Het is een lastige afweging voor it-dienstverleners: wat blijven zij zelf beheren en wat besteden ze uit? Vroeger was het nog rendabel om een eigen it-infrastructuur te onderhouden, maar door de cloud is die meerwaarde inmiddels grotendeels verdampt. Infrastructuur en diensten afnemen bij een datacenterleverancier is voor velen de logische volgende stap. De vraag is echter: hoe zorgen zij ervoor dat ze zelf genoeg meerwaarde blijven leveren?
De grootste angst van it-dienstverleners is dat hun relevantie steeds meer afneemt naarmate ze diensten enkel wederverkopen. Denk bijvoorbeeld aan de outsourcing van hun eigen infrastructuur, of het feit dat ze steeds meer cloud-services van derden gaan leveren. Wat blijft er nog over als de diensten die je levert steeds minder van jezelf zijn, en in feite bij tientallen andere partijen afgenomen kunnen worden?
Je hebt misschien nu nog een mooi klantenbestand met langlopende onderhoudscontracten, maar hoe lang nog? Naarmate die klanten ook naar het cloud-model willen overstappen, zullen it-dienstverleners ook die stap moeten maken. Als gevolg verandert hun complete bedrijfsmodel, en het stelt ze voor de belangrijke vraag: waar verdien ik over vijf jaar nog mijn geld mee?
Klanten willen continuïteit
Het belangrijkste punt dat it-dienstverleners zich moeten realiseren is dat hun klanten vooral geïnteresseerd zijn in continuïteit. Een snelle en altijd beschikbare it-omgeving waarmee zij zonder zorgen hun werk kunnen doen. Downtime of vertraging wordt tegenwoordig niet meer geaccepteerd, met als meest extreme voorbeeld e-commerce websites. Moet een consument een paar seconden wachten tot een webpagina laadt? Voor je het weet is hij alweer vertrokken naar het volgende webadres.
Deze hoge mate van continuïteit is voor de gemiddelde it-dienstverlener onmogelijk te realiseren in eigen beheer. Uitbesteden naar een datacenter is in zo’n geval een goede keuze, omdat dit toegang geeft tot een it-omgeving met een maximale schaalbaarheid, zowel in prijsstelling als performance. Hierin ligt ook meteen de meerwaarde van de it-dienstverlener besloten. Gebruikmakend van een extern datacenter, publieke en private clouds, en allerlei verschillende cloud-services zou hij als geen ander in staat moeten zijn om voor zijn klanten beste en meest kostenefficiënte oplossingen te leveren.
Hij zou zich vooral moeten richten op het integreren en inrichten van die online services en de dienstverlening er omheen. Dit soort integratiewerk en high-level advies kun je namelijk zelden verwachten van een low-cost cloud-dienstverlener, die zijn zaken het liefst volledig online afhandelt.
Privacy-wetten en SLA’s
In de transitie naar zijn rol als een soort cloud-broker, is het voor de it-dienstverlener noodzakelijk om de nieuwe verantwoordelijkheden en sla’s (service level agreements) helder te krijgen. Bijvoorbeeld bij het beheren van privacygevoelige data van klanten in cloud-omgevingen moet hij zich heel goed laten informeren. Welke verantwoordelijk heeft hij zelf voor de beveiliging van deze data, en welke kan hij overdragen aan het datacenter? Ook speelt in steeds grotere mate de vraag of dit soort data in Nederlandse datacenters blijft, of dat het uit kostenoverweging over de grenzen wordt opgeslagen, buiten de macht van de Europese privacy-wetgeving.
Om dit beter inzichtelijk te maken zijn er weliswaar diverse ISO-certificeringen beschikbaar voor de financiële sector, zorg en overheid, maar toch is dit slechts het topje van de ijsberg. Bij it-dienstverlening met (hybride) cloud-infrastructuren spelen zo veel verschillende technische, juridische en organisatorische aspecten dat er een veel hechtere samenwerking met een datacenter nodig is, dan voorheen het geval. Er is een echte partnership nodig, waarbij dienstverlening en advies op maat geleverd kan worden, en er geen twijfel kan bestaan over de verantwoordelijken en sla’s.
Met zo’n samenwerking kunnen it-dienstverleners zich focussen op de zaken waar ze de hoogste meerwaarde leveren. Ofwel: hun klanten voorzien van de oplossingen die beste bij hen passen, met de hoogste continuïteit.
Ik weet niet welke IT-dienstverlener de schrijver precies bedoeld. In de volksmond worden Cap Gemini, Atos en Ordina, etc,,, als IT-dienstveleners gezien. Andere partijen binnen de ICT markt zijn fabrikanten van software en/of hardware. Daarnaast hebben we dus de cloud diensten leverancier. Zo hard als ik hier onderscheid is het natuurlijk niet, maar grofweg klopt het wel.
Ik geloof dat veel IT-dienstverleners (zoals ik hier bedoel) wel aan cloud diensten doet, maar die kopen ze gewoon in bij onze cloud vrienden. Vaak hebben ze geen eigen datacenters. Hebben ze dat wel en leveren ze aan hun klanten cloud diensten, dan zijn ze in concurrentie met echte cloud leveranciers. Ook bij software en hardware fabrikanten zie je hetzelfde gedrag. Ook HP en IBM proberen zelf cloud leverancier te spelen. Veel software fabrikanten leveren hun ooit standalone product nu ook als een cloud variant, maar doen dat door gewoon resources in te kopen bij cloudleveranciers.
Nu zijn er op deze planeet 3 partijen die echt iets voorstellen qua cloud, Amazon (AWS), Microsoft (Azure) en Google. Daarna volgen nog heel veel relatief kleinere partijen. Dat cloud sexy is misschien interessant, maar de vraag rijst of je deze 3 nog kan inhalen. Iedereen weet dat het heel lastig is om een reeds gevestigde markt op te schudden.
Volgens mij is de core business van IT-dienstverleners, kennis leveren. Dat deze ze in het verleden vaak door op basis van uurtje-factuurtje mensen te verhuren. Deze mensen leverden niet alleen kennis bij nieuwbouw van ICT, maar ook heel veel beheerswerkzaamheden bij de eindklant of binnen de eigen muren (voor eindklanten). Veel van die beheerswerkzaamheden als nieuwbouw krijgt een ander karakter. Vroeger moesten hele ICT-Infrastructuur parken worden ingericht (zowel fysiek), maar met name qua installatie en configuratie. De installatie van het OS of firmware, alsmede de configuratie van de gehele stack om tot een werkende omgeving te komen. Wat de cloud nu behoorlijk heeft geautomatiseerd is juist dit deel van de werkzaamheden. Voor dat werk is dus geen kennis meer nodig. Is het nu zo dat de cloud geheel automatisch gaat? nNee natuurlijk niet, er zullen fysiek nog steeds ICT-componenten (systemen, storage en networking) moeten worden ingericht, Datacenters zijn vandaag de dag geheel gevirtualiseerd ingericht. Vervolgens moet je een behoorlijke partij software inrichten om cloud leveranciertje te spelen. Dat werk is nieuw. Helaas, per 1000 ICT-componenten hebben we daar veel minder mensen voor nodig. Veel van de kennis van de inrichting van cloud omgevingen zit echt bij die partijen zelf en niet bij de IT-dienstverleners.
Kortom: IT-leveranciers doen er goed aan om daar geen energie meer aan te besteden. Nu hebben hun klanten (vaak eindklanten) behoefte aan de manier waarop zij (hun klanten dus) gebruik kunnen maken van die cloud. En voor klanten die hun private cloud willen vormgeven. Hoe bouw je een hybride cloud. Hoewel? Ik voorzie dat over 10 jaar dat ook niet meer zo ingewikkeld is en klanten dat zelf kunnen. Volgens mij ligt de oplossing is de waardeketen. Software is het toverwoord.
Oorspronkelijk gebruik je ICT voor ondersteuning van de business. Of ICT nu business is of niet, zal me worst zijn, maar het idee is duidelijk. Als de business dan zo belangrijk is, dan moet je heel dicht tegen die business van je klant gaan zitten. En wellicht dat je tussen pure business consultancy en ICT moet gaan zitten. Op het moment dat ICT “uit de muur” komt is dat wellicht de enige uitweg.