Tijmen van de Kamp komt er tijdens zijn studie Sterrenkunde achter dat hij helemaal geen onderzoeker wilde worden. Zo komt hij met zijn programmeerkennis in de it-wereld terecht. Inmiddels is hij ctio (chief technology innovation officer) bij Avanade, waar hij organisaties helpt met de digitale transformatie.
Tijmen van de Kamp begon met de studie Sterrenkunde aan de Universiteit Leiden toen hij zeventien jaar oud was. Die keuze maakte hij puur uit interesse, aangezien hij dol was op wiskunde en natuurkunde. Later ontdekte hij echter dat hij per definitie onderzoeker zou worden, als hij daar zijn beroep van zou maken.
Sogeti
Hij gaat zijn afstudeerjaar dan ook in met het besef dat hij zijn beroep niet in de Sterrenkunde zal gaan zoeken. Tijdens deze opleiding kreeg hij ook informaticavakken, waardoor hij kennis had van kunstmatige intelligentie, programmeren en numerieke wiskunde. Bovendien vond hij dat ook erg leuk. Hij studeert af op het informaticacomponent en via het recruitmentprogramma vanuit de universiteit komt hij in contact met verschillende organisaties. Na een aantal algemene intelligentietests wordt hij als softwaredeveloper aangenomen bij it-bedrijf Sogeti.
Bij Sogeti doorloopt hij twee maanden lang een traineeship. ‘Dit traineeship was gericht op mensen die nog helemaal niks van programmeren wisten. Voor mij was dit dan ook goed te doen en vanaf dag één vond ik het leuk. Achter een toetsenbord zitten en iets maken, dat is prachtig’, zegt Van de Kamp. Hij had het naar zijn zin bij het bedrijf en hij vond het fijn dat het niet zo grootschalig was en dat er duidelijkheid over de taken was. ‘Er waren twee softwarestraten, zodat het gestructureerder was.’ Toen hij later ook het land in mocht om klanten op te zoeken, werd hij extra enthousiast over zijn baan.
Van de Kamp begint stappen te maken bij Sogeti. Van softwareontwikkelaar groeit hij door tot medewerker van de software-ontwikkelstraat en verder naar teamleider. Het bedrijf werd gefuseerd, waardoor hij vervolgens afdelingshoofd werd. Hij kwam in aanraking met de combinatie van inhoudelijk bezig zijn en leidinggeven en hij maakt vanaf dat moment de keuze dat hij daar verder in wil.
Chief technology innovation officer
Het it-bedrijf groeit echter en Van de Kamp wil weer in een kleinere organisatie terecht komen. Dat lukt hem, want in 2005 komt hij als softwareontwikkelaar bij Delta-N terecht. Daar mist hij echter de schaalgrootte en de langetermijnvisie en om die reden gaat hij daar na een kleine drie jaar weer weg. In 2008 wordt hij bij zijn huidige werkgever Avanade aangenomen als Microsoft-expert. Van de Kamp beschrijft zijn rol als een technische salesfunctie, waarbij hij oplossingen moet uitleggen aan klanten. Na een aantal jaar wordt hij verantwoordelijk voor applicatieontwikkeling en stuurt hij een team van tachtig man aan. In die rol is hij verantwoordelijk voor de omzet, de verkoop en is hij afdelingsmanager. Tot december afgelopen jaar vervult hij deze rol en wordt dan officieel ctio (chief technology innovation officer).
De rol van ctio is binnen Avanade gecreëerd, omdat er iemand nodig was die een gesprek met de klant over innovatie kon voeren en die procesmatig kan bekijken wat er mogelijk is op dat gebied. ‘Innovatie is een breed en vaag begrip, waardoor de klant vaak niet weet wat er allemaal mogelijk is. Bovendien beginnen zij vaak niet over bepaalde zaken, omdat zij het antwoord al voor zichzelf hebben ingevuld: het is vast heel moeilijk. In werkelijkheid maken zaken zoals kunstmatige intelligentie veel toekomstbeelden al realiteit.’
The sky is the limit
Van de Kamp gaat daarom met klanten in gesprek. Dit doet hij ook in workshop-vorm, om de klant beter te leren kennen, maar vooral omdat de klant op die manier meer gestructureerd leert kijken naar waar hij mee bezig is. ‘Tijdens het verkennende gesprek bespreken we wat de klant spannend of leuk vindt. Daarna doen we onderzoek en vindt de workshop plaats. Het liefst heb ik mensen vanuit verschillende disciplines aan de klantenkant aanwezig bij deze afspraken, omdat problemen en oplossingen op verschillende niveaus dan aan bod komen. We gaan met zijn allen in de breedte op zoek naar de behoeften. Eerst denken we vanuit ‘the sky is the limit’ en daarna komen we weer terug op aarde en vormen we concrete businessideeën. Je kan natuurlijk veel tijd besteden aan hoe de wereld eruit zou moeten zien, maar het is veel leuker om te bedenken hoe het er morgen echt uitziet’, concludeert hij.
Latent-dominant
Hoewel hij aan het begin van zijn carrière in bepaalde functie is gerold, maakt hij wel bewust de keuze dat hij verder wil gaan in een leidinggevende rol. Niet alleen vindt Van de Kamp dat leuk, het past ook bij zijn persoonlijkheid. Hij legt uit dat uit een persoonlijkheidstest ooit is gebleken dat hij latent-dominant is. ‘Dat houdt in dat ik zeer beperkt geduld heb als er geen sturing is en dat ik de leiding dan overneem.’
Ook later in zijn carrière ontdekt hij weer nieuwe dingen over zichzelf. ‘Ik heb bijvoorbeeld altijd gezegd dat mensen mij nooit als trainer voor een groep moeten zetten. Inmiddels ben ik er wel achter gekomen dat ik dat toch erg leuk vind. Ik houd ervan om mensen te inspireren en dat komt sterk terug in het geven van trainingen. Ik heb mogelijkheden gekregen om als spreker op te treden en toen kwam ik erachter dat ik het leuk vind om een boodschap over te dragen en om anderen te helpen complexe materie te begrijpen.’
Technische kennis
Het feit dat Van de Kamp zowel inhoudelijke als technische kennis heeft en leidinggevende vaardigheden bezit, maakt hem onderscheidend, denkt hij. ‘Ik kan vertellen hoe iets zou moeten, maar ik kan het ook zelf doen.’ Die technische kennis bezitten is volgens hem ook wel van belang in zijn rol. ‘Juist om klanten digitaal te helpen transformeren, helpt het enorm als je weet hoe het technisch werkt. Daardoor kan ik ook op verschillende niveaus met klanten praten. Natuurlijk is een ontwikkelaar, die daar dag in dag uit mee bezig is, daar wel veel beter in. Vroeger was ik overdag software aan het bouwen en was gamen mijn hobby. Nu is software ontwikkelen mijn hobby geworden.’
Terugkijkend op zijn carrière heeft Van de Kamp geen spijt van zijn opleiding Sterrenkunde. ‘Dat is een goede basis geweest, omdat je leert een probleem op meerdere manieren te bekijken: van het allerkleinste moleculaire niveau tot het niveau van het gehele sterrenstelsel.’ Ook dingen die anders liepen in zijn carrière, zoals de stap naar Delta-N, had hij niet willen missen. ‘Ook van die ervaring heb ik weer geleerd. En als je inmiddels vijftien jaar ervaring hebt, dan kan je ook wat meer beschouwend terugkijken.’
De wereld valt om
Hij moet soms wel lachen om de moeizaamheid die startende it’ers soms lijken te hebben met het tempo waarmee hun werk verandert. ‘De kennis die je tijdens je opleiding hebt opgedaan, gebruik je nog maximaal vijf jaar. Daarna valt de wereld, zoals je die kent, om. De eerste keer dat dat gebeurt, ben je daar ontzettend van onder de indruk. Maar de keren daarna weet je wat je moet verwachten en wat je moet doen. Ik geef starters dan ook als tip om eraan te wennen. Jij bent de professional en jij wilt hiermee aan de slag. Je moet kei- en keihard werken om ontwikkelingen bij te houden.’
Andersom hebben starters volgens hem wel weer de juiste mindset voor wat betreft Agile werken en de link leggen tussen wat men wil en wat er echt mogelijk is. ‘In de it werken we al steeds meer Agile, maar dat kan nog veel beter. Vroeger keek je eerst hoe een bedrijf werkte en leverde je vervolgens maatwerk. Daarbij pas je de software dus aan op de organisatie. Tegenwoordig worden organisatorische processen juist veel meer aangepast aan de software. De volgende stap is wat er al kan en hoe je dat kan inzetten. Met andere woorden: DevOps. Wat ik heel leuk vind, is de technologie. Daar begint het mee, maar daarna ga je wel kijken naar de mensen.’
Moeilijk vooruitkijken
Van de Kamp zit nog niet heel lang in zijn huidige functie en op dit moment wil hij vooral de link met technologie blijven vasthouden in zijn baan. ‘In de it is een paar jaar vooruit kijken al moeilijk en voor mijn functie dus ook’, besluit hij.
Dit artikel is ook verschenen in Computable Magazine, jaargang 49, nummer 4, april 2016.
Ik ben fan van Tijmen 🙂
Leuk achtergrond artikel!
“Vroeger keek je eerst hoe een bedrijf werkte en leverde je vervolgens maatwerk. Daarbij pas je de software dus aan op de organisatie. Tegenwoordig worden organisatorische processen juist veel meer aangepast aan de software.”
Dus niet meer van dat : business in charge, klantgericht denken anders gaan ze buiten deur shaduw shoppen, ICT enabling the business ?
Blijkbaar is het vandaag de dag dus weer : He business, dit programma gebruiken en verder mond houden !
De wereld valt om en mijn ict-klomp breekt.
Dino,
Het is een strategische (business) beslissing om te kiezen voor (flexibele) standaard software. De business is gewoon in charge hoor. Zeker voor niet primaire bedrijfsprocessen waar je inkomsten vandaan komen -het product of dienst- is standaard software een goede keuze. Jouw kosten zijn de marge van de concurrent.
ICT *klomp* in combinatie met je nickname spreekt dan ook boekdelen 😉
Noem het strategisch en je bent er vanaf. Bij de overheid spelen ze zo bingo voor hun aanbestedingen. Je held heeft het helemaal gemaakt. Eerst wetenschapper, vervolgens programmeur, manager en nu dan eindelijk guru. ‘Achter een toetsenbord zitten en iets maken, dat is prachtig’ laat hij weten. Maar nu is die dan eindelijk geen manager meer, maar inspirator op gebied van niet-primaire bedrijfsprocessen 😉 Begonnen met waarheid zoeken, maar lekker babbelend geeindigd met de disclaimer dat het makkelijker achteruitkijken is dan vooruit.
Nee, Tis nie goe of tdeugt niet. Maar “als de boeren niet meer klagen, is het in het laatste der dagen”
Proza Dino, pure proza! Meestal is het niets, maar jij maakt er iets prachtigs van.
@Henri:
Je kan het een strategische beslissing- en proza noemen maar Dino heeft wel een punt.
Standaard software die met een credit card uit de wolken getrokken kan worden is iets waar je snel mee kan scoren. Bijvoorbeeld om even een paar functionele aspecten te valideren.
Maar als je er serieus mee aan de slag wil zal je toch op zijn minst een beetje moeten begrijpen hoe “iets” werkt en op welke “knoppen” je kan drukken om dat “iets” te besturen. Immers, er is weliswaar sprake van een stukje automatisering; maar het gaat allemaal niet vanzelf – toch?!
Tegelijkertijd – als iemand zich die tijd niet neemt waardoor (kritische?) vragen eigenlijk niet wenselijk zijn, dan noem je het toch gewoon een strategi(e)sche beslissing van het management?! Maar welke (afgeleide) bedrijfsstrategie daar dan bij hoort is natuurlijk niet iets om lang bij stil te blijven staan. Want dat verlaagt- en vertraagt de scoringskans… 😉
Enigszins vergelijkbaar met het gebruik van “best-practices” – ook een veel gehoord “excuus” om zelf niet te hoeven nadenken…