokemon Go is na de dino-actie van Albert Heijn leuk voor de popularisatie van vr en augmented reality (ar) bij het grote publiek, maar brengt nog weinig ideeën over verbetering van de bedrijfsprocessen teweeg in de boardrooms. Virtual reality in de klassieke vorm met zo’n bril lijkt ook nu weer vooral een ‘next level’ voor gaming. Toch verschijnen er steeds vaker voorspellingen, waarbij dit beeld is verschoven naar een dominante rol voor meer serieuze vr-toepassingen de komende jaren.
Groei in B2B-toepassingen
De consumentenmarkt voor virtual reality, met name ‘head mounted displays’ (HMD’s, invoerapparatuur en tijdelijk ook nog zware pc’s, wordt door onderzoeksbureau Kzero op 5,2 miljard dollar geschat in 2018 en volgens Superdata zullen er eind 2016 al 11 miljoen HMD’s aan consumenten zijn verkocht. Een aardig deel hiervan wordt toegeschreven aan de Playstation vr-bril, die 13 oktober aanstaande op de markt komt als add-on voor een installed base van bijna 40 miljoen Playstation 4-spelconsoles, wereldwijd. En ja, dit betreft dus vooral gaming.
Maar daarmee verklaar je niet de huidige schattingen dat de totale wereldmarkt voor ar en vr in 2020 al 150 miljard dollar per jaar zal bedragen. Dit is ongeveer gelijk aan de huidige wereldmarkt voor notebooks en tablets samen. Vanaf 2020 zouden er meer ‘glasses’ dan smartphones zoals we ze nu kennen worden verkocht. Volgens Goldman Sachs zal 85 procent van de groei in deze markt niet gaming gerelateerd zijn. Het wordt nu dus tijd dat de ook de zakelijke ict-sector zich op deze groeimarkt oriënteert. Interessanter dan al die bedragen daarbij is de vraag met wat voor bedrijfsprocessen en industrietakken we te maken hebben, waar de virtual reality-technieken uiteindelijk disruptive voor zullen zijn.
Kennisoverdracht en telepresence in 3D
Dat de onderwijs- en trainingsmarkt een sector is waar vr en ar een rol belangrijke rol gaan spelen, is men het al heel lang over eens. Een van de grotere wereldwijde spelers op deze markt, EON Realities, is sinds 1999 bezig met vr en ar voor kennisoverdracht en heeft er wereldspelers als GE, BP en Exxon voor als klant. Hun AVR-platform is tegenwoordig geschikt ‘from phone to dome’ en is onderverdeeld in vier subtypen, waarbij de complexiteit oploopt: 1. virtuele leslokalen, 2. interactieve, cloud-gebaseerde leeromgevingen, 3. virtual reality-simulatoren en 4. ‘smart workers in the field’ met voornamelijk augmented reality.
Ar wordt gezien als de nieuwe en noodzakelijke interface waarmee we de smart devices van het internet of things (IoT), die slim zijn vanwege hun connectiviteit in de cloud en artificial intelligence, moeten gaan managen. Dat kan domweg niet meer met computerapparatuur zoals we die nu in gebruik hebben.
Virtual Experience Night
Ordina Smart, het onderdeel van de Nederlandse ict-dienstverlener dat zich met name op toepassing van nieuwe technologieën bij bedrijven en instellingen richt, was er snel bij in 2014, met het organiseren van een virtual reality meetup. Sindsdien zijn er door het bedrijf toepassingen gemaakt met ar en vr, zoals een training ‘spreken in het openbaar’ samen met NCOI.
Op woensdag 20 juli 2016 was er weer een bijeenkomst voor genodigden uit het bedrijfsleven, waar zo’n 125 personen op afgekomen waren. Voor deze avond was van tevoren aan de deelnemende bedrijven en instellingen gevraagd om ideeën in te leveren over de inzet van de HoloLens van Microsoft. Voor het beste idee is een prijs van tienduizend euroe in ontwikkeluren uitgeloofd om verder uit te werken. In slechts enkele weken zijn er 44 ideeën binnengekomen, waarvan er zeven deze avond in de eindronde konden pitchen.
Vr, ar en de HoloLens van Microsoft
Na een inleiding door Richard van Tilborg, directeur van Ordina Smart, over nieuwe technologie die soms jaren geleden al voorspeld en nu opeens in rap tempo beschikbaar is, hield innovatiemanager Tom Bos van opleidingsinstituut NCOI een verhaal over de impact van vr en ar op educatie. De meest efficiënte manier om iets blijvend te leren is een trauma, omdat daarbij emoties zo’n belangrijke rol spelen. Met virtual reality-technieken kunnen we juist emoties beter aanspreken. Hij schetste een toekomst waarin het bij leren steeds minder om parate kennis gaat en leren als cognitieve functie uiteindelijk overbodig wordt.
Vervolgens gaf Jasper Jochemse van Ordina een inleiding over de technische en functionele aspecten van de HoloLens: wat zit er in, welke software is al aanwezig en wat kun je ermee? Het apparaat en de toepassingen werden live gedemonstreerd en de bezoekers werden uitgenodigd om na de verkiezing van het beste idee ervoor, zelf één van de vijf aanwezige hololenzen te ervaren.
Ecologische validiteit
Universiteit Leiden pleitte voor een toepassing waarbij de 10 procent kinderen die moeite heeft met de ontwikkeling van emotionele intelligentie geholpen zouden gaan worden met een virtuele vriend. Het leek me eerder iets voor pure virtual reality, maar later hoorde ik dat die vriend juist in de echte bekende omgeving moest worden geplaatst. Er viel nog een term als ‘ecologische validiteit’, misschien sloeg dat daarop. Informatie op internet over het wetenschappelijke werk van prof. Carolien Rieffe is te vinden op www.focusonemotions.nl.
De tweede pitch kwam van verzekeringsmaatschappij Vivat, die van de HoloLens een ‘preventiebril’ wil maken. Pleidooien van Schiphol voor beter en sneller onderhoud, de Nationale Politie voor ‘Crime Scene Investigation’, Siemens voor constructie, training en verificatie/keuring van infrastructurele projecten zoals tunnels en de NLR die een al bestaande ar-tabletapplicatie voor onderhoud in de aerospace-industrie geschikt wilde maken voor de HoloLens, het kwam allemaal voorbij in de pitches en leek allemaal plausibel om te gaan doen.
AMC wint ontwikkeluren
Maar de enige die meer dan vijf minuten nodig had voor haar pleidooi, phd-student Ilaria Jansen van het AMC, won de verkiezing met het idee om de HoloLens in te zetten voor diagnostiek van kanker. Op dit moment geldt voor sommige vormen van kanker dat in 70 procent van de gevallen de experts tot een verschillende conclusie komen. In hoeveel gevallen betekent dit dat er onterecht een volledige blaas wordt verwijderd, terwijl een kleine schoonmaakactie voldoende was geweest, of dat er al later alsnog een extra ingreep noodzakelijk blijkt of de diagnose onnodig fatale gevolgen heeft?
Nu er 3D-scanners aan zitten te komen die de klassieke biopsie gaan vervangen, zouden de experts met behulp van de HoloLens precies kunnen zien waar de kankergezwellen zich driedimensionaal bevinden en daardoor naar verwachting een veel betere diagnose kunnen maken. Ook kunnen experts uit het buitenland zo nodig real-time en interactief meehelpen met de juiste beslissing. Op zich dus een case met een combinatie van de ‘klassieke’ aspecten, zoals 3D-ruimtelijk inzicht, collaboratie, manipulatie en telepresence, maar wellicht daardoor het meeste aansprekende idee bij de aanwezigen, die met hun smartphone mochten stemmen.
Digitale informatie ontsluiten
Na de stemming en uitreiking van de prijs konden de bezoekers naast de vijf aanwezige hololenzen ook kennismaken met diverse andere vr- en ar-applicaties en -apparatuur, zoals de HTC Vive, Oculus Rift en Samsung Gear VR. Ook vonden er geanimeerde gesprekken plaats over de snel toenemende rol van ar en vr als vervanging van tweedimensionaal beeld, toetsenbord en muis om in de komende jaren digitale informatie te ontsluiten, dit samen te beleven en voor kennisoverdracht in te zetten.
En er is dit keer, volgens degenen die 25 jaar geleden het al een keer bewust hebben beleefd dat virtual reality een populair begrip werd, nu duidelijk meer aan de hand: het wordt niet alleen betaalbaar en technisch haalbaar nu, grote delen van de samenleving zijn intussen gedigitaliseerd waardoor een veel bredere toepassing mogelijk is, ook naast de medische sector en de bouwwereld.
Hele sectoren op de kop
In een volgende bijdrage ga ik beschrijven hoe een hele industriesector, de televisie- en filmindustrie, op zijn kop aan het gaan is door de opkomst van virtual reality. En hoeveel enthousiasme en tegelijkertijd ongeloof er nog met name in de ruim honderd jaar oude bioscoopsector is: videobanden voor consumenten, dvd’s, blu-ray of Youtube, het heeft maar weinig uitgemaakt. En Netflix gaat zelf bioscoopfilms maken, want het publiek blijft ook nu gewoon gezellig met een zak popcorn de bioscoopzalen vullen, zo is in deze industrie zelf nu nog de algemene verwachting.
Maar de jeugd kijkt al 80 procent video, tv en film die online wordt gestreamed of gedownload en zowel Youtube als Facebook ondersteunen al 360 graden video. En hoe lang nog blijven de speelfilms zelf een lineair verhaal waar de toeschouwer met een beperkt kijkvenster doorheen geleid moet worden terwijl je passief op een stoel zit? Je kunt in Cinematic VR het verhaal ervaren alsof je er zelf middenin zit en straks kun je er ook in rondlopen en zelf meedoen! De filmmakers zelf zijn over het algemeen enthousiast over de extra mogelijkheden en natuurlijk de emotionele bonus die virtual reality ook hier biedt.
VR zal voorlopig nog wel een niche markt blijven ondanks dat er groot geld achter zit.
AR heeft wat dat betreft een grotere aantrekkingskracht omdat het bestaande technieken versterkt en dus veel breder toepasbaar is. Maar dat is dus nog een leerproces om uit te vinden hoe dit in de praktijk het beste werkt.