In 2016 gaat er veel gebeuren in de storage-wereld. Er zullen veel overnames plaatsvinden, waarvan de overname tussen Dell en EMC nog maar het startpunt is. Ook zullen de storage-mogelijkheden veranderen: organisaties verruilen de cloud voor een nas en stappen over op een private cloud. Dat voorspellen de Computable-experts op gebied van storage.
Kees Jan Meerman, managing director bij Stellar Data Recovery
Toename van het aantal nas data recoveries
Het gebruik van nas-systemen bij zowel particulieren als bedrijven blijft toenemen. Deze trend werd in 2015 al zichtbaar door het toenemen van het aantal aanvragen voor nas data recovery. Met name het groeiende besef dat data in de cloud niet 100 procent veilig is tegen dataverlies, en ook dat de privacy van de data niet volledig gewaarborgd is, doet particulieren, maar zeker ook bedrijven die 100 procent gebruikmaken van de cloud voor dataopslag, hun opslagmethodes in heroverweging te nemen.
De voordelen van de cloud zijn nu nog onder andere voorspelbaarheid van kosten en continuïteit. Deze voordelen zullen in toenemende mate door de aanschaf van additionele producten naast de nas-hardware, zoals data recovery verzekeringen en on-site care packs, gecompenseerd gaan worden.
Verron Martina, systems engineer bij Tintri Benelux
Storage-partijen voelen druk
Er gaat bloed vloeien. Dit jaar wordt een consolidatiejaar, waarbij een aantal storage start-ups het niet gaan redden. De Dell/EMC acquisitie is daarbij slechts het startpunt. Andere gevestigde storage-partijen gaan de druk voelen. Dat heeft tot gevolg dat we meer overnames gaan zien en dat partijen hun beursnotering opgeven om weer een private onderneming te worden. Als we kijken naar de nieuw generatie storageleveranciers, dan zien we dat partijen met minder dan een paar honderd miljoen aan geïnvesteerd kapitaal het lastig gaan krijgen. Ze kunnen eenvoudigweg niet snel genoeg schalen. Deze shake-out is al begonnen in 2015 en wordt nog heftiger.
Hyperconverged verliest wat glans
De hype rond hyperconverged bereikte in 2015 een hoogtepunt, waarbij soms het verschil tussen hyperconverged en web-sale uit het oog verloren werd. In 2016 zullen meer mensen zich realiseren dat de architectuur van bedrijven als Google, Facebook en Amazon, die web-scale infrastructuren hebben gebouwd, vrij weinig te doen hebben met hyperconverged. Organisaties die hun infrastructuur hebben gevirtualiseerd zullen tegen de beperkingen van hyperconverged aanlopen en hun focus verschuiven naar converged-oplossingen. Daarbij kunnen ze de rekenkracht en storage onafhankelijk van elkaar schalen.
DevOps treedt toe
DevOps gaat aan tafel met storage. De rol van software, test en development teams ten aanzien van storage gaat veranderen. Onder invloed van de druk om ontwikkelingscycli te versnellen, moeten de criteria van DevOps worden meegenomen bij de aanschaf van storage. Storage moet uiterst schaalbaar zijn en eenvoudig te managen, of het nu in in de cloud staat of in huis.
Vooruit kijken
Organisaties durven verder vooruit te kijken. Waar de planningscyclus voor verwachte storage-vereisten een half jaar tot een jaar is, vertrouwen ze voor langetermijnplanning op spreadsheets en hun kladblok. Komend jaar zullen er betere tools op de markt komen om historische data over capaciteit, prestaties en datadoorvoer in te zetten voor het modelleren van hun toekomstige behoeften. Daarmee kunnen bedrijven betere beslissingen nemen over hoe, waar en wanneer ze de juiste storage moeten aanschaffen.
Private cloud vernieuwt
De private cloud krijgt een nieuw gezicht. In 2016 verwacht ik een grotere verscheidenheid te zien aan nieuwe applicaties (cloud native) die zijn ontwikkeld op platformen als OpenStack, containers, api’s en fabric. Organisaties die publieke clouds hebben gebruikt in 2015 en tegen onverwachte kosten en verplichte aanpassingen in applicaties of beveiligingsissues aanliepen, zullen volgend jaar met een frisse blik naar private clouds gaan kijken.
Gert Jan Timmerman, hoofd kenniscentrum bij Info Support
Domain driven design
Een belangrijke trend die zich in 2016 zal voortzetten en versterken op het gebied van applicatie-ontwerp is ‘domain driven design’. Dit houdt in dat een applicatie de terminologie gebruikt van het domein (de terminologie van de context waarin de applicatie gebruikt gaat worden). Voordeel hiervan is dat het ontwerp gelezen en begrepen kan worden door functionele experts. Zij werken in één multifunctioneel team samen met de technische specialisten aan de realisatie van een systeem. Deze manier van werken sluit goed aan bij continuous delivery, omdat er op deze manier eenvoudiger steeds kleine stukjes functionaliteit gerealiseerd en opgeleverd kunnen worden.
Web scale architecture
Een andere trend die sterker zal gaan worden, is de toepassing van ‘web scale architecture’. Dit is een architectuur die is bedoeld voor websites van bedrijven die grote hoeveelheden gebruikers bedienen. Binnen deze architectuur worden microservices toegepast. Dit zijn services met een kleine granulariteit die een heel beperkt deel van de functionaliteit voor hun rekening nemen, maar wel zeer schaalbaar ontworpen zijn. Door massale samenwerking van deze microservices wordt een schaalbaar en flexibel geheel gecreëerd dat zich heel snel kan aanpassen aan wisselende belasting van de website. Deze microservices kunnen individueel ontworpen, gebouwd en toegepast worden. Ook een trend die dus goed past binnen continuous delivery.
Hans Timmerman, cto bij EMC Nederland
Balans tussen mobiel en backoffice
Mobiel is de nieuwe norm, maar stevige backoffice-systemen zullen nodig blijven. De koppeling en balans tussen die twee werelden, soms ook bimodale systemen genoemd, is de uitdaging. Zowel vanuit applicatie-, als ontwikkel-, als vanuit infrastructuur-standpunt gezien. Enerzijds een nieuwe balans zoeken tussen grootse administratieve backoffice-systemen en de lichtvoetige mobiele frontoffice wereld. Microservice versus transactioneel. Graag op dezelfde infrastructuur en zeker onder dezelfde architectuur. Gebaseerd op cloud-standaarden, natuurlijk in hybride vorm. Net zoals het riskmanagement real time in gecompartimenteerde virtuele netwerken. Tenslotte op alle beschikbare data ook analytics kunnen uitvoeren, realtime natuurlijk en alles als service. Dat wordt 2016!
Loek Wilden, data center lifecycle consultant bij Schneider Electric
Rekenkracht verplaatst zich naar de randen van het netwerk
Door de opkomst van internet of things (IoT) worden steeds meer data aan de randen van het netwerk verzameld en verwerkt, bijvoorbeeld door sensoren of beacons. Die data moeten ook weer worden geanalyseerd. Transport van die data over het ‘grote internet’ levert echter een aanzienlijke latency op, en als de ‘things’ draadloos zijn aangesloten neemt de latency alleen maar verder toe.
In 2016 zullen we dan ook zien dat de rekenkracht steeds meer naar de randen van het netwerk wordt verplaatst, dichter bij de op het internet aangesloten apparaten. Die rekenkracht kan bijvoorbeeld zijn gehuisvest in een ‘micro-datacenter’, of in ‘hubs’ bij draadloze communicatie. Ook ‘machine-to-machine’-communicatie gaat toenemen.