Burgers die niet-digivaardig zijn en moeite hebben met de nieuwe digitale dienstverlening van overheden, kunnen terecht bij bibliotheken. Dat is het idee achter het convenant dat de Vereniging van Openbare Bibliotheken, de Koninklijke Bibliotheek en het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties hebben gesloten. In het kader hiervan is een proef gestart waarbij drie gemeenten – Gooi en Meer, Katwijk en Venlo – hulp en computertrainingen aanbieden aan digibeten.
Volgend jaar wil de overheid overstappen op een digitale dienstverlening. Dat is voor veel mensen gemakkelijk, maar sommige mensen kunnen niet goed overweg met het internet of hebben geen computer. Om die burgers te helpen gaat de overheid een samenwerking aan met de openbare bibliotheken.
Minister Plasterk van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) gaf vandaag het startsein voor een proef die tot juni 2017 loopt. Met ondersteuning van de Vereniging van Openbare Bibliotheken, de Koninklijke Bibliotheek en het ministerie bieden drie bibliotheken een fysiek aanspreekpunt (het Digitaalhuis) voor hulp en trainingen aan niet-digivaardige mensen.
Convenant
In de bibliotheekvestiging Bussum van Bibliotheek Gooi en Meer tekenden Plasterk en bestuurders van Koninklijke Bibliotheek en de Vereniging van Openbare Bibliotheken een samenwerkingsconvenant. In het convenant spreken de partijen af om een laagdrempelige voorziening te creëren waar burgers hulp krijgen bij het digitaal zakendoen met de overheid.
Het doel is dat mensen die zich op dit vlak niet goed kunnen redden straks bij hun lokale bibliotheek terecht kunnen voor informatie, trainingen en ondersteuning.
Meer hulp
De trainingen in bibliotheken zijn een toevoeging aan het bestaand hulpaanbod voor niet-digivaardigen. Van oudsher zijn er organisaties op het terrein van zorg en welzijn die hulp bieden. Denk bijvoorbeeld aan Humanitas, dat met vrijwilligers ie in sommige gemeenten administratieve ondersteuning biedt.
En BZK heeft eerder de Unie KBO, Seniorweb en Digisterker subsidie gegeven voor een seniorenhulpprogramma, waarmee deze organisaties vrijwilligers trainen om ouderen te helpen bij het digitaal zakendoen met de overheid. Ook kan op het Digitaal Hulpplein van BZK en het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid gezocht worden naar een geschikte cursus om de digivaardigheid te verbeteren. Zij hebben een telefonische hulplijn om mensen te adviseren.
Ach, opnieuw blijkt de overheid niet veel belang te hechten aan de kwetsbare mens in de samenleving. Wie niet met internet heeft moet er per se mee aan de slag, wie niet digivaardig is moet de deur uit naar een bibliotheek voor verplichte training, buiten de steden zijn die dun gezaaid, en wie hardleers is moet zijn financiële en administratieve ziel toevertrouwen een wildvreemde die je maar hebt te vertrouwen (geef niemand je pincode, maar geef gerust je DigID en bank-login), en die je vervolgens in de administratieve ellende kan storten of stilletjes financieel kan uitkleden.
En dat alleen omdat die overheid geen zin heeft de basis dienstverlening voor iedereen op orde te houden.
Tja, maar dan ………….
“ik ben ruim in de 70, moet rondkomen van een AOWtje, heb geen geld voor een Internet-aansluiting, laat staan een PC of tablet, familie heb ik niet meer, mijn vrienden liggen allemaal al op het kerkhof en mijn buren vertrouw ik niet verder dan ik ze zie.
Die bibliotheek, meneertje Plasterk, is kilometers verderop. En ik verd*m het om door dit hondeweer dat eind te gaan sjouwen, met m’n rollator. Buurtbusje komt alleen op hoogtijdagen.
Weet u wat u kunt, meneertje Plasterk? Met uw mooie ideëen over ‘Digitale Overheid’? Waarmee u zo fijn veel miljoentjes kunt besparen, maar wat mij alleen maar geld kóst?
U en uw bibliotheekbesturen kunnen mijn rug op!”