Ik ga niet zeggen dat vroeger alles beter was, maar het was soms wel overzichtelijker. Zeker qua veiligheid: De politie hield de stad veilig en het leger hield internationale bedreigingen tegen. Nu staan we voor hele andere risico’s: De eigen privacy, onze kinderen die van alles tegen kunnen komen online en hackers die onze banken binnendringen. De nadelen van alle technologische voordelen.
Met regelmaat verschijnen er onderzoeken en opiniestukken over wat bedrijven, media en overheden van deze ontwikkelingen vinden. Wijzelf doen daar ook graag aan mee. Maar niet vaak vragen we de eindgebuikers; wat vindt de consument hiervan? Dat heeft mijn werkgever recent laten onderzoeken met enkele opvallende resultaten.
Eerder dit jaar kwamen Apple en de FBI in het nieuws. De FBI wilde een iPhone van een terrorisme-verdachte ontsleutelen, maar Apple weigerde mee te helpen vanwege privacy van andere, toekomstige gebruikers. Als je eenmaal de deur openzet… dachten ze. Toch is niet iedereen het daarmee eens. Het merendeel van de ondervraagde consumenten in Europa en het Midden-Oosten acht het belang van nationale veiligheid hoger dan het individuele belang. Nederland en het VK liepen hierin met 49 en 50 procent zelfs voorop. Een kwart had geen mening en het andere kwart vond privacy belangrijker.
De smartphone is een opslag geworden voor heel veel data en veel vaker nog een toegangspoort tot relevante, persoonlijke of zakelijke informatie. Dit maakt deze discussie meer dan relevant. Meer dan ooit delen we zaken online, met name op social media of om diensten (gratis) te kunnen gebruiken. Gek genoeg is het vertrouwen juist in deze social media- en marketingbedrijven laag. Slechts een kwart gelooft dat de gegevens veilig zijn bij deze partijen.
Wat kost een gratis dienst?
Iets meer dan de helft van de Europese consumenten is bereid de geboortedatum (53 procent), burgerlijke staat (51 procent) en persoonlijke interesses (50 procent) te delen. Wij Nederlanders staan met 64 procent zelfs bovenaan als het gaat om het delen van de geboortedatum, terwijl de helft van de mensen uit het Midden-Oosten geen probleem heeft met het delen van hun mobiele nummer. Zijn dit gegevens die je zomaar wilt delen? Misschien los wel, maar gecombineerd vormen ze een redelijk compleet profiel van iemand.
Verder stellen de respondenten dat ze beveiliging top-prioriteit geven. Belangrijker dan functionaliteit, snelheid of uiterlijk van een website. Die laatsten worden vaak geregeld vanuit het bedrijf, maar wie neemt echter de verantwoordelijkheid om mensen te beschermen? Soms ook tegen zichzelf? Een goede 40 procent stelt dat dit een taak van de overheid is, 21 procent zegt dat de consument zelf verantwoordelijk is en slechts 6 procent kijkt naar de bedrijven die de diensten aanbieden, terwijl we juist daar de meeste datalekken zien.
De waarheid ligt, uiteraard, in het midden. Iedereen draagt een stuk verantwoordelijkheid in het bestrijden van cyber-terrorisme. De overheid moet de standaard zetten voor internetbeveiliging en bedrijven moeten samen met consumenten voldoende kennis vergaren om zichzelf te beschermen online en offline. De complexiteit van hedendaagse risico’s kan niet door één partij worden opgelost. Ook die investering kan niet bij één partij liggen. Op sociaal gebied zijn we over aan het stappen op de participatiemaatschappij. Daar hoort veilig gebruik van internet en ict-middelen ook bij.