Mark Bressers, directeur regeldruk & ict-beleid bij het ministerie van Economische Zaken, directoraat-generaal Bedrijfsleven en Innovatie, constateert dat zijn twee portefeuilles, regeldruk en de digitale economie ('Het begrip ict-beleid dekt langzamerhand de lading niet meer, omdat het steeds meer over het gebruik van data in de meest brede zin gaat') steeds hechter worden.
Op weg naar de digitale economie zitten oude regels soms in de weg, en zijn soms nieuwe nodig. Zijn agenda – hij spreekt zelf van ‘drietrapsraket’ – bestaat grofweg uit drie onderdelen: de digitale economie, bedrijfsleven en innovatie en samen in beleid. Daarbij wordt de trias overheid-bedrijfsleven-wetenschap nadrukkelijk in stelling gebracht.
Digitale economie, schetst Bressers als het proces van innovatie en efficiency ten bate van de groei van het verdienvermogen van Nederland. Volgens de Network Readiness Index (NRI) staat ons land vierde (na Singapore, Finland en Zweden) op de wereldranglijst waar het gaat om het optimaal benutten van ict in de economie. De toegang tot internet is omvangrijk, Nederlanders staan bekend als adaptief en bereid om innovaties op te pakken, duidt Bressers.
Werkgelegenheid en verdienvermogen
De impact van ict op de economie en de samenleving maakt dat wij ons onderscheiden en levert ons concurrentievoordeel op. Hij onderstreept dat business modellen per dag veranderen – de Wet van Moore geldt nog steeds. ‘Aan de top zitten, betekent niet dat je daar vanzelf ook blijft. Dus we moeten blijven investeren om ervoor te zorgen dat ict, liefst nog meer dan nu, bijdraagt aan groei, werkgelegenheid en het verdienvermogen van Nederland, maar ook aan het oplossen van maatschappelijke uitdagingen waar we voor staan’, aldus Bressers.
Ongeveer een derde van de economische groei de afgelopen acht jaar is gerelateerd aan ict. Het is ook om die reden dat minister Henk Kamp in oktober 2014 René Penning de Vries als Boegbeeld ICT van het ministerie van Economische Zaken heeft aangesteld. Hij heeft als taak om de dwarsverbanden binnen topsectoren te stimuleren en ICT-innovaties bij te laten dragen aan economische groei. Een voorbeeld daarvan is de ‘Kennis en Innovatie Agenda (KIA – zie kader)’.
Regeldrukvermindering
In de ruim anderhalf jaar die Mark Bressers nu werkzaam is bij het DG Bedrijfsleven en Innovatie, heeft hij vaak moeten uitleggen dat hij geen voorstander maar juist tegenstander is van regeldruk. ‘We willen dat in Nederland ondernemers zo weinig mogelijk last hebben van regels. Want regels kosten tijd. En tijd die je als ondernemer kwijt bent aan regels, kun je niet besteden aan je bedrijf, aan innovatie. Dus voor het verbeteren van het ondernemersklimaat kijken we kritisch naar: zijn regels echt nodig en zo ja, hoe kunnen we die dan beter hanteerbaar maken?’
Natuurlijk zijn er wel regels nodig, stelt Bressers. Hij denkt aan meer ‘toekomst vaste’-regels die ruimte moeten geven aan innovatie en technologische ontwikkelingen. ‘Dat leidt ook tot discussie dat je bepaalde zaken misschien niet moet willen regelen, of juist met ‘light’ regelgeving of doelregelgeving. Dan leg je minder de middelen en de manier vast, maar meer het doel.’
De Kabinetsdoelstelling vermindering regeldruk is 2,5 miljard euro. Bressers en zijn team adviseren departementen en controleren of in alle relevante stukken die naar de ministerraad gaan een regeldrukparagraaf is opgenomen. Op dit moment is voor 2,3 miljard aan lastenvermindering gedetecteerd. Daarvan is – met nog anderhalf jaar te gaan – 1,4 miljard geconcretiseerd.
‘Uiteindelijk gaat het om merkbare regeldrukvermindering. Hoe ervaart de ondernemer het? Daartoe doen we analyses en kijken we naar wetgeving. Onderwijl zetten we ict in om regeldruk te verminderen.’
Bressers refereert aan de ontwikkeling van Idensys (voorheen eID stelsel – waarin de overheid en het bedrijfsleven samenwerken aan een standaard voor de veilige toegang tot online dienstverlening), aan het ondernemersloket, en ook aan Standard Business Reporting (SBR). Dit is de nationale standaard voor de digitale uitwisseling van bedrijfsmatige rapportages die voorziet in een éénmalige registratie en meervoudige uitvraag in de keten en daarmee lastenvermindering.
Publiek-private samenwerking
Een goed voorbeeld van het agendapunt ‘samen in beleid’ (de trend van co-creatie samen met het bedrijfsleven op het gebied van ict-beleid en innovatie) is het digitaal ondernemingsplein dat zo’n zevenhonderdduizend ondernemers per maand trekt. Het is een loket voor vragen over alle ondernemerszaken (zoals vergunningen, starten bedrijf, financiering), inclusief externe links, ‘waarbij we met elkaar de juiste content maken die aansluit op de vraag van de ondernemers.’
Gezien de disruptieve invloed van ict is Bressers een voorstander van publiek-private samenwerking (PPS). ‘ Door PPS ontstaat signaalwerking, weten we wat er speelt, wat het probleem is dat we gezamenlijk moeten oplossen. Wetgevingstrajecten duren vaak lang. Met het risico dat op het moment dat de wet er is, de snelle technologische ontwikkeling die eigenlijk al weer achterhaald heeft. PPS maakt het mogelijk om samen na te denken over die oplossingen. Oplossingen die zowel het maatschappelijk belang als het economisch belang ten goede komen.’
In dit kader wordt ook gewerkt aan een ambitieuze kennisagenda waarbij overheid, bedrijfsleven en wetenschap bij elkaar komen.
Europese regelgeving
Samenwerking is er ook op Europees niveau, denk aan de Digital Single Market, de verdere ontplooiing van de digitale markt in de EU landen. ‘Daarbij proberen wij Europese regelgeving zodanig te beïnvloeden dat deze ook uitvoerbaar is, de administratieve lasten vermindert en innovatie mogelijk maakt’, glimlacht Bressers. Hij stelt dat het voorzitterschap van de EU in 2016 daarbij kan helpen.
‘Waar het echt om gaat is de transitie naar die digitale economie. Het ‘smart’ maken van onze steden. Het digitaliseren van de industrie. Aan die transitie willen wij vanuit EZ een inspirerende bijdrage leveren. Vanuit ons DG, maar écht samen in beleid met andere collega’s hier, met andere overheden, met het bedrijfsleven en met de wetenschap. En dat kun je dan publiek-privaat noemen, maar het is dus eigenlijk gewoon mét elkaar.”‘
Dit artikel is ook te lezen in GOV magazine nummer 9.
Wat houdt KIA in?
Doel van de KIA is om Nederland aan de top te houden van de mondiale top vijf van hoogwaardige kennislanden. Hierbij wordt onder meer de komende twee jaar veertig miljoen geïnvesteerd in onderzoek naar big data en aandacht gegeven aan ‘Human Capital’ door ervoor te zorgen dat het onderwijs beter aansluit op de arbeidsmarkt.