De Nederlandse ingenieur Anton van Zanten is genomineerd voor European Inventor Awards 2016, de jaarlijkse uitvindersprijzen van het Europees Octrooibureau (EOB). Van Zanten is de uitvinder van het Elektronisch Stabilisatie Programma (ESP), een volgens het EOB baanbrekend rijveiligheidssysteem voor auto’s. Van Zanten heeft ongeveer 180 octrooien op zijn naam staan, waarvan 36 betrekking hebben op de veiligheid van auto’s.
Een ESP-systeem, dat actief wordt als een auto dreigt te slippen, is inmiddels verplicht in alle nieuwe Europese auto’s. Volgens EOB-president Benoît Battistelli heeft Van Zantens uitvinding ‘wegen een stuk veiliger gemaakt en duizenden levens over de hele wereld gered’.
Zijn uitvinding heeft 260.000 auto-ongelukken kunnen voorkomen, waarmee alleen al in Europa 8500 mensenlevens zijn gered. Niet voor niets wordt deze ‘elektronische beschermengel’ gezien als de belangrijkste bijdrage aan verkeersveiligheid na de veiligheidsgordel, aldus het octrooibureau.
De Nederlandse uitvinder Anton van Zanten – inmiddels 75 jaar – is zijn leven lang bezig geweest met het verbeteren van rijveiligheidssystemen en bracht meerdere uitvindingen op de markt. Voor deze prestaties heeft het EOB Van Zanten – samen met twee andere finalisten – genomineerd voor een European Inventor Award in de categorie Lifetime Achievement Award.
Remdruk
Anton van Zanten studeerde werktuigbouwkunde aan de Technische Universiteit Eindhoven en behaalde daarna in 1973 een doctoraat aan de Cornell University. Hier legde hij ook de basis voor wat later tot de ESP-technologie zou uitgroeien. Het probleem van het ‘vergrendelen’ van de wielen en het verlies van controle door bestuurders als die plotseling moeten remmen, heeft ingenieurs decennia bezig gehouden. Als jonge onderzoeker vermoedde Van Zanten reeds dat het effect kon worden voorkomen door het aanpassen van de remdruk voor ieder afzonderlijk wiel, gebaseerd op feedback van sensoren die factoren als snelheid en de beoogde rijrichting meten.
In 1977 startte hij bij het Duitse bedrijf Robert Bosch, waar hij lid was van een team dat werkte aan het antiblokkeersysteem (ABS), een techniek die vervolgens de EPS-technologie mogelijk maakte. Tijdens het testen reed de uitvinder zelf in een testauto bomvol elektronica op ijzige wegen, met volledig vertrouwen in zijn veiligheidssysteem.
150 miljoen
Om tot een oplossing te komen, ontwikkelden Van Zanten en zijn team bij het Duitse Bosch het on-board ESC-computersysteem, ook bekend als ESP. ESP komt in actie als het voertuig zich in een andere richting beweegt dan de stuurrichting aangeeft. De afzonderlijke wielen worden afgeremd, waardoor het voertuig gestabiliseerd wordt en in de juiste richting gestuurd. Als een voertuig over ESP beschikt, beschikt het automatisch ook over twee andere veiligheidssystemen; namelijk ABS (antiblokkeersysteem) en ASR (tractiecontrole). Wat ABS en ASR doen voor de lengtedynamica van het voertuig, doet ESP voor de dwarsdynamica. ESP zorgt voor stabiel rijgedrag in alle richtingen. En dat allemaal binnen een honderdste van een seconde, sneller dan een mens kan reageren.
Het systeem werd al in 1987 succesvol getest, maar toen namen de computers bijna nog het hele interieur in beslag. Het duurde daarom nog tot halverwege de jaren ’90 tot microprocessortechnologie het mogelijk maakte de verschillende componenten drastisch te verkleinen. De eerste auto die met het ESP-systeem werd uitgerust was een limousine uit de Mercedes-Benz S-klasse. Vandaag de dag zijn er door Bosch meer dan 150 miljoen ESP systemen geproduceerd. Wereldwijd is 64 procent van de auto’s uitgerust met het systeem.
Ict-nominaties
Op 9 juni reikt het Europees Octrooibureau voor de elfde keer de ‘European Inventor Awards’ uit, ditmaal in Lissabon. In totaal zijn in vijf categorieën vijftien uitvinders genomineerd. Een aantal nominaties is ict-gerelateerd. Naast die van Zanten zijn dat die voor het Belgische/Franse team van Joan Daemen en Pierre-Yvan voor hun dubbelversleutelde smartcard-encryptie (categorie Industrie), de Portugese wetenschappers Elvira Fortunato en Rodrigo Martins voor hun papiergebaseerde transistors (categorie Research) en de Indiaas-Amerikaanse uitvinder Arogyaswami Paulraj en zijn team onderzoekers van de Stanford University voor hun pionierswerk om de prestaties van cellulaire netwerken en draadloze modems te verbeteren middels de methode Mimo: multiple input, multiple output (categorie Non-European countries).