Dell heeft een eigen Linux-variant gemaakt en vrijgegeven. Het Dell OS10 is niet bedoeld voor eindgebruikers of zelfs voor gewone servers. Het moet gewone datacenters tot clouds verheffen.
It-leverancier Dell, die vooral bekend is als computerfabrikant, heeft zijn next-generation netwerkplatform onthuld en dat is geen hardware. Het is software in de vorm van een compleet besturingssysteem dat speciaal is ontwikkeld voor netwerken, enterprisegebruik en de opkomende trend van software-defined it. Hiervoor koppelt het onderliggende hardware los van de daarboven draaiende lagen voor ontwikkeling en applicaties.
Dankzij Facebook
Dell’s Operating System 10 heet afgekort OS10, wat voor verwarring kan zorgen met Apple’s OS X (waarvan de X het Romeinse getal 10 is). Dell heeft ooit met de gedachte gespeeld om OS X te leveren, maar die speculatieve uitspraak van topman Michael Dell is op niets uitgelopen. Het nu onthulde OS10 bouwt voort op een ongewijzigde Linux-kernel en combineert dat met de Switch Abstraction Interface (SAI), die mede door Dell is gecreëerd in het Open Compute Project van Facebook.
‘s Werelds grootste sociale netwerk heeft namelijk vier jaar terug een samenwerkingsverband opgezet om efficiëntere datacenters te kunnen bouwen. Daarbij maakt de grootgebruiker van datacenters eigen ontwerpen en deelt het de specificaties met de wereld. Het gaat hierbij enerzijds om hardware-ontwerpen voor servers, netwerkapparatuur en meer. Anderzijds speelt software een belangrijke rol: om de hardware flexibeler en ontkoppelbaar te maken. Dit is de kern van software-defined it, waaronder software-defined networking (sdn) waar Dell nu op inspringt met zijn OS10.
Flexibiliteit voor iedereen
OS10 ondersteunt functies en diensten voor Layer 2 en 3 van het OSI-model (Open Systems Interconnection) voor telecom- en computercommunicatie. Dit wil zeggen dat het Dell-netwerkbesturingssysteem zowel de fysieke datalink als ook de daarboven liggende netwerklaag kan aansturen en die openstelt voor de applicaties van derden. Boven de onderste drie zogeheten medialagen in het OSI-model komen de host-lagen: datatransport (4), communicatiesessie (5), weergave (6) en uiteindelijk de toepassing (7).
Op termijn ziet Dell ook een rol voor zijn nieuwe besturingssysteem voor servers en storagesystemen. Het nu beschikbare OS10 volgt op de onthulling twee jaar terug van het Open Networking-initiatief van Dell, weet eWeek. De it-leverancier kwam toen met het plan om onder eigen naam een netwerkswitch uit te brengen waarbij klanten konden kiezen uit verschillende besturingssystemen en applicaties van derden. In de regel draait netwerkapparatuur een OS en daarop applicaties van de hardwareleverancier.
In de oudheid van de it-industrie gold dit ook voor computers, die zogeheten verticaal geïntegreerde silo’s waren. Die aanpak is lang geleden achterhaald geworden door de opkomst van goedkopere en soms ook betere alternatieven. Deze bestonden grotendeels uit computers met x86-processors die besturingssystemen en applicaties naar keuze konden draaien. Zoals dus Windows en Linux met daarop applicaties als Oracle, SQL Server, Apache en nog veel meer.
Hyperscale omlaag brengen
De hierdoor bereikte keuzevrijheid en flexibiliteit voor de inzet van computers is ook het doel voor netwerkapparatuur, servers, opslagsystemen en complete datacenters. Dell en andere leveranciers die zich storten op software-defined it beloven gebruikers niet alleen keuzevrijheid. Zij spiegelen ook de lenigheid, schaalbaarheid en betaalbaarheid voor, die tot op heden is voorbehouden aan de zeer grote (hyperscale) spelers in de datacenter- en cloudmarkt. De flexibele inzet en wijziging van ict-middelen die Facebook, Google en Amazon genieten, zou ook beschikbaar moeten komen voor kleinere gebruikers.
Deze relatief kleinere spelers zijn in eerste instantie hostingbedrijven, cloudaanbieders en telecomproviders, stelt TechWeek Europe. Deze datacentergrootgebruikers zijn klein vergeleken met de cloudreuzen, maar hebben ook veel te winnen met de ontkoppeling van hardware, software en daardoor bepaalde functies. De SAI van Dell’s OS10 schermt de onderliggende fysieke systemen af van de daarop draaiende applicaties, die daardoor universeel en hardware-onafhankelijk worden gemaakt.
Ondanks de relatieve overhead die deze aanpak geeft, moet dit toch voordelen opleveren. Netwerkapparatuur kan op basis van de vereisten voor het dataverkeer de meest efficiënte route bepalen én die ook ‘aanleggen’. De software stuurt immers de functie en mogelijkheden van de hardware, wat dus ook tijdens de verwerking gewijzigd kan worden. Het netwerk kan dus veranderen afhankelijk van de workload, het daarvoor benodigde verkeer en de prioriteit daarvan.
Afgelopen twee jaar
Dell-concurrent HP heeft een soortgelijk platform in de vorm van zijn Aloline-switches, die Linux-variant Cumulus en Pica8 OS kunnen draaien. Netwerkleverancier Juniper heeft eind 2014 zijn eerste switch op basis van het Open Compute Project onthuld, die wel het eigen netwerkbesturingssysteem Junos draait. Afgelopen november is Junos losgekoppeld, waardoor applicaties van derden daarop kunnen draaien én waardoor het ook op switches van andere leveranciers kan draaien, mits die compliant zijn met de Open Network Install Environment (ONIE) dat is omarmd door het Open Compute Project.
De gratis basismodule van Dell’s OS10 komt volgens planning in maart uit, meldt Dell. De eerste daar op draaiende applicatiemodules van Dell komen later dit jaar in bètavorm. OS10 is compatibel met Dell-hardware die in de afgelopen twee jaar is uitgekomen. Het is nog niet bekend op welke termijn de leverancier zijn geplande uitbreiding naar servers en storage wil inzetten om zo het hele datacenter te omvatten.
https://www.youtube.com/watch?v=cizlai8-lrM
Dell-topman Tom Burns kondigt OS10 aan